V4 Grieks, bespreking fabel hond (slapend) en wolf

V4 Grieks
Het fabel over de slapende hond en de wolf
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

V4 Grieks
Het fabel over de slapende hond en de wolf

Slide 1 - Slide

ἐκαθευδε r. 2. Welke tijd is dit en wat geeft het gebruik van deze tijd aan? Betrek de betekenis van het werkwoord in je antwoord

Slide 2 - Open question

θησειν r. 3. Welke vorm is dit
A
infinitivus praesens
B
medium gebiedende wijs enkelvoud
C
infinitivus futurum
D
3e ps mv praes.

Slide 3 - Quiz

r. 2-3. In deze regels zit een gen. absol. Hoe vertaal je deze?

Slide 4 - Open question

In regel 4-5 zit een tautologie. Dat is wanneer twee keer hetzelfde gezegd wordt met eenzelfde woordsoort. Citeer de tautologie.

Slide 5 - Open question

r. 5 ἰσχνος : Citeer het tekstelement uit r. 5-7 dat een tegenstelling vormt met ἰσχνος

Slide 6 - Open question

ὁ μεν... δε r. 8 geeft een tegenstelling aan. Wat is de tegenstelling?

Slide 7 - Open question

πεισθεις r. 8: Welke vorm is dit
A
part aor. act
B
2e ev. praesens
C
2e ev. aor.
D
part aor. pass

Slide 8 - Quiz

r. 10 ἑαυτον r. 10. Naar wie of wat verwijst ἑαυτον?
A
de hond
B
de wolf
C
het voedsel
D
het dank van de boerderij

Slide 9 - Quiz

r. 10 ἐκαλει : Van welke twee klinkers is ει een samentrekking?

Slide 10 - Open question

ὑπομιμνηισκων r. 10. Wat is het beste voegwoord voor het vertalen van dit participium?
A
hoewel
B
terwijl
C
nadat
D
omdat

Slide 11 - Quiz

Wat zou een andere passende moraal zijn vanuit het perspectief van de wolf?

Slide 12 - Open question

r. 8-9 μεθ ἡμερας ...t/m r. 9 καθευδοντα . Ontleed deze zin

Slide 13 - Open question


μεθ᾿ (voorzetsel)
ἡμέρας ( accusativus)
δ᾿ (partikel)
ἐπανελθὼν (part. aor. nom. ev. ml) 
εὗρεν (persoonsvorm)  

ἄνω (voorzetsel) 
ἐπὶ (voorzetsel) 
τοῦ δώματος (genitivus) 
τὸν κύνα καθεύδοντα (acc. ml. ev. + ptc. acc. ml. ev.)

Slide 14 - Slide