Kijk dan de filmpjes op de laatste dia's en maak eventueel voor jezelf ook aantekeningen!
Vergeet niet jezelf aan het einde sterren te geven voor de verschillende onderdelen!
1 / 26
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5
This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Les gemist?
Kijk dan de filmpjes op de laatste dia's en maak eventueel voor jezelf ook aantekeningen!
Vergeet niet jezelf aan het einde sterren te geven voor de verschillende onderdelen!
Slide 1 - Slide
Examenvragen!
De paarse dia's in deze lessonup zijn actuele examenvragen uit het examen mei 2022 die verband houden met de context of de tijdvakken waarbinnen ze zich afspelen!
Slide 2 - Slide
India en het Britse Rijk (1765-1885)
Slide 3 - Slide
Hoofdvraag bij deze paragraaf:
Waardoor werd India in de 19e eeuw de belangrijkste kolonie binnen het Britse Rijk (1765-1885)?
Slide 4 - Slide
Gerelateerde kenmerkende aspecten
25 Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie
29 Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
31 De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving
33 De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie
34 De opkomst van emancipatiebewegingen
Slide 5 - Slide
Zwaartepunt binnen het Britse rijk verschuift van Amerika naar India!
Waarom werd Amerika minder belangrijk voor de Britten?
1776: Amerikaanse onafhankelijkheid werd bereikt. GB had geen zeggenschap meer.
1807: verbod op de slavenhandel (en 1833 verbod op slavernij). Deze handel viel dus weg.
Slide 6 - Slide
Handel in Azie
De Britten richten in 1600 de East India Company op (katoen en specerijen)
India maakte deel uit van het Mogolrijk
Er werden versterkte handelsposten (factorijen) opgericht om van daaruit handel te drijven met Mogolvorsten
Door 1. Europese concurrentie en 2. verzwakking van de macht van de Mogolvorsten (onderkoningen worden machtiger t.o.v. Mogolkeizer) gingen de Engelsen meer politieke macht opeisen.
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Opstand tegen de Britten
Indiase vorsten voerden vaak onderling oorlog
In 1764 komt de vorst van Bengalen samen met de mogolkeizer in opstand tegen de Britten (Slag bij Buxar)
Gevolgen:
de Britten kregen een groot deel van het noorden van India in handen!
De mogol-keizer sloot nog geen jaar later een verdrag met de Britten.....
Slide 9 - Slide
1765: Verdrag van Allahabad
De Mogolkeizer en de EIC sloten een verdrag waarbij:
De EIC belasting mocht innen in naam van de keizer (diwani rechten in Bengalen, het huidige Bangladesh) in ruil voor militaire steun aan de keizer en paleisonderhoud
Hiermee verkregen de Britten voor het eerst een vorm van bestuur (later verdere uitbreiding)
Dit verdrag wordt gezien als het begin van het Britse Rijk in India!
In 1765 dwong Lord Robert Clive – namens de EIC – de vorst van de Mogols Shah Alam II, het Verdrag van Allahabad te ondertekenen. Dit akkoord hield in dat de belasting die in de door de Britten veroverde gebieden geïnd werd (diwani genoemd), niet aan de Mogolvorst maar aan de Britten betaald zou worden.
Slide 10 - Slide
Brits bestuur
De East India Company beschermde haar bezittingen met eigen legers (indiase soldaten o.l.v. Britse officieren: sepoys)
Deze legers groeiden later uit tot het Brits-Indische leger
Tegen de dreiging van andere Europese landen op zee kreeg de compagnie steun van de Royal Navy
Grote delen van India werden bestuurd door middel van lokale machthebbers die Britse opdrachten uitvoerden
Slide 11 - Slide
Indiase opstand van 1857
Anders dan in de Amerikaanse koloniën vestigden zich maar weinig Britten definitief in India
De Britten wezen veel religieuze (hindoeistische) en sociale gebruiken in India af.
Over het algemeen werd het Britse gezag geaccepteerd
Echter in 1857 volgde het hard neerslaan van een opstand onder Indiase soldaten in het leger van de EIC (gevolg: opheffing EIC)
Slide 12 - Slide
Economische belangen
India kwam na de opstand van 1857 onder direct bestuur te staan van de Britse regering (in 1877 werd Queen Victoria keizerin van India).
Door de industriele revolutie werd Zuid-Azie belangrijk binnen het modern imperialisme (streven naar koloniale overheersing om te beschikken over goedkope grondstoffen en afzetgebieden voor industriële producten)
Plantages werden ingericht voor de handel
Slide 13 - Slide
Versteviging Britse macht in de 19e eeuw door:
In India nieuwe wegen en spoorwegen aan te leggen. Dankzij deze infrastructuur konden zij het gebied op lokaal niveau beter beheersen.
Afnemen van de reistijd door stoomschepen en aanleg Suezkanaal (1869)
Het invoeren van de Engelse taal en hun eigen onderwijs- en rechtssysteem in India
Gevolg: steeds meer inheems verzet tegen het Britse bewind!
Slide 14 - Slide
Indian National Congress (1885)
Hoogopgeleide Indiërs richtten in 1885 het Indian National Congress op, dat later zou uitgroeien tot een politieke beweging
Het Indian National Congress streefde in eerste instantie nog niet naar zelfstandigheid, maar naar emancipatie (vooral gelijke kansen binnen het Brits-Indische bestuur)
De Britten zagen zichzelf als superieur en accepteerden dit niet
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Begrippen
East India Company: Engelse handelscompagnie die bestond van 1600 tot 1874 en die specifiek gericht was op de handel met Azië, in het bijzonder met India.
Mogolrijk: Rijk in Zuid-Azië tussen 1526 en 1858, dat was gesticht door islamitische krijgers en werd bestuurd door een vorst.
Factorij: Beschermde nederzetting van een Europese handelscompagnie in een kolonie waar zij goederen bewaarde en verhandelde. De compagnieën voerden zelf het bestuur over deze factorijen.
Slide 17 - Slide
Begrippen
Verdrag van Allahabad: in 1765 gesloten verdrag tussen de East India Company en het Mogolrijk, waarin de Engelse handelscompagnie het recht verwierf om belastingen te innen in het oostelijk deel van India.
Brits-Indische leger: leger dat in 1895 werd gevormd uit de legers van de East India Company. Hierin vochten Indiase soldaten onder leiding van Britse officieren.
Royal Navy: Britse koninklijke oorlogsvloot, die werd opgericht in 1546.
Slide 18 - Slide
Begrippen
modern imperialisme: het verschijnsel vanaf de 19e eeuw waarbij Europese landen streven naar een groot koloniaal rijk en de koloniën gebruiken als producenten van grondstoffen en als afzetgebieden.
Suezkanaal: kanaal in Egypte, gelegen tussen Afrika en Azië, dat werd geopend in 1869. Voor veel Europese landen betekende dit kanaal een snellere zeeroute naar Azië.
Indian National Congress: Politieke beweging die in 1885 door hoogopgeleide Indiërs werd opgericht en die vooral streefde naar gelijke kansen voor Indiërs binnen het Brits-Indische bestuur.
emancipatie: het streven naar de juridische en sociale gelijkberechtiging van achtergestelde groepen als slaven, vrouwen, arbeiders en religieuze minderheden.
Slide 19 - Slide
Lees de tekst hiernaast. Ondersteun deze visie door: a. uit te leggen welke verandering in de positie van de East India Company in India door deze wet mogelijk werd en b. een afspraak uit het verdrag van Allahabad te noemen, waarmee de positie van de East India Company verder werd versterkt.
Slide 20 - Open question
Examenvraag: Lees de bron! Leg uit: a. dat door het sluiten van het verdrag van Allahabad behoefte ontstond aan het maken van betrouwbare kaarten van India en b. dat de industriële revolutie de vernieuwing van de kaarten van India in de 19e eeuw nodig maakte.
Slide 21 - Open question
Een bewering: Robert Clive wil dat de East India Company zijn beleid verandert. a. Leg uit welke beleidsverandering Clive voorstelt, met een verwijzing naar de bron, en b. met een historische gebeurtenis in 1765 aan te tonen dat de East India Company het voorstel van Clive overneemt.
Slide 22 - Open question
Examenvraag! Lees de bron hiernaast! Leg uit op welke gebeurtenis (1) in India deze bouwwijze (2) van het station een reactie was.
Slide 23 - Open question
Lees de tekst. Geef een verklaring voor de opstelling van het Britse bestuur door: a. aan te geven bij welke doelstelling van het Britse bestuur in India het verbod op sati paste, en b. aan te geven vanuit welk politiek motief het Britse bestuur weinig religieuze gebruiken in India verbood.
Slide 24 - Open question
Stel: je schrijft een verslag over de Britse overheersing van India en je vindt deze bron. Je hebt 2 hoofdstukken: 1 De acceptatie van het Britse gezag door de bevolking 2 Het superioriteitsgevoel van de Britse bestuurders Leg uit, met verwijzing naar de bron, dat je de bron voor het 1e hoofdstuk minder betrouwbaar vindt en voor het tweede hoofdstuk meer betrouwbaar vindt.