Signaalwoorden herhalen

signaalwoorden en tekstverbanden
1 / 11
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

signaalwoorden en tekstverbanden

Slide 1 - Slide

Klein – aber ganz schön groß im Geschäft – ist Minishetty Gijs.
A
uitbreiding/opsomming
B
reden
C
tegenstelling
D
gevolg

Slide 2 - Quiz

Zwar gibt Maja die Richtung vor,
A
uitbreiding/opsomming
B
reden
C
tegenstelling
D
gevolg

Slide 3 - Quiz

Nur 85 Zentimeter groß,
A
versterking
B
voorbeeld
C
beperking
D
gevolg

Slide 4 - Quiz

. Außerdem ist es
schwierig gewesen, einen bezahlbaren Standort für den Laden zu finden

A
uitbreiding/opsomming
B
reden
C
tegenstelling
D
gevolg

Slide 5 - Quiz

Er trainiert jeden Tag weil es ihm Spaß macht.

A
uitbreiding/opsomming
B
reden
C
tegenstelling
D
gevolg

Slide 6 - Quiz

Er trainiert jeden Tag damit er mehr Ausdauer bekommt.

A
uitbreiding/opsomming
B
reden
C
tegenstelling
D
gevolg

Slide 7 - Quiz

Signalwörter in Kategorien

Slide 8 - Slide

Betonung legen auf
  • sogar
  • nicht nur....sondern auch
  • insbesondere
  • vor allem
  • eigentlich
  • nicht einmal 

Slide 9 - Slide

Aufzählung
  • außerdem
  • zudem
  • zusätzlich
  • darauf
  • nicht nur....sondern auch
  • ebenfalls 

Slide 10 - Slide

Relativierung/Einschränkung
  • einerseits.....andererseits
  • in Bezug auf
  • nur
  • allerdings
  • zwar.....aber
  • bezüglich 

Slide 11 - Slide