EX17_Productiefactoren en indexcijfers

Productiefactoren en indexcijfers
1 / 10
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Items in this lesson

Productiefactoren en indexcijfers

Slide 1 - Slide

Productiecapaciteit
Het bbp wordt bepaald door de bestedingen (vraagkant) en de structuur van de economie (aanbodkant).

De productiecapaciteit geeft aan wat er maximaal geproduceerd kan worden. 

Slide 2 - Slide

Productiecapaciteit
De omvang en groei van de reële productie, ook wel volume van de productie genoemd op lange termijn wordt bepaald door de kwantiteit en kwaliteit van de productiefactoren arbeid, natuur, kapitaal en ondernemerschap.

Slide 3 - Slide

Arbeidsproductiviteit
Afhankelijk van: 

- de mate van scholing
- de efficiëntie van de organisatie
- de mate van mechaniseren en auotmatiseren
- maatschappelijke factoren

Slide 4 - Slide

Internationale concurrentiepositie
Hangt af van de ontwikkeling van de loonkosten en de arbeidsproductiviteit. Hoe lager de loonkosten per product, des te beter de internationale concurrentiepositie.

Slide 5 - Slide

Berekening ontwikkeling loonkosten per product

Slide 6 - Slide

Inkomens-ongelijkheid

Wordt in beeld gebracht met de Lorenzcurve. 

Wat zeggen de punten D en E?
Hoeveel verdient de rijkste 70%?

Slide 7 - Slide

Voordelen inkomensongelijkheid 
  • Mensen hebben een prikkel om zich in te spannen.
  • Hard werken of een hogere opleiding loont.

Slide 8 - Slide

Nadelen inkomensongelijkheid 
  • Door onderconsumptie minder economische groei, omdat een relatief groot deel naar de hoge inkomensgroepen gaat, die een lage tijdvoorkeur hebben
  • Minder investeringen in menselijk kapitaal
  • Meer schulden
  • Minder vertrouwen en minder cohesie
  • Meer sociale en  gezondheidsproblemen

Slide 9 - Slide

ZELFSTANDIG WERKEN
Maak examenopgave:

'Dreigende deflatie'
Blz. 70

Slide 10 - Slide