6.1 De invloed van de Golfstroom

timer
10:00
Pak je leesboek, schrift, etui en boeken
We beginnen met het gezamelijk lezen van paragraaf 6.1
1 / 24
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 24 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

timer
10:00
Pak je leesboek, schrift, etui en boeken
We beginnen met het gezamelijk lezen van paragraaf 6.1

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Leerdoelen voor deze les
In Noord-Europa is het kouder dan in Zuid-Europa. Toch is het in het noorden minder koud dan je zou verwachten. Waarom is dat eigenlijk zo?

 

Leerdoelen:
Je kunt uitleggen wat de invloed van de breedteligging is op de temperatuur in Europa.
Je weet in welke luchtstreken Europa ligt.
Je kunt uitleggen wat de invloed van de Golfstroom is op de temperatuur in Europa.
Je kunt uitleggen wat de invloed van aanlandige westenwinden is op de temperatuur in Europa.

Slide 5 - Slide

Korte weg door dampkring
bij loodrecht
Kleiner oppervlak
bij loodrecht
Breedteligging B48.                      Herhaling!

Slide 6 - Slide

De gematigde zone
Europa ligt grotendeels in de luchtstreek van de gematigde zone.
  • geen extreme temperaturen door breedteligging. 
  • wel kouder op hoge breedte, warmer op lage breedte.

• Zuid-Europa ligt in de subtropen
Gemiddeld warmer.
• Deel Noord-Europa ligt in de poolstreken.
 Te koud voor bomen.

Slide 7 - Slide

Toch zijn er op dezelfde breedtegraad verschillen in temperaturen.

Slide 8 - Slide

Golfstroom / aanlandige wind
  • Ander temperatuurverschil in Europa ligging ten opzichte van zee

Zeestromen kunnen: 
  • warm zeewater uit de tropen naar de polen brengen 
  • koud zeewater van de polen naar de tropen brengen 
 
Golfstroom: brengt warm water naar Europa. 

Slide 9 - Slide

Een deel van De Golfstroom die invloed heeft op Europa. Blauw is koud water, rood is warm water.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Aan de slag:
Wat?
§6.1 blz. 93 in je WB 
Opdracht 1 t/m 4 
Hoe?
Eerste 10 minuten in stilte. Hierna mag je samenwerken en overleggen met je buur.
Waar?
in je werkboek! 
Hulp?
- Theorie: Lees eerst de theorie is door!
- Atlas 
- Docent 
Klaar?
Ga dan aan de slag met leren van de begrippen.
Niet af?
Huiswerk voor volgende les
Oefenen met de leerstof
timer
10:00

Slide 12 - Slide

timer
10:00
Pak je leesboek, schrift, etui en boeken
We beginnen met een korte herhaling van de vorige les. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Leerdoelen voor deze les
In Noord-Europa is het kouder dan in Zuid-Europa. Toch is het in het noorden minder koud dan je zou verwachten. Waarom is dat eigenlijk zo?

 

Leerdoelen:
Je kunt uitleggen wat de invloed van de breedteligging is op de temperatuur in Europa.
Je weet in welke luchtstreken Europa ligt.
Je kunt uitleggen wat de invloed van de Golfstroom is op de temperatuur in Europa.
Je kunt uitleggen wat de invloed van aanlandige westenwinden is op de temperatuur in Europa.

Slide 15 - Slide

Een deel van De Golfstroom die invloed heeft op Europa. Blauw is koud water, rood is warm water.

Slide 16 - Slide

Golfstroom / aanlandige wind
Boven relatief warm zeewater is ook de lucht warmer. 
  • westenwind blaast warme lucht richting Europa. 
  • aanlandige wind / zeewind: niet erg koud in de winter.
Zomer: andersom door relatief koele lucht vanaf zee.
• Hoe verder landinwaarts, hoe kleiner de invloed van de zee. kouder in de winter, warmer in de zomer

Slide 17 - Slide

B53 Temperatuur boven land en zee

Zonnestralen vallen op land of op zee -> veel invloed op de temperatuur

Strandvoorbeeld zomerse dag:
 - overdag: heet zand, koel zeewater
 - avond: koud zand, koel zeewater 
 conclusie: land warmt sneller op dan zee,  maar koelt ook sneller af

Wat is het gevolg?

Slide 18 - Slide

B53 Temperatuur boven land en zee

Verschil heeft gevolgen voor de temperatuur van de lucht:

Boven zee: nooit heel koud, nooit heel heet
-> zee heeft een matigend effect op de temperatuur

Boven land: kan heel warm en heel koud zijn
-> temperatuur kan snel wisselen

Slide 19 - Slide

B54 Aanlandige en aflandige winden
De windrichting heeft veel  invloed op de temperatuur. 
2 soorten:
  1. Aanlandige wind
    - in de zomer verkoelend effect
     - in de winter verwarmend effect

  2. Aflandige wind
    - in de zomer verwarmend effect
    - in de winter verkoelend effect

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Zomer in Nederland: verschil in temperatuur -> welk verschil zie je? -> hoe komt dat?
Winter in Nederland: verschil in temperatuur -> welk verschil zie je? -> hoe komt dat?

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Aan de slag:
Wat?
§6.1 blz. 93 in je WB 
Opdracht 5 t/m 8
Hoe?
Eerste 10 minuten in stilte. Hierna mag je samenwerken en overleggen met je buur.
Waar?
in je werkboek! 
Hulp?
- Theorie: Lees eerst de theorie is door!
- Atlas 
- Docent 
Klaar?
Ga dan aan de slag met leren van de begrippen.
Niet af?
Huiswerk voor volgende les
Oefenen met de leerstof
timer
10:00

Slide 24 - Slide