8.5 en verloop van een rechtszaak oefenen

Wie is de aanklager in een rechtszaak
A
De rechter
B
De politie
C
Officier van justitie
D
Het slachtoffer
1 / 16
next
Slide 1: Quiz
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Wie is de aanklager in een rechtszaak
A
De rechter
B
De politie
C
Officier van justitie
D
Het slachtoffer

Slide 1 - Quiz

Wie geeft in een rechtszaak de strafeis?
A
De rechter
B
De advocaat van de nabestaanden
C
Het slachtoffer
D
De officier van justitie

Slide 2 - Quiz

Horrorclown

De politie in Rotterdam heeft na meerdere meldingen een clown aangehouden. Volgens de politie ging het om een clown met een masker, een met bloed besmeurd plastic slagersmes en groene handschoenen.
Een woordvoerder zei dat de politie in actie kwam vanwege het feit dat de clown mensen schrik aan kan jagen. "Als iemand het doel heeft anderen schrik aan te jagen, dan gaat dat te ver" De clown wordt verhoord. Vervolging wordt niet uitgesloten. De politie wilde niet dat de horrorclown met geweld werd aangehouden door mensen die de politie een handje wilden helpen.


Slide 3 - Slide

Welk begrip past het beste
A
voorkomen van eigen richting
B
heropvoeding/resocialisatie
C
vergelding

Slide 4 - Quiz

het in een kliniek laten opnemen
A
hoofdstraf
B
bijkomende straf
C
maatregel

Slide 5 - Quiz

het opleggen van een boete van 500 euro
A
hoofdstraf
B
bijkomende straf
C
maatregel

Slide 6 - Quiz

het intrekken van het rijbewijs
A
hoofdstraf
B
bijkomende straf
C
maatregel

Slide 7 - Quiz

het veroordelen tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden:
hoofdstraffen

het intrekken van het rijbewijs:

het veroordelen tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden
A
hoofdstraf
B
bijkomende straf
C
maatregel

Slide 8 - Quiz

Doel: straffen zodat iemand het niet (nog een keer) doet

Slide 9 - Open question

doordat de dader een straf krijgt, voelt de dader zich beter

Slide 10 - Open question

Moordenaars voor altijd opsluiten, zodat ze het niet nog een keer kunnen doen

Slide 11 - Open question

U krijgt een gevangenisstraf van 5 maanden, waarvan 2 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar

Slide 12 - Open question

Wat houd TBS in?
A
Een geldboete
B
Een lange gevangenisstraf
C
Opsluiting in een psychiatrische instelling

Slide 13 - Quiz

Wat is het doel van TBS?
A
genoegdoening voor het slachtoffer
B
heropvoeden
C
wraak

Slide 14 - Quiz

Iemand die tot TBS veroordelen is een:
A
Hoofdstraf
B
Bijkomende straf
C
Maatregel
D
Voorwaardelijke straf

Slide 15 - Quiz

Wat betekent Tbs?
A
Te betere stande
B
Ter beschikking stelling

Slide 16 - Quiz