les 4 Pedagogisch werkplan wettelijke eisen

les 4 Pedagogisch werkplan wettelijke eisen
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BeleidMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

les 4 Pedagogisch werkplan wettelijke eisen

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
De student weet de wettelijke taken voor de kinderopvang
De student heeft de inleiding en hoofdstuk 1 af

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen?
Video kijken IKK
Theorie
Werken aan je werkplan

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Slide

Inspectie domeinen in de kinderopvang
Het inspectierapport geeft per domein aan of de locatie voldoet een de wettelijke kwaliteitseisen
Deze kwaliteitseisen zijn vertaald naar conrete inspectie-items
De volgorde van de inspectie-items is willekeurig
1. Registratie, wijzigingen en administratie
2. Pedagogisch klimaat
3. Personeel en groepen
4. Veiligheid en gezondheid
5. Accomodatie
6. Ouderrecht

Slide 6 - Slide

Hoe controleert de inspectie/GGD?

* Alle kinderopvanginstellingen worden bezocht door de GGD
* Getoetst of zij voldoen aan de Wet Kinderopvang.
* De GGD gaat jaarlijks op inspectiebezoek bij kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang en gastouderbureaus

Slide 7 - Slide

Jaarlijks onderzoek
* Zij beoordelen elk jaar in opdracht van gemeenten of alle kinderopvanginstellingen aan de wettelijke kwaliteitseisen voldoen. Deze inspecties vinden aangekondigd en onaangekondigd plaats. De inspecteurs onderzoeken of de instellingen beleid maken en uitvoeren op de domeinen:
- pedagogisch klimaat
- personeel en groepen
- veiligheid en gezondheid
- accommodatie
- ouderrecht

Slide 8 - Slide

Kwaliteitsnormen
Wet- en regelgeving = vast gelegd in de wet
Regels en protocollen = afspraken die vooraf zijn bepaald
Tevredenheidspeilingen = enquête en tevredenheidsonderzoeken
Klachtenprocedure = wat te doen als er klachten zijn, duidelijke afspraken
Toezicht op de normen die gesteld zijn door de GGD

Slide 9 - Slide

BKR
Beroepskracht kind ratio

Slide 10 - Slide

Vierogenprincipe
1. Er Moet altijd een volwassene  kunnen meekijken of meeluisteren met een beroepskracht/leidster die op de groep staat.
2. Het doel van het vierogenprincipe is het voorkomen van situaties waarin de gelegenheid bestaat tot het plegen van (seksueel) misbruik bij kinderen in de dagopvang. 

Zoek op hoe dit in de praktijk uitgewerkt kan worden
Verwerk dit in je werkplan

Slide 11 - Slide

Vier ogen... hoe dan?
Er zijn diverse mogelijkheden om inhoud te geven aan het vierogenprincipe. Bijvoorbeeld:
* (extra) ramen tussen de groeps- en slaapruimtes
* gezamenlijke verzorgingsruimte die de groepsruimtes verbindt
* gebruik maken van audio- of videoverbindingen (bijvoorbeeld een babyfoon)
* aan de randen van de dag: samenvoegen van stamgroepen
* inzet van vrijwilligers of stagiaires

Slide 12 - Slide

Mentoraat
Eén vast gezicht per kind voor het signaleren van problemen en gesprekken voeren met opvoeders en instanties. 
Mentor zijn van een kind kan op zo’n manier worden vormgegeven dat het bijdraagt aan de emotionele veiligheid en aan de ontwikkeling van kinderen en pedagogisch medewerkers.
De mentor bespreekt periodiek de ontwikkeling en het welbevinden van een kind. 
In de bso is de mentor ook aanspreekpunt voor een kind.

Hoe is dat bij jullie?
Wat verwacht jij van je medewerkers?

Slide 13 - Slide

Veiligheid en gezondheid
Hoe is dat geregeld?
Hoe is dat geregeld op je werk?
Hoe wil jij dat in jouw eigen vestiging?

Slide 14 - Slide

Risico beleid
Alle kinderopvangorganisaties moeten een beleidsplan veiligheid en gezondheid vaststellen. 
Organisaties moeten opschrijven welke risico’s er zijn en welke maatregelen daartegen worden getroffen.
Daarnaast moet worden beschreven hoe kinderen geleerd wordt om te gaan met kleine risico’s.
Pedagogisch medewerkers moeten nadrukkelijk betrokken worden bij de inhoud van dit document.
De oudercommissie moet vervolgens om advies worden gevraagd.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Werk aan de opdracht
* Gebruik het pedagogisch beleidsplan en pedagogisch werkplan van je werk
* Kijk in de rubric voor de criteria
* Let op! Bij een pedagogische visie
verwacht je dat je personeel ook werkt
volgens die visie

Slide 23 - Slide

Periode opdracht
* Je werkt nu een tijdje met veel plezier in de kinderopvang. Daarnaast volg je de opleiding op niveau 4. 
* Op een dag krijg je de vraag of je mee wilt werken met het opzetten van een nieuwe vestiging. Superleuk, maar dit is wel een uitdagende vraag. Waar moet je beginnen?
* Maak een pedagogisch werkplan voor de nieuwe vestiging!

Slide 24 - Slide

Pedagogisch werkplan
* Voorblad, inleiding, inhoudsopgave, hoofdstukken, subhoofdstukken, slot, paginanummering

* Pedagogische stroming waar vanuit gewerkt wordt. Dit is ook verwerkt in alle hoofdstukken
* In de inleiding verwerk je de missie, visie en kernwaarden van jouw organisatie

1. De verzorging: eten en drinken, rusten en slapen, toiletgang en zelfredzaamheid
2. De kwaliteit: BKR, 4-ogen principe, mentoraat, pw-ers, stagiaires, risico-inventarisatie,         tevredenheid, klachten
3. Communicatie met ouders: haal/brenggesprekken, 10-minutengesprek, oudercommisssie en een eigen item

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide