5.2 sociaal gedrag

5.2 Sociaal gedrag
is al het gedrag tussen soortgenoten
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

5.2 Sociaal gedrag
is al het gedrag tussen soortgenoten

Slide 1 - Slide

… dieren kunnen niet met elkaar praten, toch communiceren ze met elkaar…

Slide 2 - Slide

Sociaal gedrag
- Territoriumgedrag: het verdedigen en afbakenen van het eigen gebied
- Voortplantingsgedrag: het vinden van een soortgenoot, de paring en het verzorgen van jongen.
- Groepsgedrag: taakverdeling binnen groepen dieren en het vaststellen van de rangorde

Slide 3 - Slide

Hoe bakenen deze diersoorten hun territorium af?
Geluid
Geuren
Boos worden als iemand op je plek gaat zitten

Slide 4 - Drag question

Verdediging van territorium
Aanvalsgedrag: aggressief gedrag
Vluchtgedrag: vaak reactie op aanvalsgedrag
Dreiggedrag: precies op de grens van het territorium zijn dieren agressief en bang tegelijk

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Van wat voor soort gedrag zag je hier een voorbeeld?
A
Aanvalsgedrag
B
Vluchtgedrag
C
Dreiggedrag

Slide 7 - Quiz

Overspronggedrag
Soms is de motivatie voor vluchten en aanvallen even sterk. Een dier kan dan gedrag vertonen dat niet bij de situatie past.

Bijv. een kat die zich gaat wassen of een mens die zich gaat krabben

Slide 8 - Slide

2

Slide 9 - Video

00:00
Een stukje uit de film grease. De blonde man gaat meedoen met een autorace en vraagt de ander als zijn beste vriend om te helpen. Waar zie je overspronggedrag in de video?

Slide 10 - Slide

01:05
Welk gedrag is een voorbeeld van overspronggedrag?

Slide 11 - Open question

Voortplantingsgedrag
- Baltsgedrag:  een mannetje en een vrouwtje lokken elkaar (1ste filmpje)
- Paring: de geslachtsgemeenschap tussen twee dieren
- Broedzorg: de zorg voor de eieren of de jongen (2de filmpje)

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Groepsgedrag
- Rangorde: In een groep hebben dieren elk een eigen plaats. De hoogste is dominant en de laagste is onderdanig.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide


Wie is de baas?
A
Aaltje
B
Froukje
C
Dirckje
D
Cootje

Slide 17 - Quiz

Huiswerk
Lees paragraaf 5.2 en maken de opdrachten online
Dit moet woensdag af zijn. 
In de les van woensdag maak je een (huiswerk)opdracht die je inlevert (telt mee voor participatiecijfer) 

Slide 18 - Slide