Les 2 -Interne audit voedselveiligheid

Vakexpert voeding en technologie
BBL MBO N4
Module 3 Interne Audit deel 2
29 januari '20
1 / 31
next
Slide 1: Slide
VoedingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Vakexpert voeding en technologie
BBL MBO N4
Module 3 Interne Audit deel 2
29 januari '20

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Programma
1. Wat weet je nog van vorige week?
2. Korte uitleg HACCP
3. Toepassen 7 HACCP-principes

Slide 3 - Slide

Notulen doornemen

Slide 4 - Slide

Interne audits rondom voedselveiligheid dienen minimaal .... keer per ...... uitgevoerd te worden volgens IFS.
A
Eens per jaar
B
Eens per half jaar
C
Eens per twee jaar
D
Dat bepaalt Bolletje zelf

Slide 5 - Quiz

Volgens IFS moet interne audit rondom .... eens per jaar uitgevoerd worden
A
ARBO
B
Productspecificaties
C
Reiniging en desinfectie
D
Persoonlijke hygiëne

Slide 6 - Quiz

Welke taken horen niet bij de afdeling QC van Bolletje
A
Begeleiden van audits
B
CCP-bepaling
C
Houdbaarheidsonderzoek
D
Beheren van de specificaties

Slide 7 - Quiz

Waar heeft kwaliteit betrekking op?
A
Product, prijs, klantwens, distributie
B
Product, proces, distributie en service
C
Product, prijs, distributie, service
D
Product, prijs, plaats en promotie

Slide 8 - Quiz

Het aanbrengen van een sscc-label is een eis die gesteld wordt door....
A
Bolletje
B
Detailhandel
C
Consument
D
Overheid

Slide 9 - Quiz

Welke eis stelt de overheid aan voedingsmiddelen?
A
Ingrediëntendeclaratie
B
Dat het product veilig is
C
Dat het voldoet aan de wens van de klant
D
Geproduceerd volgens IFS-norm

Slide 10 - Quiz

Op welke vier thema's kan kwaliteit betrekking hebben?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Mind map

Het keurmerk Certified Sustainable Palm Oil van de RSPO geeft aan dat minimaal ..% van de palmolie in een product duurzaam is geproduceerd.
A
85
B
90
C
95
D
100

Slide 13 - Quiz

Wat is het kenmerk van een verticale audit?
A
Het volgt het hele primaire proces
B
Is gericht op de organisatiestructuur
C
Het volgt een thema op alle afdeling
D
Is altijd gericht op voedselveiligheid

Slide 14 - Quiz

Jij:
  1. kan omschrijven wat voedselveiligheid inhoudt 
  2. kent de belangrijkste gevaren voor de voedselveiligheid
  3. weet wat de doelstelling van HACCP is
  4. kent de 7 principes van HACCP
  5. kan de 7 principes van HACCP uitvoeren/toepassen
  6. handelt alijd in het belang van de voedselveiligheid

Slide 15 - Slide

Kwetsbare groepen
  • YOPI's
  • Young
  • Old
  • Pregnant
  • Immuno-compromised
  • Lees meer op de site van het RIVM

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

7 principes van HACCP
1. Inventariseer alle potentiële gevaren, wijs de reële gevaren aan; 
2. Ga na welke maatregelen er nodig zijn om het gevaar te beheersen en stel de kritische beheerspunten (CCP's) vast; 
3. Geef per CCP de kritische grenzen aan; 
4. Stel vast hoe de CCP's bewaard worden; 
5. Leg de correctieve acties vast per CCP; 
6. Pas verificatie toe; 
7. Houd documentatie en registraties bij. 

Slide 28 - Slide

Opdracht 1 Gevaren opsporen
  1. Maak een lijst met gevaren op basis van een processchema en receptuur
  2. Maak een inschatting van de grootste gevaren a.d.h.v. de risicotabel

Slide 29 - Slide

Opdracht 2 Gevaren beheersen
  • Geef aan welke gevaren beheerst worden door het basisvoorwaardenprogramma

Slide 30 - Slide

Opdracht 3 CCP's
  1. Bepaal m.b.v. de beslisboom welke gevaren CCP's zijn.
  2. Bedenk een passende norm en toleratie voor de CCP's (kritische grenzen).
  3. Wat zijn correctieve acties behorend bij de CCP's?

Slide 31 - Slide