Week 28 - Les 1

Bonjour tout le monde
1 / 16
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Bonjour tout le monde

Slide 1 - Slide





  • 3 gesprekjes van 1,5 minuut en français
  • Na elke minuut schuift één rij een plekje naar voren




Questions:


  • Qui est ton/ta meilleur(e) ami(e)? Pourquoi?
  • Quelle est ta matière préférée? Pourquoi?
  • Est-ce que tu as des frères ou des soeurs? (+détails)
  • Quel est ton plat préféré?

    timer
    1:30
    Flitsdaten

    Slide 2 - Slide

    Le planning
    • Corriger les devoirs
    • Répéter le futur - quiz
    • Faire des exercices au choix

    Slide 3 - Slide

    Les buts d'aujourd'hui

    Aan het eind van deze les snap je (een stukje beter) hoe de een futur simple werkt! 😁

    Slide 4 - Slide

    Corriger les devoirs

    Jullie hebben of ex. 1 en 2 of ex. 3 gemaakt.







    Klaar? Log alvast in in de Lessonup.

    Slide 5 - Slide

    Quiz sur le futur!
    Let op! Er loopt een timer (onder of bovenin)

    Slide 6 - Slide

    Wat is de "futur simple" in het Nederlands?
    A
    De onvoltooid toekomende tijd
    B
    De onvoltooid verleden tijd
    C
    De nabije toekomende tijd
    D
    De tegenwoordige tijd

    Slide 7 - Quiz

    In welke zin staat de futur simple?

    1. Je vais manger un sandwich
    2. Je mangerai un sandwich
    3. Je mangerais un sandwich


    A
    Zin 1
    B
    Zin 2
    C
    Zin 3

    Slide 8 - Quiz

    De futur simple gebruik je...
    A
    om aan te geven dat iets zometeen of zeer spoedig gaat gebeuren
    B
    om aan te geven dat iets over een langere tijd gaat of kan gebeuren
    C
    om aan te geven dat iets gebeurd is
    D
    om aan te geven dat iets op dit moment gebeurt

    Slide 9 - Quiz

    Hoe vorm je een futur van het regelmatige werkwoord - parler- (ik zal praten)?
    A
    Je haalt "er" eraf en plakt de uitgangen die bijna hetzelfde zijn als het werkwoord avoir in de tt erachter
    B
    Je plakt achter het hele werkwoord de uitgangen die bijna hetzelfde zijn als het werkwoord avoir in de tt
    C
    Je plakt achter het hele werkwoord de uitgangen die bijna hetzelfde zijn als het werkwoord être in de tt
    D
    Je plakt achter het hele werkwoord de uitgangen die hetzelfde zijn als de "imparfait"

    Slide 10 - Quiz

    Probeer een zin te maken* met -aimer- in de futur simple (ik zal hebben).

    *Gebruik eventueel de uitleg die je kunt opvragen
    timer
    1:00

    Slide 11 - Open question

    De onregelmatige werkwoorden (zoals faire en être) hebben een aparte stam en daarbij gebruik je dus nooit het hele werkwoord.
    A
    Vrai
    B
    Faux

    Slide 12 - Quiz

    timer
    1:00
    Welke onregelmatige werkwoorden met onregelmatige voorstukjes ken je?

    Slide 13 - Mind map

    Probeer een zin te maken* met avoir in de futur simple (ik zal hebben).

    *Gebruik eventueel de uitleg die je kunt opvragen
    timer
    1:00

    Slide 14 - Open question

    Evaluatie:
    Snap je (een stukje beter) hoe de een futur simple werk? 😁

    😒🙁😐🙂😃

    Slide 15 - Poll

    Choisis (kies) une activité - les devoirs
    • Faire ex. 4 - CD'E, p. 67 ( Wat is jouw sterrenbeeld in 't Frans? Vertaal je horoscoop!) 
    • of Faire ex. 5 - CD'E, p. 67 (maak 5 zinnen)


    • Klaar? - Oefenen met le futur op verbuga.eu. Aanklikken: futur, verbes régulier en dan een willekeurig ww op -er (bijv. aimer) en dan op confirmer. Fais un screenshot de tes résultats!


    Je werkt 10 minuten in stilte, geen overleg, geen vragen. 

    timer
    10:00

    Slide 16 - Slide