Week 28 - Les 1

Prends tes livres!
Quel temps fait-il aujourd'hui?
Quelle est la date d'aujourd'hui?
1 / 15
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Prends tes livres!
Quel temps fait-il aujourd'hui?
Quelle est la date d'aujourd'hui?

Slide 1 - Slide

Le planning
  • Corriger les devoirs
  • Répéter le futur - quiz
  • Faire des exercices au choix

Slide 2 - Slide

Les buts d'aujourd'hui

Aan het eind van deze les ...
- snap je hoe de een futur simple werkt.

Slide 3 - Slide

Corriger les devoirs

Jullie hebben of ex. 1 en 2 of ex. 3 gemaakt.







Klaar? Log alvast in in de Lessonup met je telefoon.
De code is:

Slide 4 - Slide

Quiz sur le futur!
De winnaar krijgt een prijsje =).
Let op! Er loopt een timer (onder of bovenin)

Slide 5 - Slide

Wat is de "futur simple" in het Nederlands?
A
De onvoltooid toekomende tijd
B
De onvoltooid verleden tijd
C
De nabije toekomende tijd
D
De tegenwoordige tijd

Slide 6 - Quiz

1. Je mange un sandwich
2. Je mangerai un sandwich

In welke zin staat de futur?
A
Zin 1
B
Zin 2

Slide 7 - Quiz

De futur simple gebruik je...
A
om aan te geven dat iets zometeen of zeer spoedig gaat gebeuren
B
om aan te geven dat iets over een langere tijd gaat of kan gebeuren

Slide 8 - Quiz

Hoe vorm je een futur van het regelmatige werkwoord - parler- (ik zal praten)?
A
Je haalt "er" eraf en plakt de uitgangen die bijna hetzelfde zijn als het werkwoord avoir in de tt erachter
B
Je plakt achter het hele werkwoord de uitgangen die bijna hetzelfde zijn als het werkwoord avoir in de tt
C
Je plakt achter het hele werkwoord de uitgangen die bijna hetzelfde zijn als het werkwoord être in de tt
D
Je plakt achter het hele werkwoord de uitgangen die hetzelfde zijn als de "imparfait"

Slide 9 - Quiz

Probeer een zin te maken* met aimer in de futur simple (ik zal hebben).

*Gebruik eventueel de uitleg die je kunt opvragen
timer
1:00

Slide 10 - Open question

De onregelmatige werkwoorden (zoals faire en être) hebben een aparte stam en daarbij gebruik je dus nooit het hele werkwoord.
timer
0:15
A
Vrai
B
Faux

Slide 11 - Quiz

Welke onregelmatige werkwoorden met onregelmatige voorstukjes ken je?

Slide 12 - Mind map

Probeer een zin te maken* met avoir in de futur simple (ik zal hebben).

*Gebruik eventueel de uitleg die je kunt opvragen
timer
1:00

Slide 13 - Open question

Evaluatie:
Snap je nu hoe de een futur simple werkt?

😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll

Choisis (kies) 1/3 activités:
  • Faire ex. 4 - CD'E, p. 67 ( Wat is jouw sterrenbeeld in 't Frans? Vertaal je horoscoop!) 
  • of Faire ex. 5 - CD'E, p. 67 (maak 5 zinnen)

Opdr. 4 of 5 zijn huiswerk voor dinsdag 11 april

  • Oefenen met le futur op verbuga.eu. Aanklikken: futur, verbes régulier en dan een willekeurig ww op -er (bijv. aimer) en dan op confirmer. Fais un screenshot de tes résultats!
Klaar?

Slide 15 - Slide