Gebitsverzorging

Mondverzorging
  1. Welkom
  2. Terugblik vorige week + Huiswerk
  3. Een verzorgd uiterlijk begint bij een goede persoonlijkeverzorging, vandaag: Het Gebit
  4. Lesdoelen bekijken
  5. Theorie + Praktijk: Mondverzorging
  6. Leerdoelen check--> behaald?
  7. Afsluiting van de les




1 / 39
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Mondverzorging
  1. Welkom
  2. Terugblik vorige week + Huiswerk
  3. Een verzorgd uiterlijk begint bij een goede persoonlijkeverzorging, vandaag: Het Gebit
  4. Lesdoelen bekijken
  5. Theorie + Praktijk: Mondverzorging
  6. Leerdoelen check--> behaald?
  7. Afsluiting van de les




Slide 1 - Slide

Lesdoelen: Mondverzorging
- Je kan uitleggen waarom mondverzorging belangrijk is
- Je kunt uitleggen welke producten je gebruikt voor mondverzorging
- Je kan je tanden volgens de juiste stappen verzorgen (werkkaarten)
-Je weet wat een tandplakverklikker doet
- Je kan je mond spoelen met mondwater
-Je kan je werkplek plek netjes achterlaten

Slide 2 - Slide

Terugblik vorige les+ Huiswerk
Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 3 - Slide

Wat is GEEN functie van de nagels?
A
Je kunt jezelf ermee krabben
B
Ze beschermen vinger en teentoppen
C
Ze zorgen ervoor dat je vingers minder zweten
D
Ze geven steun aan eerste vinger en teenkootjes

Slide 4 - Quiz

Nagels zijn afgeplatte klauwen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Zijn je nagels van hetzelfde materiaal gemaakt als je haar?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Hoe zien gezonde nagels eruit?
A
Wit en glad
B
Roze en bobbelig
C
Roze en glad
D
Roze en gespleten

Slide 7 - Quiz

Wat is dit?
A
Nagelvijl
B
Nagelschaar
C
Nagelknipper

Slide 8 - Quiz

Wat zie je hier?
A
Nagelriem
B
Nagelplaat
C
Nagelrand
D
Lanula

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Waarmee poets je je tanden?
A
Bezem
B
Tandenborstel
C
Rager
D
Water

Slide 11 - Quiz

Mondverzorging/Mondhygiëne?

Slide 12 - Mind map

Hoe vaak poets je je tanden?
A
niet
B
1x per maand
C
2x per dag
D
3x per week

Slide 13 - Quiz

Wat doen jullie aan
mondverzorging?

Slide 14 - Mind map

Je gebit
Je gebit bestaat uit je tanden en kiezen.
Als je lacht, zien mensen je gebit. Het is belangrijk dat je je gebit goed verzorgt:
Je hebt dan minder kans op gaatjes. 
Je hebt een frissere adem.
Je voelt je prettiger.
Je gebit verzorg je door je tanden te poetsen. Maar ook te flossen en mondwater te gebruiken. Ook twee keer per jaar naar de tandarts gaan is belangrijk. 

In deze lessen leer je goed voor je tanden te zorgen, zodat jij lang mooie tanden hebt. Veel plezier!

Slide 15 - Slide

gebitsverzorging
Je gebit is belangrijk om goed te kunnen bijten, kauwen en praten. Schone en gezonde tanden zijn een visitekaartje als je met iemand praat. Want iedereen kijkt liever naar een fris gebit. 
Aan het gebit kan iemand zien dat je goed voor jezelf zorgt.
Als je een goed verzorgd gebit wil, moet je er wel wat voor over hebben. 
 Zoals: 
- Minstens twee keer per dag je gebit poetsen. 
- Tandenpasta met fluor gebruiken. 
- Niet meer dan vier tussendoortjes per dag.
- Eet vooral weinig snoep. 
- Twee keer per jaar naar de tandarts gaan. 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Wat is hier aan de hand?


Slide 18 - Slide

De vorige foto, wat zag je daar?
A
Had iemand een roze lolly gegeten
B
Had iemand niet goed gepoetst
C
Had iemand het poetsen gecontroleerd
D
Had iemand roze aanslag

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Video

Poets jij wel eens zolang
je tanden niet?

Slide 21 - Mind map

Wat kan er gebeuren als je heel weinig of niet je tanden poetst
A
Vallen mijn tanden eruit
B
Krijg ik gaatjes
C
Heb ik een vieze smaak
D
Ruik ik uit mijn mond

Slide 22 - Quiz

Tekst
Deze persoon vult je gaatjes
Deze persoon maakt je gebit schoon 
Dit beschermt je tanden (onderdeel van je tand)
Hiermee kun je voelen
Zenuwen
Tandarts
Mondhygiëniste
Glazuur

Slide 23 - Drag question

Tanderosie
Als je last hebt van tanderosie lost je tandglazuur op. Tandglazuur is de harde laag die om je tanden zit. Het glazuur beschermt je tanden.  Ook kan tanderosie de wortels van je tanden oplossen. Als het glazuur dun wordt of helemaal weg is,  dan worden je tanden niet meer beschermd. Je krijgt dan makkelijk grote gaten in je kiezen. Ook slijten je tanden weg. Je tanden en kiezen lossen op. 

Slide 24 - Slide

Gezond gebit
Tanderosie

Slide 25 - Slide

Proef: Onder de plak

Zet klaar:
- je tandenborstel
- tandpasta
- bekertje
- servetje
- tandplakverklikker

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Stap 2
- Stop de tandplak verklikker in je mond en kauw erop.
- Verspreid het pilletje door je mond. Ga met je tong langs al je tanden.
- Spuug na 1 minuut de verklikker in je beker.
- Veeg je mond schoon met het servetje.
- bekijk je gebit in de spiegel.

Slide 28 - Slide

Waarom moet je 2 minuten poetsen?
A
Je hebt 2 minuten nodig om alle plekjes in je mond goed schoon te krijgen.
B
Pas na 2 minuten begint de tandenpasta te werken.

Slide 29 - Quiz

Hoe harder de haren van je tandenborstel, hoe beter.
Klopt dat?

A
Ja
B
Nee

Slide 30 - Quiz

Wat is waar?
A
het is voldoende om alleen de tanden en kiezen te poetsen, die je ziet als je lacht.
B
Zorg dat je geen enkel plekje in je mond overslaat met poetsen.

Slide 31 - Quiz

Welke uitspraak klopt?
A
Als je geen tandglazuur op je tanden en kiezen hebt, heb je een grotere kans op gaatjes.
B
Tandglazuur groeit gewoon weer aan, als het afgesleten is.

Slide 32 - Quiz

Je krijgt een snoepzak op een feestje met het volgende advies: ‘Je kunt beter niet teveel tegelijk snoepen. Neem liever elke vijf minuten een snoepje, dan doe je lekker lang met je snoepzak.’
Is dit verstandig?
A
Ja
B
Nee

Slide 33 - Quiz

Waarom is snoep slecht voor je tanden en kiezen?
A
De bacteriën in je mond veranderen de suikers in zuren. Die zuren maken het glazuur kapot.
B
De suiker in het snoep heeft scherpe randjes die zorgen voor gaatjes in de tanden.

Slide 34 - Quiz

Bloedend tandvlees? Stop meteen met poetsen!
Klopt dat?

A
Ja
B
Nee

Slide 35 - Quiz

Wat is tanderosie?
A
Het oplossen van het glazuur onder invloed van zuren van buitenaf (bijvoorbeeld eten en drinken).
B
Gaatjes in je tanden en kiezen door slecht poetsen.

Slide 36 - Quiz

Wat zijn de beste poetsmomenten?
A
Een uur nadat je gegeten of gedronken hebt, maar maximaal driemaal per dag.
B
‘S avonds, voordat je gaat slapen.

Slide 37 - Quiz

Slide 38 - Link

Praktische oefening: Tandenpoetsen
Stap 1: Lees eerst de werkkaarten door.
Stap 2: Heb je vragen...? Stel deze eerst aan je klasgenoot of aan de docent.

Slide 39 - Slide