De samenleving in de Vroege Middeleeuwen

Middeleeuwen
1 / 24
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Middeleeuwen

Slide 1 - Slide

Tijd van Grieken en Romeinen
(500 v. Chr. - 500 n. Chr.)
Tijd van Monniken en Ridders
(500-1000)
(Vroege Middeleeuwen)
Tijd van Steden en Staten
(1000-1500)
(Late Middeleeuwen)
1492: Columbus 'ontdekt' Amerika
(Einde van de Middeleeuwen)
⚓️
476: Val van het West-Romeinse Rijk
(Begin van de Middeleeuwen)
🔥
Tijd van Ontdekkers en Hervormers
(1500-1600)
Tijd van Regenten en Vorsten
(1600-1700)
Tijd van Pruiken en Revoluties
(1700-1800)

Slide 2 - Slide

Tijdens het Romeinse Rijk?

Slide 3 - Slide

Tijdens het Romeinse Rijk
Steden
Landbouw
Bestuur
Leger

Slide 4 - Slide

Na het Romeinse Rijk?
Landbouw
Steden
Bestuur
Leger

Slide 5 - Slide

Na het Romeinse Rijk
Steden
Landbouw
Bestuur
Leger

Slide 6 - Slide


Het Frankische Rijk
751-870



  • Het Frankische volk kreeg de macht over een groot deel van Europa.
  • De bekendste Frankische koning was Karel de Grote.  
  • In het jaar 800 werd hij zelfs keizer van het Heilige Roomse Rijk

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide


Het leenstelsel

  • Karel de Grote en zijn opvolgers konden het land niet alleen besturen.
  • Daarom kreeg hij hulp van vazallen: mannen die met hem meevochten

  • Zijn trouwste vazallen kregen als beloning ieder een gebied in leen. 
  • Zij mochten dit namens hem besturen: zij werden zijn leenmannen.
  • Het leenstelsel heet ook wel: feodalisme

Slide 9 - Slide

Leenstelsel

Systeem waarbij een heer stukken land aan leenmannen uitleende, in ruil voor hun trouw en steun.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

De leenman
De leenheer:
Karel de Grote
Het leen (de grond) dat de leenman 'in leen' krijgt.
De vier plichten van een leenman:
  • Hij moest trouw zweren aan de koning; 
  • Hij moest zijn gebied besturen en er recht-spreken;
  • Hij moest jaarlijks belasting aan de koning betalen; 
  • Als er oorlog was in het Rijk, moest hij met zijn eigen soldaten meevechten in het leger van de koning.
De leenman zweert trouw aan zijn leenheer, Karel de Grote.

Slide 12 - Slide

Hier staat Karel samen met een leenman, Het is een soort stripverhaal. Sleep de teksten naar de juiste plek?
Ik ben Karel
Ik ben een vazal
Dit is het leen
Ik zweer trouw

Slide 13 - Drag question


Het leven op een domein

  • Het gebied dat de leenaman mocht besturen namens de koning heette een domein
  • Het domein werd bestuurd door een edelman, een bisschop of een klooster
  • 90% van de bevolking werkte op het domein als vrije boer of horige

Slide 14 - Slide

Een donjon, of mottekasteel, was een versterkte wachttoren. Hier woonde de heer als er gevaar was.
Het gebied buiten het domein bestond uit de grond van de vrije boeren en de woeste gronden, onontgonnen gebied en bossen.
De vrije boeren moesten tijdens een oorlog wél meevechten met de heer. De wapenuitrusting moesten ze zelf betalen.
De akkers van de heer werden bewerkt door horigen. Er waren akkers waarbij de volledige opbrengst naar de heer ging, en er waren akkers waarbij een deel van de opbrengst voor de horige boeren was. Overigens moesten ze hun pacht ook weer van deze opbrengst betalen.
Het vroonhof was de boerderij (hoeve) van de heer. Hier woonde de heer als er geen gevaar was. De opbrengsten van zijn akkers werd in schuren opgeslagen. In woningen naast een vroonhof woonden de horige boeren in geval van gevaar, zoals oorlog.
Bij het vroonhof waren stallen voor de dieren en boomgaarden.
Horigen woonden in vredestijd buiten het vroonhof.
Met het hofstelsel bedoelen we het hele systeem (stelsel) van heren en horigen, inclusief de pacht en de herendiensten.

Slide 15 - Slide

Hofstelsel
Boeren

Slide 16 - Slide

Hofstelsel
Honger
Armoede
Onveilig
Boeren

Slide 17 - Slide

Hofstelsel
Honger
Armoede
Onveilig
De heer
Boeren

Slide 18 - Slide

Hofstelsel
Honger
Armoede
Onveilig
De heer
De heer geeft 
  • Bescherming
  • Landbouwgrond
Boeren

Slide 19 - Slide

Hofstelsel
Honger
Armoede
Onveilig
De heer
De heer geeft 
  • Bescherming
  • Landbouwgrond
In ruil geeft de boer:
  • Deel van oogst
  • Herendiensten
Horigen

Slide 20 - Slide

Wat is een goed voorbeeld
van een leenstelsel?
A
De koning bestuurt zijn land helemaal in zijn eentje.
B
De koning heeft ministers die hem advies geven over het bestuur van zijn land.
C
De koning heeft niets te zeggen over het bestuur van zijn land.
D
De koning heeft zijn land in twintig stukken verdeeld. Ieder stuk wordt bestuurd door een vriend van hem.

Slide 21 - Quiz

Op deze afbeelding uit de dertiende eeuw belooft een leenman trouw aan Karel de Grote.

Is deze uitspraak goed of fout?
De man helemaal links op de afbeelding is Karel de Grote.
A
Goed
B
Fout

Slide 22 - Quiz

Op deze afbeelding uit de dertiende eeuw belooft een leenman trouw aan Karel de Grote.

Is deze uitspraak goed of fout?
Karel de Grote wordt nu de leenheer van de leenman
A
Goed
B
Fout

Slide 23 - Quiz

Feodalisme / leenstelsel
Hofstelsel
Horigen
Domein
Herediensten
Politiek 
Leenheer
Trouw / macht
Vrije boeren

Slide 24 - Drag question