les 2- zinsdelen - hoofdstuk 2.7

Welkom klas 3
les 2 - zinsdelen - 2.7
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom klas 3
les 2 - zinsdelen - 2.7

Slide 1 - Slide

planning 
  • lezen 
  • huiswerk
  • uitleg + vragen 
  • spelletje 

Slide 2 - Slide

Zinsdelen

Slide 3 - Mind map

Zinsdelen
  • wwg
  • o
  • lv
  • mv
  • bwb

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

De zinsdeelstrepen staan goed:

Vanmorgen / hing / Karin / de reclamebordjes / op.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

De zinsdeelstrepen staan goed.
Sommige / klanten / gaven / haar / vreemde blikken.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

De zinsdeelstrepen staan goed.
Waarom / barstte / die / meneer / in / lachen / uit.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

De zinsdeelstrepen staan goed.
Snap / jij / het / nog?
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de volgende zin?
Tijdens mijn huiswerk / zet / ik / mijn smartphone / altijd / uit.

Slide 12 - Open question

Wat is het onderwerp in de volgende zin?
Tijdens mijn huiswerk / zet / ik / mijn smartphone / altijd / uit.

Slide 13 - Open question

Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin?
Tijdens mijn huiswerk / zet / ik / mijn smartphone / altijd / uit.

Slide 14 - Open question

Wat is de bijwoordelijke bepaling in de volgende zin?
Tijdens mijn huiswerk / zet / ik / mijn smartphone / altijd / uit.
(gebruik enter als er meer dan 1 bwb is)

Slide 15 - Open question

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de volgende zin?
Anders / heb / ik / een slechte concentratie.

Slide 16 - Open question

Wat is het onderwerp in de volgende zin?
Anders / heb / ik / een slechte concentratie.

Slide 17 - Open question

Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin?
Anders / heb / ik / een slechte concentratie.

Slide 18 - Open question

Wat is de bijwoordelijke bepaling in de volgende zin?
Anders / heb / ik / een slechte concentratie.

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

opdrachten 2.7 + kwartet
vorige keer: opdracht 1 t/m 6 af
Nu: aan de slag met zinsdelen (kwartet) 
Voorbereiding
Alle kaarten worden onder de spelers verdeeld. Het kan zijn dat sommige spelers meer kaarten hebben dan andere spelers. De kaarten neem je in je hand en laat je niet aan de andere spelers zien
Doel
Het is de bedoeling door slim te spelen en te vragen zoveel mogelijk setjes van vier kaarten te verzamelen, de kwartetten. Door goed op te letten bij andere beurten kun je achterhalen wie welke kwartetkaarten heeft. Degene met de meeste kwartetten wint.

Slide 21 - Slide