4 maart 2024

 le 3 avril 2022
1 / 11
next
Slide 1: Slide
FMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

 le 3 avril 2022

Slide 1 - Slide

ERK
ERK niveau Frans bovenbouw:
Leesvaardigheid : B2
Luistervaardigheid: B2
Spreekvaardigheid/gespreksvaardigheid: B1+
Schrijfvaardigheid: B1

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Belangrijk bij brief
+ verschil formele/informele brief: klas 5: informele brief
+ briefidioom
+ woordenschat
+ grammatica: ACCORD!!!
- bijvoeglijke naamwoorden
- werkwoorden: vorm en tijd
- bijwoorden
- zinsvolgorde

Slide 5 - Slide

Passé composé
Voltooid deelwoord: hulpwerkwoord + voltooid deelwoord
Hulpwerkwoord: être of avoir

Ik heb gegeten: j'ai mangé
ik ben vertrokken: je suis parti(e) 

Slide 6 - Slide

Passé composé : vormen
regelmatige ww: -er wordt é, -ir wordt -i, -re wordt -u
onregelmatige ww: zorg dat je de volgende kent:
avoir - eu
être - été
faire - fait
zoek de rest op in je woordenboek/grammaticakatern

Slide 7 - Slide

Passé composé met avoir
Bij het hulpwerkwoord avoir verandert het voltooid deelwoord niet. 
j'ai mangé                            nous avons mangé
tu as mangé                        vous avez mangé
il/elle a mangé                    ils/elles ont mangé

Slide 8 - Slide

Passé composé met être
Bij het hulpwerkwoord être past het voltooid deelwoord zich aan aan het onderwerp:
je suis parti(e)              nous sommes parti(e)s
tu es parti(e)                  vous êtes parti(e)(s)
il est parti                       ils sont partis
elle est partie                elles sont parties

Slide 9 - Slide

Passé composé wederkerend ww
Wederkerend ww altijd vervoegen met être
vb se tromper: zich vergissen
je me suis trompé(e)         nous nous sommes trompé(e)s
tu t'es trompé(e)                vous vous êtes trompé(e)(s)
il s'est trompé                       ils se sont trompés
elle s'est trompée               elles se sont trompées

Slide 10 - Slide

Veel gemaakte fouten
- accord: cette vacances, ma copines
- lidwoorden: na aimer, adorer, détester, préférer: bepaald lidwoord, let op steden en landennamen, delend lidwoord
- werkwoordstijden: verschil imparfait - passé composé

Slide 11 - Slide