Unit 3 Lesson 4

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Plurals

Basisregel: enkelvoud +s

s-klank

Woorden die op een s-klank eindigen (-s, -x, -sh) krijgen +es

box - boxes

bush - bushes

bus - buses

woorden op -o

Woorden die op een -o eindigen, krijgen meestal +es

hero - heroes

tomato - tomatoes

potato - potatoes

woorden op -y

Woorden die op een medeklinker gevolgd door -y eindigen, krijgen -ies

baby - babies

hobby - hobbies

let op: toy - toys

woorden op -f(e)

Woorden die op -f of -fe eindigen, krijgen -ves

thief - thieves

wolf - wolves

wife - wives

1 car
2 ….

1 lady
2 ….

1 boy
2 ….

1 potato
2 ….

1 radio
2 ….

1 watch
2 ….

1 dwarf
2 ….

Me, you, him

I

You

He

She

It

We

You

They

Me

You

Him

Her

It

Us

Them

The children are as hungry as ...

1. we
2. us

We all like cake, except ...

1. she
2. her

Everyone arrived on time but ...

1. he
2. him

Vertaal de zin:
Ja, ik neem hem.

Vertaal de zin:
Kun je me helpen?