pedagogiek, inrichting en materialen

Pedagogiek en inrichting
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 4

This lesson contains 15 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 240 min

Items in this lesson

Pedagogiek en inrichting

Slide 1 - Slide

De ruimte als extra pedagoog
Wist je dat kleuren, vormen, geluiden, licht en materialen invloed hebben op hoe je je voelt in een ruimte? En dat je die ruimte dus ook heel goed kan inzetten als extra pedagoog? 
‘Een goed ingerichte ruimte daagt kinderen uit tot spel en ontwikkeling’

Pedagoog Annemiek Waage.

Slide 2 - Slide

Federica Taddei :‘Kinderen zijn heel gevoelig voor hun omgeving, ze verkennen die met hun hele lichaam en al hun zintuigen. Het belangrijkste is dat kinderen zich thuis voelen in het  kindercentrum. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

Een prettige sfeer hoeft zeker niet samen te hangen met het budget
 Een ruimte die is ingericht met dure spullen hoeft niet aangenamer te zijn dan een ruimte met goedkopere
materialen. Belangrijker is dat er zorg en aandacht aan de inrichting en aankleding is besteed. 

Vooral: dat de inrichting en aankleding passen bij de functie van de ruimte en zijn gebruikers.

Slide 5 - Slide

Gevoel van geborgenheid
Door inrichting van de ruimte kan een veilige sfeer worden gecreëerd voor jonge kinderen, met aandacht voor akoestiek (geluid), licht, kleur en indeling. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

De activiteitenplek
  • Een activiteitenplek onderscheidt zich van de ruimte door hoe hij er uit ziet en door wat je er kunt doen. 
  • Het is voor de kinderen duidelijk voor welke activiteiten de plek/ruimte is bedoeld. 
  • Dit zien ze door de inrichting en aankleding van de plek/ruimte

In een activiteitenplek/ruimte kunnen over het algemeen drie à vier kinderen spelen. Bij de BSO vier à vijf.

Slide 13 - Slide

Gebruik bij de selectie en samenstelling van de gewenste activiteitenplekken de volgende aandachtspunten:
  • Wordt de emotionele veiligheid voldoende gewaarborgd
  • Worden de verschillende persoonlijke competenties (cognitief, motorisch- zintuiglijk, communicatief en creatief) door de gemaakte keuzes voldoende gestimuleerd?
  • Worden de sociale competenties voldoende gestimuleerd?
  • Wordt de eigen pedagogische visie van het kindercentrum door de gemaakte keuzes voldoende ondersteund?

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video