1.2 Inzoomen op Sydney

Welkom allemaal / Wat gaan we doen ?
  • Leg je boeken, aantekeningenschrift + etui op tafel

  • Wacht rustig tot de les begint
1 / 50
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom allemaal / Wat gaan we doen ?
  • Leg je boeken, aantekeningenschrift + etui op tafel

  • Wacht rustig tot de les begint

Slide 1 - Slide

Paragraaf 1.2 Inzoomen op Sydney

Slide 2 - Slide

 1.1 Sydney

Hoofdstuk 1: Australië 
1.2 Australie: een enorm land 
1.3 Australie in de atlas


1.4 Bronnen: Australie op de aardbol



Deelvraag: Wat doe je bij aardrijkskunde met inzoomen en met uitzoomen?

Slide 3 - Slide

Leerdoelen 1.2
Wat moet je kennen en kunnen?

  • Je kunt het verschil uitleggen tussen een natuurlandschap en een ingericht landschap en deze landschappen op foto’s herkennen.
  • Je kunt op foto’s en kaarten inrichtingselementen en natuurlijke elementen herkennen en benoemen.
  • Je kunt de verschillen tussen het stadscentrum en de woonwijken in Sydney noemen.
  • Je kunt voorbeelden geven van verschillende schaalniveaus.
  • Je kunt wisselen van schaalniveau door in te zoomen en uit te zoomen.


Tijdens de uitleg:
 ben je stil,
steek je je hand op als je mee wilt doen
 maak je aantekeningen

Slide 4 - Slide

Samen lezen blz 10 + 11 leerboek
Daarna aantekeningen maken 

Tijdens de uitleg:
 ben je stil,
steek je je hand op als je mee wilt doen
 maak je aantekeningen

Slide 5 - Slide

Twee landschappen
  • Er zijn 2 soorten landschappen:

  • 1. Natuurlandschap: Landschap die bestaat uit natuur, waar de mens niets aan heeft verandert. 

  • Er zijn alleen natuurlijke elementen: bergen, bossen, woestijnen
  • Een groot deel van Australië is puur natuur. 




Maak aantekeningen!!

Slide 6 - Slide

Twee landschappen
  • 2. Ingericht landschap:  Landschap die door mensen zijn ingericht 
  • In een ingericht landschap vind je veel inrichtingselementen : gebouwen, bruggen, spoorlijnen en akkers
  • Dit zie je veel in Sydney en andere grote steden aan de kust.


Maak aantekeningen!!

Slide 7 - Slide

Natuurlandschap

Slide 8 - Slide

Ingericht landschap

Slide 9 - Slide

Ingericht of natuurlandschap?

Slide 10 - Slide

Ingericht of natuurlandschap?

Slide 11 - Slide

Ingericht of natuurlandschap?

Slide 12 - Slide

Ingericht of natuurlandschap?

Slide 13 - Slide

Het stadscentrum van Sydney
► Stadscentrum Sydney: 
  • Kenmerken: dicht op elkaar, smalle straten, hoogbouw, veel kantoren, hotels, woontorens, musea & winkels.

  • Woonwijken buiten stadscentrum:
  • Kenmerken: vrijstaande huizen met grote tuinen, vooral laagbouw.


Maak aantekeningen!!

Slide 14 - Slide

Buitenwijken
Stadscentrum Syney

Slide 15 - Slide

Hoe kun je op dit kaartje zien dat dit het stadscentrum is?

Slide 16 - Slide

Hoogbouw in de grote steden
Laagbouw in woonwijken

Slide 17 - Slide

Aan het werk
  • Werkboek: Blz 11
  • Leerboek blz. 10 + 11


  • We gaan samen de opdrachten maken

Slide 18 - Slide

Inzoomen en uitzoomen
Uitzoomen = een gebied van verderaf  bekijken, je ziet minder details.

  •  Inzoomen = een gebied van dichterbij bekijken, je ziet meer details.

  • Bij inzoomen en uitzoomen verander je van schaalniveau.

Maak aantekeningen!!

Slide 19 - Slide

Inzoomen of uitzoomen?

Slide 20 - Slide

De 5 schaalniveaus

Slide 21 - Slide

4 soorten schaalniveaus

Slide 22 - Slide

Schaalniveau?

Slide 23 - Slide

Schaalniveau?

Slide 24 - Slide

Schaalniveau?

Slide 25 - Slide

Schaalniveau?

Slide 26 - Slide

Vragen?

Slide 27 - Slide

Aan de slag
Ga naar SOM Today
Leermiddelen
Aardrijkskunde
1 vmbo KT
Ga naar H1 Australië 

We gaan een aantal opdrachten samen maken:
7  ( zelf maken: 9)

Slide 28 - Slide

Opruimen
Stoelen op tafel
Ramen dicht
Scherm omhoog
  • Stoelen aanschuiven
  • Stekkerdozen terugrollen
  • Tafels netjes
  • Rustig lokaal verlaten

Tot volgende week!

Slide 29 - Slide

Exit Ticket
Hoe goed heb je de les begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

HERHALING
Paragraaf 1.2
Inzoomen op Sydney

Slide 31 - Slide

Welke 4 dingen heb je nodig om goed een kaart te lezen

Slide 32 - Open question

Wat weet je al?
Dit geeft aan waar het noorden ligt. 
Hier kun je lezen waar de kaart over gaat.
Hier kun je zien wat de verschillende kleuren en symbolen op een kaart betekenen.
Hier kun je zien hoeveel 1 cm op de kaart in het echt is.
Titel
Noordpijl
Schaal
Legenda

Slide 33 - Drag question

Wat betekent bevolkingsdichtheid?
A
Aantal inwoners per vierkante km
B
Aantal inwoners per vierkante meter

Slide 34 - Quiz

Hoe reken je de bevolkingsdichtheid uit? wat is de som?

Slide 35 - Open question

Wat is uitzoomen?
A
Je ziet een groter gebied
B
Je ziet een kleiner gebied

Slide 36 - Quiz

Bij inzoomen ga je naar een kleiner gebied. Je ziet meer details.
A
Niet waar
B
Waar

Slide 37 - Quiz

Noem twee kenmerken van het stadscentrum van Sydney

Slide 38 - Open question

Noem twee kenmerken van de buitenwijken van Sydney

Slide 39 - Open question

Als je eerst een kaart bekijkt van de wereld en daarna van Nederland. Dan ben je aan het ..........
A
uitzoomen
B
inzoomen

Slide 40 - Quiz

Als je eerst een kaart bekijkt van
het land Frankrijk en daarna een kaart van Parijs. Dan ben je aan het ..........
A
uitzoomen
B
inzoomen

Slide 41 - Quiz

Ik kijk eerst naar kaart A daarna na kaart B. Ik ben aan het ...
A
Inzoomen
B
Uitzoomen

Slide 42 - Quiz

Is dit een natuurlandschap of een ingericht landschap?
A
Natuurlandschap
B
Ingericht landschap

Slide 43 - Quiz

Welk soort landschap zie je?
A
Natuurlandschap
B
Ingericht landschap

Slide 44 - Quiz

Welk soort landschap zie je?
A
Natuurlandschap
B
Ingericht landschap

Slide 45 - Quiz

natuurlijke elementen
inrichtings elementen
oerbossen
bergen
akkers
bruggen
vulkanen
wegen
rivieren
Kanalen

Slide 46 - Drag question

Welk schaalniveau?
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Continentaal
D
Mondiaal

Slide 47 - Quiz

Welk schaalniveau
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Continentaal
D
Nationaal

Slide 48 - Quiz

Welk schaalniveau
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Continentaal
D
Nationaal

Slide 49 - Quiz

Welk schaalniveau
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Continentaal
D
Mondiaal

Slide 50 - Quiz