Kapitel 1,2 en 3 les 5 en 6 (spreken)
Herzlich wilkommen
- Ga rustig op je plek zitten en pak alvast je spullen erbij
- Houd je laptop nog dicht.
- je mobiel zit in je rugzak/tas
Wacht rustig af tot de docent begint!!!!
1 / 13
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
This lesson contains 13 slides, with text slides.
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Herzlich wilkommen
- Ga rustig op je plek zitten en pak alvast je spullen erbij
- Houd je laptop nog dicht.
- je mobiel zit in je rugzak/tas
Wacht rustig af tot de docent begint!!!!
Slide 1 - Slide
Sprechen
Kapitel 1 ,2 en 3
Slide 2 - Slide
Thema ik kan iets vertellen over:
mijzelf , mijne familie/vrienden en over school
Boek, Sprachmittel van hoofdstuk 1, 2 en 3
en de woordenlijsten
Slide 3 - Slide
Leerdoelen van vandaag:
- Ik kan zeggen hoe ik heet, hoe oud je bent, waar je woont en je telefoonnummer noemen.
- Ik kan vertellen wie mijn familieleden en vrienden zijn.
Ik kan vertellen of ik broers en zussen hebt.
Ik kan mijn familieleden en vrienden beschrijven: leeftijd en eigenschappen- Ik kan vertellen op wat voor school ik zit en in welke klas.
- Ik kan vertellen hoe mijn lesrooster eruit ziet en daarbij dagdelen, lesuren en kloktijden benoemen.
- Ik kan mijn mening geven over de verschillende schoolvakken.
Slide 4 - Slide
Sprachmittel voorstellen
Wie ben je? Wer bist du?
Hoe heet je? Wie heißt du?
Ik heet … . Ich heiße … .
Mijn naam is … . Mein Name ist … .
Hoe oud ben je? Wie alt bist du?
Ik ben … jaar. Ich bin … Jahre alt.
Waar kom je vandaan? Woher kommst du?
Ik kom uit … . Ich komme aus … .
Waar woon je? Wo wohnst du?
Ik woon in … . Ich wohne in … .
Wat is je … . Was ist dein/deine … .
Mijn … is … . Meine … ist … .
Slide 5 - Slide
Sprachmittel over mijne familie/vrienden:
Wie is dat? Wer ist das?
Dat is mijn … . Das ist mein / meine … .
Hij / Zij heet … . Er / Sie heißt … .
Zijn / Haar naam is … . Sein / Ihr Name ist … .
Dat zijn onze … . Das sind unsere … .
Kun je … beschrijven? Kannst du … beschreiben?
Hij is mijn … . Er ist mein … .
Zij is mijn … . Sie ist meine … .
Heb je broers of zussen? Hast du Geschwister?
Ja, ik heb … . Ja, ich habe … .
Nee, ik heb geen broers en zussen. Nein, ich habe keine Geschwister.
Slide 6 - Slide
Sprachmittel over school:
Op welke school zit je? Auf welche Schule gehst du?
Ik zit op … . Ich gehe auf … .
In welke klas zit … ? In welche Klasse geht … ?
Ze zit in de tweede klas. Sie geht in die achte Klasse.
Hoe ziet … eruit? Wie sieht … aus?
Wanneer heb je … ? Wann hast du … ?
Op … heb ik … . Am … habe ich … .
Om … hebben we … . Um … haben wir … .
… hebben we een toets. … ...........schreiben wir einen Test.
… maak ik huiswerk. … mache ich Hausaufgaben.
Hoe vind je … ? Wie findest du … ?
… vind ik … en … . … finde ich … und … .
… is mijn lievelingsvak. … ist mein Lieblingsfach.
Slide 7 - Slide
Werkwijze:
1. Wat ga je doen?
Maak een interview over jezelf met de thema's hobby, wonen en uiterlijk.
2. Hoe ga je het doen
- Werk met z'n tween
- Pak een papier/ schrift en je boek
- Schrijf eerst in het Nederlands op wat je gaat vertellen of vragen.
- Zoek dan in het boek bij Sprachmittel en in de woordenlijst hoe het in het Duits moet.
- Laat het nog even door mij checken.
- Oefen dan met z'n tween het gesprek
Slide 8 - Slide
Werkwijze:
1. 3. Hoelang krijg je hiervoor?
- 2 lessen
- Werkboek en het vragen tijdens de les
Slide 9 - Slide
Werksfeer
- Jullie werken RUSTIG in groepjes (Fluisteren)
- Er wordt NIET gelopen in de klas
- Vraag? Steek je vinger op!
- Er wordt NIET gelopen in de klas
- Vraag? Steek je vinger op!
Slide 10 - Slide
Oefen je gesprek thuis
Volgende les gaan we spreken!
Slide 11 - Slide
Ein Gespräch
Hallo, ich heiße Stefanie und wie heißt du?
Hallo, mein Name ist Kevin.
Wo wohnst du?
Ich wohne in Utrecht und du?
Ich auch :-)
Slide 12 - Slide
Was ist deine Telefonnummer?
06 47891345 und deine?
