Poëzie - startles + rijm

3 mavo    POËZIE

1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

3 mavo    POËZIE

Slide 1 - Slide

Kenmerken poëzie
regels zijn kort, veel wit
opbouw in stukjes tekst die bij elkaar horen (strofe)
woorden en zinnen zijn vaak bijzonder:
- woorden rijmen soms
- woorden en zinnen kunnen meer dan 1 betekenis hebben
- woorden en zinnen worden soms herhaald
- er wordt gebruik gemaakt van beelden

Vaak weining tijd nodig om een gedicht te lezen, maar veel tijd nodig om het te begrijpen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Uit hoeveel strofes bestaat het gedicht?

Slide 5 - Open question

Eindrijm
Woorden aan het einde van de regel hebben dezelfde klank.

Kijk maar naar het gedicht hiernaast:

Slide 6 - Slide

Rijmschema
Van het eindrijm kun je een rijmschema maken.
• Je geeft elke rijmklank een nieuwe letter. De klank in de eerste regel a, de volgende klank b, etc.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

A.
Sint liep te denken
Wat moest hij jou schenken
Een boek of een bon
Of een flesje lotion?
B.
Sint liep te denken,
Een boek of een bon
Of een flesje lotion,
Wat moest hij jou schenken?
C.
Sint liep te denken
Een boek of een bon
Wat moest hij jou schenken
Een flesje lotion?
gepaard rijm
omarmend rijm
gekruist rijm
abab
aabb
abba

Slide 12 - Drag question

Beginrijm / Alliteratie
Voorbeeld: "De kat krabt de krullen van de trap". 
 In die zin beginnen veel woorden met de 'k'.
 Bij alliteratie gaat het om overeenkomst in klank van medeklinkers aan het begin van woorden.

Slide 13 - Slide

Assonantie
Enkele woorden die bij elkaar in de buurt staan, hebben dezelfde klank, maar niet dezelfde eindletter(s).

bv. mijn wijk

Slide 14 - Slide

Klinkerrijm / assonantie

• Het gaat hierbij om de uitspraak, en niet om de spelling
• Zo is er bijvoorbeeld ook assonantie bij 'een groot cadeau'

Slide 15 - Slide

Alliteratie / Assonantie
Alliteratie (beginrijm):
Groen - grom - griezel etc.
Assonantie (klinkerrijm):
Moeten - groenten - doe - vroeg - troep - schoen- moeder - groen - groeien

Slide 16 - Slide

Alliteratie / Assonantie
Alliteratie (beginrijm):
Groen - grom - griezel etc. 
Assonantie (klinkerrijm):
Moeten - groenten - doe - vroeg - troep - schoen- moeder - groen - groeien

Slide 17 - Slide

Liesje leerde lotje lopen langs de lange lindenlaan
A
Alliteratie
B
Assonantie
C
Eindrijm
D
Beginrijm

Slide 18 - Quiz

De man uit Waddinxveen,
woont zijn hele leven al alleen.
A
Alliteratie
B
Assonantie
C
Eindrijm
D
Beginrijm

Slide 19 - Quiz

De mUIs gaat naar hUIs.

A
alliteratie
B
assonantie
C
Eindrijm
D
beginrijm

Slide 20 - Quiz