17 januari 2020

Programma
Lezen
Terugblik vorige les 
Uitleg nieuwe theorie
Aan het werk
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Programma
Lezen
Terugblik vorige les 
Uitleg nieuwe theorie
Aan het werk

Slide 1 - Slide

Terugblik les
  • Wat hebben we de vorige les behandeld? 

  • Tot nu toe geleerd: 
- voltooid deelwoord
- onvoltooid deelwoord
- 't kofschip

Slide 2 - Slide

Vandaag
Doelen
  • Aan het einde van de les heb je geleerd dat sommige woorden tussenletters kennen.
  • Aan het einde van de les heb je geleerd hoe je de tussenletters gebruikt.

Slide 3 - Slide

Tussenletters
  • Je kunt een nieuw woord maken door twee bestaande woorden aan elkaar te plakken: samenstelling.
  • De woorden in een samenstelling kun je vaak gewoon aan elkaar vast schrijven
Voorbeeld: fiets+kar = fietskar
  • Dit kan niet altijd--> dan tussenletters gebruiken voor een goed samengesteld woord.

Slide 4 - Slide

Tussenletters
- en -
- e - 
- s -

Slide 5 - Slide

Zo gebruik je tussenletter - en - 
  • Tussenletter -en- : 
Het eerste deel heeft alleen een meervoud op -en. 
Voorbeeld: krant+jongen = krantenjongen

Slide 6 - Slide

Zo gebruik je tussenletter - e - 
  • Het eerste deel van het woord dat een meervoud op -s kent, krijgt een tussenletter -e-
Voorbeeld: seconde+wijzer=secondewijzer (mv is secondes)
  • Het eerste deel van het woord dat geen meervoud op -en kent, krijgt een tussenletter - e - 
Voorbeeld: rijst+pap=rijstepap (rijst geen meervoud)
  • Het eerste deel van het woord een meervoud op een -s en -n heeft.
Voorbeeld: geboortecijfer, groenteboer


Slide 7 - Slide

Zo gebruik je tussenletter - e - 
  • Het eerste deel van het woord heeft een versterkende betekenis
Voorbeeld: beer+sterk= beresterk 

  • Het eerste deel van het woord is geen zelfstandig naamwoord
Voorbeeld: lach+bek=lachebek


  • Het eerste deel gaat over iets waar er echt maar één van is
Voorbeeld: zon+schijn=zonneschijn

Slide 8 - Slide

Zo gebruik je een tussenletter -s-
  • De tussenletter -s- kun je meestal horen
Voorbeeld: bokser+neus= boksersneus
  • Hoor je de extra -s- niet? 
  • Vervang dan het tweede deel 
Voorbeeld: damesschoen, want het is ook damestoilet
Voorbeeld: stadsschouwburg, want het is ook stadshuis. 

Slide 9 - Slide

Aan het werk 
  • Maken H2 
  • Blz. 58, 59, 60
  • Maken: 8, 9, 10
  • Met oortjes in, maar verder niet aan telefoon komen!
  • Klaar? Iets voor jezelf doen.


timer
1:00

Slide 10 - Slide