• What is LessonUp
  • Search
  • Channels
  • AI tools

    Beta

‹Return to search

DA BBL CVRM+Diabetes

CVRM en diabetes
1 / 32
next
Slide 1: Slide
GeneesmiddelkennisBeroepsopleiding

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

CVRM en diabetes

Slide 1 - Slide

Angina pectoris is:
A
Verminderde pompfunctie hart
B
Hartkramp door zuurstofterkort
C
Een ander woord voor een hartaanval
D
Een beroerte

Slide 2 - Quiz

Hartfalen is:
A
Verminderde pompfunctie hart
B
Hartkramp door zuurstofterkort
C
Een ander woord voor een hartaanval
D
Een beroerte

Slide 3 - Quiz

Simvastatine zorgt voor
A
Meer afbraak van cholesterol
B
Minder opname van cholesterol
C
Minder aanmaak van cholesterol
D
Bindt aan cholesterol in de darmen

Slide 4 - Quiz

Simvastatine kan je het beste innemen:
A
In de avond
B
In de ochtend
C
In de middag
D
Met een maaltijd

Slide 5 - Quiz

Mevrouw Jansen gebruikt pravastatine en krijgt spierpijn. Wat moet er gebeuren?
A
Minder sporten
B
Pravastatine in de avond innemen
C
Direct stoppen met het gebruik van statines
D
Ander statine of lagere dosering

Slide 6 - Quiz

Wat kan je iemand adviseren die duizelig wordt van bloeddrukverlagers?
A
Stoppen met bloeddrukverlagers
B
Dosering verhogen
C
Zittend innemen op de rand van het bed
D
Dosering verlagen

Slide 7 - Quiz

Lisinopril is een
A
Diureticum
B
RAAS-remmer
C
Betablokker
D
Calciumantagonist

Slide 8 - Quiz

Nifidipine is een
A
Diureticum
B
RAAS-remmer
C
Betablokker
D
Calciumantagonist

Slide 9 - Quiz

Metoprolol is een
A
Diureticum
B
RAAS-remmer
C
Betablokker
D
Calciumantagonist

Slide 10 - Quiz

Hydrochloorthiazide is een
A
Diureticum
B
RAAS-remmer
C
Betablokker
D
Calciumantagonist

Slide 11 - Quiz

Een bekende bijwerking van ACE-remmers is
A
Slapeloosheid
B
Prikkelhoest
C
Huiduitslag
D
Jeuk

Slide 12 - Quiz

Bij prikkelhoest bij een ACE remmer wordt het volgende gedaan:
A
Overstappen naar een betablokker
B
Overstappen naar simvastatine
C
Overstappen naar een calciumantagonist
D
Overstappen naar een AT-2 antagonist

Slide 13 - Quiz

Wat zijn (relatieve) CI's voor betablokkers?
A
Astma/COPD en Diabetes
B
Hartfalen en Diabetes
C
Angina pectoris en Astma/COPD
D
Hartfalen en Angina pectoris

Slide 14 - Quiz

Wat is GEEN indicatie van betablokkers
A
Podiumangst
B
Preventie van migraine
C
Hartfalen
D
Diabetes

Slide 15 - Quiz

Wat zijn de meest voorkomende bijwerkingen van antistollingsmiddelen?
A
Duizeligheid
B
Tachycardie
C
Blauwe plekken en bloedingen
D
Verlengde menstruatie

Slide 16 - Quiz

Welke bewering over cumarine derivaten is ONJUIST
A
Acenocoumarol behoort tot deze groep
B
Ook wel vitamine-K antagonisten genoemd
C
Bij overdosering kan je vitamine K toedienen
D
Geen controle trombosedienst

Slide 17 - Quiz

Rivaroxaban hoort bij de groep
A
Bloedplaatjes-aggregatieremmer
B
DOAC's
C
Coumarinederivaten
D
Dit is geen antistollingsmiddel

Slide 18 - Quiz

Acenocoumarol hoort bij de groep
A
Bloedplaatjes-aggregatieremmer
B
DOAC's
C
Cumarinederivaten
D
Dit is geen antistollingsmiddel

Slide 19 - Quiz

Acetylsalicylzuur hoort bij de groep
A
Bloedplaatjes-aggregatieremmer
B
DOAC's
C
Coumarinederivaten
D
Dit is geen antistollingsmiddel

Slide 20 - Quiz

Simvastatine hoort bij de groep
A
Bloedplaatjes-aggregatieremmer
B
DOAC's
C
Coumarinederivaten
D
Dit is geen antistollingsmiddel

Slide 21 - Quiz

Welke bewering over acetylsalicylzuur 80mg is ONJUIST?
A
Het is een pijnstiller
B
Boven de 80 een maagbeschermer erbij
C
Bloedplaatjes-aggragatieremmer
D
Werkt na stoppen nog 7-10 dagen door

Slide 22 - Quiz

Het grote voordeel van DOAC's boven cumarines is:
A
Minder irritatie op injectieplek
B
Geen trombosedienst nodig
C
Er is meer ervaring mee
D
Cumarines zijn beter

Slide 23 - Quiz

Waarom is bij nitraten een nitraatvrije periode nodig?
A
Vermindering bijwerkingen
B
Rustperiode voor het lichaam
C
Gewenning
D
Kosten

Slide 24 - Quiz

Welke bewering over digoxine is ONJUIST
A
Het heeft een grote therapeutische breedte
B
De dosering moet omlaag bij ouderen
C
Laag kalium maakt het toxischer
D
Vergroot pompkracht hart

Slide 25 - Quiz

Insuline wordt gemaakt in de
A
Lever
B
Alvleesklier
C
Bijnier
D
Schildklier

Slide 26 - Quiz

Mevrouw Yilmaz is 54 en heeft een BMI van 30. Sinds kort heeft ze een hoge bloedsuikerspiegel
A
Ze heeft diabetes type I
B
Ze heeft diabetes type II
C
Je kan hier niet uit opmaken wat ze heeft
D
Ze heeft geen diabetes

Slide 27 - Quiz

Metformine hoort tot de groep van
A
Biguaniden
B
SU-derivaten
C
SGLT-2-remmers
D
Insuline

Slide 28 - Quiz

Dapagliflozine hoort tot de groep van
A
Biguaniden
B
SU-derivaten
C
SGLT-2-remmers
D
Insuline

Slide 29 - Quiz

Gliclazide hoort tot de groep van
A
Biguaniden
B
SU-derivaten
C
SGLT-2-remmers
D
Insuline

Slide 30 - Quiz

Insuline aspart hoort tot de groep van
A
Langwerkende insulines
B
SU-derivaten
C
SGLT-2-remmers
D
Kortwerkende insulines

Slide 31 - Quiz

Wat is ONjuist?
A
Insuline niet schudden voor gebruik
B
Insuline bewaren op kamertemperatuur
C
Insuline kan niet oraal worden ingenomen
D
Niet in een spier injecteren

Slide 32 - Quiz

More lessons like this

DA BBL CVRM+Diabetes

September 2024 - Lesson with 32 slides
GeneesmiddelkennisBeroepsopleiding

DA BBL CVRM+Diabetes

September 2024 - Lesson with 15 slides
GeneesmiddelkennisBeroepsopleiding

FPZ CVRM H16 hypertensie BH

November 2024 - Lesson with 28 slides
FarmacotherapieMBOStudiejaar 1

Oefenvragen Farmacotherapie theorie (DM- HVZ -luchtwegen)

December 2023 - Lesson with 31 slides
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

GMK P2.2 - HH CVRM en Diabetes

October 2022 - Lesson with 40 slides
GeneesmiddelkennisMBOStudiejaar 2

CVRM sprint 2

February 2021 - Lesson with 20 slides
FarmacotherapieMBOStudiejaar 3

H15_CVRM_Hoge bloeddruk_2023

February 2023 - Lesson with 30 slides
FarmacotherapieMBOStudiejaar 2,3

Farma H15 CVRM

December 2020 - Lesson with 38 slides
FarmacotherapieMBOStudiejaar 3
LessonUp
TermsPrivacy StatementCookie StatementContact
English

Our Cookies

We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.

Change settings