Schrijven les 1

Welkom H2Q
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom H2Q

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
- Je weet wanneer je jouw leesboek uit moet hebben gelezen
- Je weet wat de planning is voor de komende lessen
- Je weet wat de toetsopdracht TEA2 is
- Je kunt correct leestekens gebruiken

Slide 2 - Slide

Lesprogramma

- Welkom: planning en toetsopdracht (10 min)
- Lezen (15 min)
- Uitleg spelling (10 min)
- Zelfstandig werken (25 min)
- Afsluiting (5 min)

Slide 3 - Slide

Toetsopdracht

Slide 4 - Slide

Planning
Vrijdag 4 november: Spelling leestekens
Vrijdag 11 november: docentfeedback interview, spelling en formuleren
Vrijdag 18 november: bouwplan, overtuigende tekst, werkwoordspelling 
Laatste les om je leesboek uit te lezen 
Vrijdag 25 november: feedback recensie, inleveren 1e versie recensie, werkwoordspelling
Vrijdag 2 december: docentfeedback recensie verwerken, formuleren: verbanden tussen zinnen aanbrengen
Vrijdag 9 december: deadline toetsopdracht

Slide 5 - Slide

Lezen

Slide 6 - Slide

Leestekens
- Aan het eind van een zin zet je een punt (of vraag- of uitroepteken)
- Als je twee zinnen samenvoegt, zet je een komma, 1. tussen 2 persoonsvormen, 2. voor een verbindingswoord, 3. als je delen van een zin niet los kunt uitspreken
- Als twee zinnen sterk met elkaar samenhangen, kun je puntkomma zetten, een punt mag ook op zo'n moment.
- als de tweede zin een toelichting is bij de eerste zin, verbind je de zinnen met een dubbele punt Op die plek zou ook een komma en want kunnen komen.

Slide 7 - Slide

We hebben een goede vakantie gehad   vooral de eerste weken hebben we ons goed vermaakt.

We hebben een fijne vakantie gehad  we konden elke dag naar het zwembad.


Slide 8 - Slide

Hoofdletters
Wanneer: 
1. Begin van de zin (behalve ...)
2. Eigennamen van mensen, straten, landen, feestdagen, scholen enz. (Let op bij voorvoegsels en samenstellingen)
3. Bijvoeglijke naamwoorden die van aardrijkskundige namen zijn afgeleid


Slide 9 - Slide

Kleine letters

1. bij samenstellingen met religieuze feesten: pinkstermaandag, kerstgala
2. bij religies en stromingen: hindoeïsme, gereformeerden, socialisme
3. bij windstreken: het oosten, zuidzuidwest
4. bij namen van periodes: zomer, juli, zaterdag, middeleeuwen
5. bij namen die niet meer aan de persoon doen denken: marxisme, een diesel
6. bij soortnamen: een fles bordeaux, een stukje edammer





Slide 10 - Slide

Aanhalingstekens
1. bij de directe rede/citaten (niet bij gedachten)
2. bij titels
3. als je het woord zelf bedoelt en niet de betekenis




















Slide 11 - Slide

Zelfstandig werken
- Opdrachten maken van de Planning Leestekens 

Slide 12 - Slide