H12 leerdoel 4 (H)V1

Ik kan een lineaire formule opstellen.
1 / 29
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ik kan een lineaire formule opstellen.

Slide 1 - Slide

Week 20, les 3
Hoofdstuk 12 Rekenen met variabelen
Vermeningvuldigen en optellen





Over het huiswerk of leerstof die je niet begrijpt.

Noteer dit voor jezelf alvast in je schrift.

Stel je vragen aan de docent die gaat streamen. 

Slide 2 - Slide

Uitleg werkwijze wiskunde               (leren op afstand)
Hoe gaan we te werk?

  • Volg de LessonUp op volgorde van de slides. 
  • Maak eventueel aantekening voor jezelf in je schrift.
  • Maak de opgaven in je schrift (dit kan dus even zonder iPad).
  • Wil je een hint, zonder het antwoord te krijgen/zien. Type het antwoord dan in de online editie (leermiddelen, 12e editie).
  • Bij vragen kun je met klasgnoten appen, bellen of skypen.
  • Kom je er echt niet uit of ben je klaar met de les. 
  • Kijk je werk na en verbeter je fouten, dit kan via de uitwerkingen in magister (leermiddelen, 12e editie, uitwerkingen).
  • Noteer voor jezelf de vragen die je nog wilt stellen in het live-streaming moment.
  • Elke woensdag van 9.30 - 11.00 uur is er gelegenheid om je vraag te stellen aan een docent via teams.
  • Je bent verplicht om aan het begin van elke livestream aanwezig te zijn. 

Slide 3 - Slide

Controle gemaakte werk                (nieuwe functie LessonUp)
Let op het volgende bij je lessen.

  • Volg de LessonUp op volgorde van de slides (dus niet alleen het overzicht bekijken).
  • De blauwe balk eronder geeft aan hoever je de les al hebt doorlopen.
  • Het gele berichtenwolkje geeft aan dat ik je feedback heb gegeven bij 1 of meer opgaven.

Slide 4 - Slide

Ik kan een lineaire formule opstellen.
Succescriteria
Ik weet wat kwadranten zijn.
Ik kan formules korter opschrijven.
Ik weet wat een lineaire formule is.
Ik kan een formule opstellen.







Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Je hebt eerder geleerd wat een assenstelsel is.

Een assenstelsel bestaat uit

  • horizontale as (x-as)
  • verticale as (y-as)
  • oorsprong, punt O (0,0)

Slide 7 - Slide

Je hebt eerder geleerd wat coördinaten zijn.
De plaats van een punt op de kaart of in een assenstelsel geven we aan met twee getallen. Deze getallen heten coördinaten.

Notatie 


Een roosterpunt is het snijpunt van twee roosterlijnen.
Voorbeeld: A(3,1) en B (0,2).


 
Hoofdletter (horizontaal, verticaal)
P (x,y)

Slide 8 - Slide


Ik weet wat kwadranten zijn.

x
y
0

Slide 9 - Slide

Lineaire formules
Een lineaire formule heeft altijd de vorm:

De b is de beginwaarde (begingetal). Snijpunt met de verticale as.
De a is de stapgrootte. Wat gebeurt er als je een
stap opzij gaat?
 

De grafiek van een lineaire formule is een rechte lijn.



a > 0  stijgende lijn
a = 0  horizontale lijn
a < 0  dalende lijn
 y = a x + b

Slide 10 - Slide

Lineaire formules
Een lineaire formule heeft altijd de vorm:

De b is de beginwaarde (begingetal). Snijpunt met de verticale as.
De a is de stapgrootte. Wat gebeurt er als je een
stap opzij gaat?
 

De grafiek van een lineaire formule is een rechte lijn.



a > 0  stijgende lijn
a = 0  horizontale lijn
a < 0  dalende lijn
 y = a x + b

Slide 11 - Slide

Lineaire formules
Een lineaire formule heeft altijd de vorm:

De b is de beginwaarde (begingetal). Snijpunt met de verticale as.
De a is de stapgrootte. Wat gebeurt er als je een stap opzij gaat?
 

De grafiek van een lineaire formule is een rechte lijn.



a > 0  stijgende lijn
a = 0  horizontale lijn
a < 0  dalende lijn
 y = a x + b

Slide 12 - Slide

Lineaire formules
Een lineaire formule heeft altijd de vorm:

De b is de beginwaarde (begingetal). Snijpunt met de verticale as.
De a is de stapgrootte. Wat gebeurt er als je een stap opzij gaat?
 




De grafiek van een lineaire formule is een rechte lijn.



a > 0  stijgende lijn
a = 0  horizontale lijn
a < 0  dalende lijn
 y = a x + b

Slide 13 - Slide

Lineaire formules
Een lineaire formule heeft altijd de vorm:

De b is de beginwaarde (begingetal). Snijpunt met de verticale as.
De a is de stapgrootte. Wat gebeurt er als je een stap opzij gaat?
 




De grafiek van een lineaire formule is een rechte lijn.



a > 0  stijgende lijn
a = 0  horizontale lijn
a < 0  dalende lijn
 y = a x + b

Slide 14 - Slide

Een lineaire formule opstellen.
Stap 1       Noteer de standaardvorm y = a x + b 
Stap 2      Zoek twee roosterpunten en noteer deze in een tabel.
Stap 3      Bereken de stapgrootte (a), dit kun je doen door a = ∆ y : ∆ x.
Stap 4      Noteer de beginwaarde (b), dit is het snijpunt met de verticale as (y-as). 
Stap 5      Noteer de lineaire formule, door a en b in te vullen.

   


delta (∆), dit teken gebruiken we in de wiskunde voor het woord verschil.

Slide 15 - Slide





We stellen een formule op voor de groen grafiek.
De grafiek is een rechte lijn, dus we hebben te maken met een lineaire formule.

Standaardvorm: y= ax +b

Stapgrootte berekenen.
a = ∆ y : ∆ x.
a = -6 : 8 = -¾

De grafiek loopt door (0, 14) , dus b= 14

Dus de formule bij de groene grafiek is y= x +14










Stap 1       Noteer de standaardvorm y = a x + b 
Stap 2      Zoek twee roosterpunten en noteer deze in een                tabel.
Stap 3      Bereken de stapgrootte (a), door a = ∆ y : ∆ x.
Stap 4      Noteer de beginwaarde (b), dit is het snijpunt                    met de verticale as (y-as). 
Stap 5     Noteer de lineaire formule, door a en b in te                      vullen.

   


delta (∆), dit teken gebruiken we in de wiskunde voor het woord verschil.
Voorbeeld lineaire formule opstellen.
x
0
8
y
14
8

Slide 16 - Slide





We stellen een formule op voor de groen grafiek.
De grafiek is een rechte lijn, dus we hebben te maken met een lineaire formule.

Standaardvorm: y= ax +b

Stapgrootte berekenen.
a = ∆ y : ∆ x.
a = -6 : 8 = -¾

De grafiek loopt door (0, 14) , dus b= 14

Dus de formule bij de groene grafiek is y= x +14










Stap 1       Noteer de standaardvorm y = a x + b 
Stap 2      Zoek twee roosterpunten en noteer deze in een                tabel.
Stap 3      Bereken de stapgrootte (a), door a = ∆ y : ∆ x.

Stap 4      Noteer de beginwaarde (b), dit is het snijpunt                    met de verticale as (y-as). 
Stap 5     Noteer de lineaire formule, door a en b in te                      vullen.

   


delta (∆), dit teken gebruiken we in de wiskunde voor het woord verschil.
Voorbeeld lineaire formule opstellen.
x
0
8
y
14
8

Slide 17 - Slide





We stellen een formule op voor de groen grafiek.
De grafiek is een rechte lijn, dus we hebben te maken met een lineaire formule.

Standaardvorm: y= ax +b


Stapgrootte berekenen.
a = ∆ y : ∆ x.
a = -6 : 8 = -¾

De grafiek loopt door (0, 14) , dus b= 14

Dus de formule bij de groene grafiek is y= x +14










Stap 1       Noteer de standaardvorm y = a x + b 
Stap 2      Zoek twee roosterpunten en noteer deze in een                tabel.
Stap 3      Bereken de stapgrootte (a), door a = ∆ y : ∆ x.
Stap 4      Noteer de beginwaarde (b), dit is het snijpunt                    met de verticale as (y-as). 
Stap 5     Noteer de lineaire formule, door a en b in te                      vullen.

   


delta (∆), dit teken gebruiken we in de wiskunde voor het woord verschil.
Voorbeeld lineaire formule opstellen.
x
0
8
y
14
8

Slide 18 - Slide





We stellen een formule op voor de groen grafiek.
De grafiek is een rechte lijn, dus we hebben te maken met een lineaire formule.

Standaardvorm: y= ax +b

Stapgrootte berekenen.
a = ∆ y : ∆ x.
a = -6 : 8 = -¾

De grafiek loopt door (0, 14) , dus b= 14

Dus de formule bij de groene grafiek is y= x +14










Stap 1       Noteer de standaardvorm y = a x + b 
Stap 2      Zoek twee roosterpunten en noteer deze in een                tabel.
Stap 3      Bereken de stapgrootte (a), door a = ∆ y : ∆ x.

Stap 4      Noteer de beginwaarde (b), dit is het snijpunt                    met de verticale as (y-as). 
Stap 5     Noteer de lineaire formule, door a en b in te                      vullen.

   


delta (∆), dit teken gebruiken we in de wiskunde voor het woord verschil.
Voorbeeld lineaire formule opstellen.
x
0
8
y
14
8

Slide 19 - Slide





We stellen een formule op voor de groen grafiek.
De grafiek is een rechte lijn, dus we hebben te maken met een lineaire formule.

Standaardvorm: y= ax +b

Stapgrootte berekenen.
a = ∆ y : ∆ x.
a = -6 : 8 = -¾

De grafiek loopt door (0, 14) , dus b= 14

Dus de formule bij de groene grafiek is y= x +14










Stap 1       Noteer de standaardvorm y = a x + b 
Stap 2      Zoek twee roosterpunten en noteer deze in een                tabel.
Stap 3      Bereken de stapgrootte (a), door a = ∆ y : ∆ x.
Stap 4      Noteer de beginwaarde (b), dit is het snijpunt                    met de verticale as (y-as). 
Stap 5     Noteer de lineaire formule, door a en b in te                      vullen.

   


delta (∆), dit teken gebruiken we in de wiskunde voor het woord verschil.
Voorbeeld lineaire formule opstellen.
x
0
8
y
14
8

Slide 20 - Slide


Slide 21 - Open question

Noteer voordat je verder gaat 
een aantekening in je schrift.


Slide 22 - Slide

Aan de slag
Heb je aantekeningen genoteerd in je schrift?

Maak opgaven: 



Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.
Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur. 
Wie kan je om hulp vragen als je het niet begrijpt?
Let ook op je notatie!

Lever in je nagekeken uitwerkingen in via de volgende slides.
ondersteunend: 25, 26, 028, 030, 30, 31
doorlopend: 25, 26, 28, 29, 30, 31
uitdagend: 26, 29, 30, 31, U6, U7

Slide 23 - Slide


Check!
Upload een foto van je uitwerkingen van opgave 30 hieronder.
Let op je notatie! 

Slide 24 - Open question


Schrift controle
Upload een foto van je uitwerkingen van de rest van leerdoel 4. 
Maak een foto per blz. (indien mogelijk), met een maximum van 5 foto's.

Slide 25 - Open question

Afsluiting 
Ik ben benieuwd hoe deze les ging. 
Beantwoord daarom de volgende slides.

Slide 26 - Slide


Leerdoel
Ik kan een lineaire formule opstellen.
A
onvoldoende
B
voldoende
C
goed
D
uitmuntend

Slide 27 - Quiz


Afsluiting
Heb je nog een vraag over deze les?

Slide 28 - Open question

Slide 29 - Slide