H1.4 Wordt alles duurder? (deel 2)

1 / 14
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Paragraaf 1.4 (deel 2)
4) Je kunt met indexcijfers de veranderingen van lonen en prijzen vergelijken.
5) Je kunt berekeningen maken met behulp van indexcijfers.


Slide 2 - Slide

1.4 Wordt alles duurder? (deel 1)
Koopkracht?
  • de hoeveelheid goederen en diensten die je met je inkomen kunt kopen
  • kun je altijd meer kopen als je inkomen stijgt????

Slide 3 - Slide

CBS = Centraal Bureau voor de statistiek
  • verzameld allerlei gegevens 
  • berekenen elke maand of prijzen dalen of stijgen
1.4 Wordt alles duurder? (deel 1)

Slide 4 - Slide

1.4 Wordt alle duurder? (deel 1)
CBS berekend:
  • Inflatie
  • een algemene stijging van de prijzen (-> je kunt minder kopen met hetzelfde geld)
  • Deflatie
  • een algemene daling van de prijzen
Blz 23
5

Slide 5 - Slide

1.4 Wordt alles duurder? (deel 1)
Inkomensstijging > prijsstijging
Koopkracht neemt toe
Inkomensstijging < prijsstijging
Koopkracht neemt af
Blz 23
6
Blz 23
7

Slide 6 - Slide

1.4 Wordt alles duurder (deel 1)
Om vergelijkingen te kunnen maken, moet je stijgingen en dalingen in percentages kunnen berekenen.
  • Procentuele verandering:
oud(nieuwoud)100
waarvan.je.het.wilt.wetenverschil100
Blz 22
3
Blz 33
12

Slide 7 - Slide

1.4 Wordt alles duurder? (deel 2)
Cijfers kun je vergelijken door te werken met indexcijfers
  • -> laat een procentuele verandering zien ten opzichte van een afgesproken periode (=het basisjaar).
  • Cijfers worden vergeleken t.o.v. een basisjaar. 
  • Het indexcijfer van het basisjaar is ALTIJD 100.

Slide 8 - Slide

1.4 Wordt alles duurder? (deel 2)
Indexcijfer berekenen:

  • Met een formule
  • Met een verhoudingstabel

Slide 9 - Slide

1.4 Wordt alles duurder (deel 2)
Indexcijfer berekenen:

  • Met een formule
  • Met een verhoudingstabel
Indexcijfer=getal.basisjaarnieuw.getal100

Slide 10 - Slide

1.4 Wordt alles duurder? (deel 2)
2015 is het basisjaar.
In 2018 zijn de lonen met 6% gestegen ten opzichte van 2015.
In 2018 is het indexcijfer van de prijzen 104.
Wat weet je nu?
  • Indexcijfer 2015 is 100
  • In 2018 is het indexcijfer van de lonen 106
  • De koopkracht is gestegen
  • In 2018 is de stijging van de koopkracht 2%

Slide 11 - Slide

  • Wat is het basisjaar? Waarom?
  • Was er in 2016 sprake van inflatie of deflatie?
  • Is in 2017 de koopkracht gestegen of gedaald tov het basisjaar?
1.4 Wordt alles duurder? (deel 2)

Slide 12 - Slide

1.4 alles wordt duurder (deel 2)
  • Samen bereken we het indexcijfer van een doosje aardbeien in 2013
  • Bereken het indexcijfer van een doosje aardbeien in 2015 en 2016
  • Wat kun je met behulp van de indexcijfers vertellen over een bakje aardbeien?

Slide 13 - Slide

Aan het werk!
Maken:
Opgave 9 t/m 11
Rekenopg. 18 t/m 21
samenvatting invullen 

Leren:
Begrippen 1.4 (blz 27)

Slide 14 - Slide