This lesson contains 20 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Waaraan denken jullie als je denkt aan oudere mensen?
Slide 2 - Mind map
1 Oud worden p.225
Stereotype beeld?
Daarom zijn veel mensen er bang voor (lichamelijke en geestelijke aftakeling)
Leeftijdsdiscriminatie (~ probleemgroep)
Niet allemaal hetzelfde, elke oudere is anders.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Slide 5 - Video
Inleiding (filmpje doorpoelen tot 1')
Slide 6 - Slide
1 Oud worden p.225-227
Oef.1 p.225-227: ieder doet één deeltje (niet te kennen voor examen)
Oef.2 p.227: voordelen van ouder worden?
! Positieve invalshoek: actief en nuttig leven blijven leiden op latere leeftijd.
Slide 7 - Slide
1 Oud worden p.228
Late volwassenheid wordt opgesplitst:
Vroege ouderdom: 60à65 - 75à80j, meestal zijn deze mensen nog zelfstandig en actief
Hoge ouderdom: vanaf 75à80j, de zorgbehoefte wordt meestal groter
Veroudering = individueel verschillend, verbeterde gezondheidszorg zorgt voor minder achteruitgang en hulpbehoevendheid.
Slide 8 - Slide
1 Oud worden p.228
Opgelet!
Wij focussen in onze cursus vooral op normale veroudering. Er zijn veel individuele verschillen en dus ook de meer uitgesproken beelden van achteruitgang (o.a. dementie, ziekte van Parkinson...).
Slide 9 - Slide
2 Fysieke ontwikkeling p.228
Vertraging/achteruitgang van verschillende systemen in het lichaam met gevolgen op verschillende gebieden (bv. zicht/gehoor, botontkalking, bemoeilijkte stoelgang...).
Veranderingen in de motoriek (minder kracht/lenigheid, pijnlijke gewrichten, minder evenwicht -> meer vallen, vertraagde reactiesnelheid
Negatieve vicieuze cirkel mogelijk ('use it or lose it'-pricipe, zowel fysiek als cognitief!)
Slide 10 - Slide
3 Cognitieve veroudering p.229
Normale veranderingen:
Vertraging in het denken
Verminderd geheugen (vooral opslaan van nieuwe info)
Geen heel uitgesproken verschil
Verschil ouderdomsvergeetachtigheid en dementie!
Slide 11 - Slide
3 Cognitieve veroudering p.229
Normale veranderingen:
Voordelen:
Feitenkennis: grote algemene kennis opgebouwd, gaat normaal niet snel verloren
Verbanden leggen: veel kennis -> snel met elkaar in verband brengen
Probleemoplossend denken en beoordelingsvermogen: alledaagse problemen oplossen / juiste beslissingen nemen, zeker in conflicten (ervaring)
-> WIJSHEID (wat is er echt belangrijk?)
Slide 12 - Slide
3 Cognitieve veroudering p.229
Dementie:
1/3 80+ krijgt dementie
Bekendste vorm: ziekte van Alzheimer
Kenmerken dementie: geheugenverlies, algemeen dagelijkse handelingen verstoord en hulpafhankelijk
Oef.3 p.229-230: zorg dat je deze kenmerken zeker kent!
Slide 13 - Slide
3 Cognitieve veroudering p.229
Dementie:
progressieve ziekte
ongeneeslijk
streven naar zo waardevol mogelijk leven (door mantelzorgers en hulpverleners)
Slide 14 - Slide
onderwijs.hetarchief.be
Slide 15 - Link
4 Socio-emotionele ontwikkeling p. 231
Positiviteitseffect: emoties beter beheersen en focus op positieve informatie -> hierdoor zijn de meeste ouderen gelukkig
Toch ook vaak negatieve emoties...
Oef. 5 p. 231-232: Lees de casus en vul de bijhorende vragen in.
Hoe komt het dat Julien en Leona minder sociale contacten hebben?
Slide 16 - Slide
4 Socio-emotionele ontwikkeling p. 231
Een gevoel van afhankelijkheid: beroep doen op anderen, negatief gevolg voor zelfbeeld en zelfwaardering
Veranderingen in de relatie met gezinsleden en familieleden: rolwisselingen bij partner en kinderen, brengt emotionele belasting
Verlieservaringen en rouw: (lichamelijke) mogelijkheden, personen, woonst...
Vaak voorkomend op deze leeftijd: depressie
Slide 17 - Slide
4 Socio-emotionele ontwikkeling p. 233
Erikson: integriteit <-> wanhoop
Vaak voorkomend: eenzaamheid (30%)
Kan de oudere tevreden terugblikken op het leven?
Slide 18 - Slide
4 Socio-emotionele ontwikkeling p. 233
Integriteit: tevreden en voldoening over voorbije leven, aanvaardt achteruitgang en naderende einde, genieten, geslaagd in vorige fases van het leven -> wijsheid en mildheid
Wanhoop: gevoel dat leven mislukt is, geen eigen identiteit kunnen vasthouden, besef niet opnieuw te kunnen beginnen -> angst voor achteruitgang en de dood