Imparfait

• Frans
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

L'imparfait voor 2HAVO

L'imparfait

= Verleden tijd

Bijvoorbeeld:

ik gaf

jij had

hij deed

wij maakten

jullie liepen

zij dansten

Hoe maak je de imparfait?

Stap 1: Je neemt de nous-vorm van een werkwoord.

Bijvoorbeeld:

(donner) donnons

(rester) restons

(avoir) avons

(faire) faisons

(prendre) prenons

(finir) finissons

Stap 2: Je haalt -ons ervan af

Bijvoorbeeld:

(donner) donnons

(rester) restons

(avoir) avons

(faire) faisons

(prendre) prenons

(finir) finissons

Stap 3: achter de stam komen de volgende uitgangen:

(Zie volgende dia)

"

Dus:

(donner)  je donnais = ik gaf

(rester)  tu restais = jij bleef

(avoir) il avait = hij had

(faire) nous faisions = wij maakten/deden

(prendre) vous preniez = jullie namen/pakten

(finir)  ils finissaient = zij eindigden

Uitzondering: être

Stap 1: Nous vorm = sommes

Stap 2: - ons eraf

Euh....Dat gaat niet :(

De stam van être = ét

Dus:

j'étais = ik was

tu étais = jij was

il était = hij was

nous étions = wij waren

vous étiez = jullie waren/u was

ils étaient = zij waren

Let op:

De verleden tijd van il y a =

Il y avait

il y a = er is / er zijn

il y avait = er was /er waren

Vertaal: Julie zong een mooi lied

1. Julie chante une belle chanson
2. Julie a chanté une belle chanson
3. Julie chantait une belle chanson
4. Julie chantais une belle chanson

Vertaal: Wij luisterden naar de radio

1. Nous écoutons la radio
2. Nous écoutais la radio
3. Nous écoutiez la radio
4. Nous écoutions la radio

vertaal : Louis parlait beaucoup.

1. Louis praat veel
2. Louis heeft veel gepraat
3. Louis praatte veel
4. Louis praat veel

Wat is de nous-vorm van het werkwoord être

Vertaal : Luc was niet op school!

1. Luc n'est pas à l'école
2. Luc n'étais pas à l'école
3. Luc n'étions pas à l'école
4. Luc n' était pas à l'école

vertaal: Mijn vader speelde gitaar

1. Mon père joue de la guitare
2. Mon père jouait de la guitare
3. Mon père jouais de la guitare
4. Mon père jouions de la guitare

L'imparfait is:

1. de voltooid verleden tijd
2. de onvoltooid verleden tijd
3. de verleden tijd
4. de gebiedende wijs

vertaal: Wij hadden les.

1. Nous avions cours
2. Nous avons cours
3. Nous avaient cours
4. Nous aviez cours

Einde van deze les!!