NASK Pulsar H3.1/H3.4 VMBO1/2

Lesplanning
0 min    
2 min    Uitleggen doelen deze les
5 min    Theorie uitleg
15 min  Zelfstandig werken/ huiswerkcontrole
35 min Filmpje

Inhoud
Werkvorm
Ontvangst
Individueel
Lesdoelen uitleggen
Klassikaal
Quizz over lesdoelen
Klassikaal
Alle Leerdoelen samenvatten
Klassikaal
Afsluiting herhalen doelen deze les
Klassikaal
Lesplanning
1 / 43
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Lesplanning
0 min    
2 min    Uitleggen doelen deze les
5 min    Theorie uitleg
15 min  Zelfstandig werken/ huiswerkcontrole
35 min Filmpje

Inhoud
Werkvorm
Ontvangst
Individueel
Lesdoelen uitleggen
Klassikaal
Quizz over lesdoelen
Klassikaal
Alle Leerdoelen samenvatten
Klassikaal
Afsluiting herhalen doelen deze les
Klassikaal
Lesplanning

Slide 1 - Slide

Leerdoelen H3
Oefen door quizz

Slide 2 - Slide

Temperatuur is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 3 - Quiz

De temperatuur is 20°C. Wat is de temperatuur in Kelvin?
A
273 K
B
293 K
C
- 253 K
D
253 K

Slide 4 - Quiz

De temperatuur in Kelvin is 350K. Wat is de temperatuur in Celsius?
A
550°C
B
623 °C
C
77°C
D
250°C

Slide 5 - Quiz


wat is de temperatuur?
A
60 graden Celcius
B
20 graden Celsius
C
0 graden celsius
D
-20 graden celsius

Slide 6 - Quiz

Wat is het meetbereik van de thermometer?
A
0 tot 50 graden Celsius
B
100 graden Celsius
C
- 50 tot + 50 graden Celsius

Slide 7 - Quiz

Wat is nodig voor een verbranding?
A
Brandstof, water, vuur
B
Ontbrandingtemperatuur, brandstof, zuurstof
C
Zuurstof, stikstof en waterstof
D
Ontrbrandingstemperatuur, lucht en zuurstof

Slide 8 - Quiz

Wat is een goede verbranding?
A
B
C
D

Slide 9 - Quiz

Welk gas zorgt voor het broeikas effect
A
koolstof-mono-oxide
B
koolstof-di-oxide
C
ozon
D
zuurstof

Slide 10 - Quiz

Het broeikas effect is nodig voor de aarde omdat...
A
het beschermd ons tegen de ultraviolette straling van de zon
B
het zorgt ervoor dat de temperatuur van de aarde niet te warm wordt en niet te koud
C
het zorgt voor de zuurstof die we nodig hebben om te kunnen leven
D
het zorgt voor koolstofdioxide die de planten nodig hebben om te leven

Slide 11 - Quiz

Wat is het versterkte broeikaseffect?
A
het effect dat de aarde zonnewarmte vasthoudt
B
de uitstoot van zuurstof door planten
C
het stralingsevenwicht dat uit balans is geraakt
D
atmosfeer die steeds kleiner wordt

Slide 12 - Quiz

Wat zijn fossiele brandstoffen?
A
uranium-kolen-olie
B
gas -zon- olie
C
gas- zon- kolen
D
gas- olie- kolen

Slide 13 - Quiz

Wat gebeurt er als je water gaat verwarmen?
A
Temperatuur daalt
B
Temperatuur blijft hetzelfde
C
Temperatuur stijgt
D
Temperatuur heeft niets met verwarmen te maken

Slide 14 - Quiz

Waardoor ontstaat de warmte in de verwarmings-ketel van een centrale verwarming?
A
In de boiler te verwarmen
B
door aardgas te verbranden
C
door de radiatoren open te draaien
D
door zonne-warmte op te vangen

Slide 15 - Quiz

Hoe verwarmt de centrale verwarming een huis
A
Voornamelijk straling
B
Voornamelijk stroming
C
Voornamelijk geleiding

Slide 16 - Quiz

Een stof met een hoge geleidbaarheid is een
A
Isolator
B
Geleider

Slide 17 - Quiz

Bij geleiding is geen tussenstof nodig
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz

Warmteverlies door geleiding ga je tegen
A
Door het vasthouden van de warme lucht
B
Met isolatoren
C
Door de warmte terug te kaatsen.

Slide 19 - Quiz

..?.. geleiden warmte goed.
A
Wollen truien
B
Metalen
C
Kunststof leidingen

Slide 20 - Quiz

Wat meet ik met deze warmtecamera eigenlijk?
A
UV - straling
B
De warmte van de lucht rond de dieren
C
Moleculen
D
IR - straling

Slide 21 - Quiz

Warmte transport gaat van:
A
Een warme naar een koude temperatuur.
B
Van een koude naar een warme temperatuur.
C
Beide kanten op.

Slide 22 - Quiz

Welk soort warmte transport zie je in de afbeelding?
A
Geleiding
B
Stroming
C
Straling

Slide 23 - Quiz

Piepschuim bestaat uit kunststof waarin een enorm aantal gasbelletjes zit. Het materiaal werkt schokabsorberend, heeft een kleine dichtheid en is een erg slechte warmtegeleider. Welke eigenschap van piepschuim is het belangrijkst als je het gebruikt als isolatiemateriaal in een koelbox?
A
schokabsorberend
B
kleine dichtheid
C
slechte warmtegeleider

Slide 24 - Quiz

Waarvoor gebruik je isolatie?
A
Het blijft langer koud
B
Voor de sier
C
Het is steviger
D
Het blijft langer warm

Slide 25 - Quiz

Laatste vraag
Wat gebruiken we voor warmte in huis te houden?
A
Isolatie
B
Bekleding
C
Warmte
D
Verbranding

Slide 26 - Quiz

Wet behoud van energie
  • Energie vrijkomt bij een reactie moet afgevoerd worden

Slide 27 - Slide

Wet behoud van energie
  • Energie die nodig is voor een reactie moet geleverd worden

Slide 28 - Slide

Activeringsenergie
  • Ontbrandingstemperatuur,
  • Stollingstemperatuur van eiwit,

Slide 29 - Slide

Energieomzettingen in reacties
  • Elektrische energie --> kristal structuur (vergulden); Chemische energie
  • Chemische energie --> verbranden; thermische energie
  • Thermische energie --> smelten; Chemische energie

Slide 30 - Slide

Reactie warmte 
  • Te weinig energie --> 
  •    endotherm (zelfdovend)
  • Teveel energie -->
  •   exotherm (run-away)

Slide 31 - Slide

Bij het bakken van een steak komt de energie daarvoor uit:
A
De lucht
B
Het vlees
C
Het gasfornuis
D
De aliens!!!

Slide 32 - Quiz

Bij het bakken van een steak is de energieomzetting in de steak:
A
Thermisch-->Chemisch
B
Chemisch-->Thermisch
C
Elektrisch-->Chemisch
D
Aliens-->Thermisch

Slide 33 - Quiz

Endotherm of Exotherm?
Verbranden van hout
A
Endotherm
B
Exotherm

Slide 34 - Quiz

Endotherm of Exotherm?
Maken van staal uit ijzer.
A
Endotherm
B
Exotherm

Slide 35 - Quiz

Endotherm of Exotherm?
Oplossen van magnesium in zuur.
A
Endotherm
B
Exotherm

Slide 36 - Quiz

Endotherm of Exotherm?
Smelten van ijs.
A
Endotherm
B
Exotherm

Slide 37 - Quiz

Endotherm of Exotherm?
Verdampen van gas.
A
Endotherm
B
Exotherm

Slide 38 - Quiz

Endotherm of Exotherm?
Verbranden van gas.
A
Endotherm
B
Exotherm

Slide 39 - Quiz

Welke stof heeft de hoogste
activeringsenergie
(smeltpunt)


Aluminium
660ºC
Calcium
839ºC
Chroom
1860ºC
Goud
1064ºC
A
Aluminium
B
Calcium
C
Chroom
D
Goud

Slide 40 - Quiz

Welke stof heeft de laagste
activeringsenergie
(smeltpunt)


Aluminium
660ºC
Calcium
839ºC
Chroom
1860ºC
Goud
1064ºC
A
Aluminium
B
Calcium
C
Chroom
D
Goud

Slide 41 - Quiz

Reactiesnelheid
  • Verdelingsgraad(oppervlakte)
  • Concentratie (meer effectieve botsingen)
  • Temperatuur
  • Katalysator

Slide 42 - Slide

Reactiesnelheid
  • Magnesium proefje!!!

Slide 43 - Slide