Les 7. Tekstverbanden

Tekstverbanden & signaalwoorden
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Tekstverbanden & signaalwoorden

Slide 1 - Slide

Wat zijn signaalwoorden?

Slide 2 - Mind map

"Onregelmatige werktijden, de hitte en de hectiek van de keuken, het contact met gasten, dat kun je op school niet nabootsen."

Welk verband kom je hierboven tegen?
A
tegenstelling
B
opsomming
C
voorbeeld
D
geen verband

Slide 3 - Quiz

"Het leerbedrijf waar je stage gaat lopen, is niet verplicht je een vergoeding te betalen. Maar in de praktijk doen leerbedrijven dit meestal wel.

Welk verband kom je hierboven tegen?
A
Opsomming
B
tegenstelling
C
geen verband
D
voorbeeld

Slide 4 - Quiz

Vandaag leer je verschillende vormen van migratie. Denk bijvoorbeeld aan emigratie.

Welk signaalwoord kom je hierboven tegen?
A
migratie
B
verschillende
C
denk....aan
D
bijvoorbeeld

Slide 5 - Quiz

Tekstverbanden en signaalwoorden







Wat zijn tekstverbanden en signaalwoorden?



Slide 6 - Slide

Tekstverbanden
De bouwstenen van een tekst worden door tekstverbanden aan elkaar verbonden. De schrijver gebruikt hiervoor signaalwoorden.

Vraag: waarom is het handig om tekstverbanden te herkennen?

Slide 7 - Slide

Belangrijke tekstverbanden
Er zijn nog meer tekstverbanden. Dit zijn een aantal belangrijke.
  1. opsomming
  2. volgorde van tijd
  3. tegenstelling
  4. voorbeeld
  5. oorzaak - gevolg
  6. voorwaarde

Slide 8 - Slide

oorzaak-gevolg
Morgen gaan we schaatsen, want het heeft gevroren.

Signaalwoorden:
doordat, omdat, want, waardoor, daarom

Slide 9 - Slide

De papieren beker lijkt op het eerste gezicht een minder slecht alternatief, MAAR er klinken ook andere geluiden.
Welk tekstverband geeft 'maar' aan?
A
doel-middel
B
opsomming
C
tegenstelling
D
toelichting

Slide 10 - Quiz

De papieren beker lijkt op het eerste gezicht een minder slecht alternatief, maar er klinken ook andere geluiden. ZO kost de papierindustrie veel schoon drinkwater en regenwoud.
Welk tekstverband geeft 'zo' in de tweede zin aan?
A
conclusie
B
oorzaak-gevolg
C
reden of verklaring
D
toelichting of uitleg

Slide 11 - Quiz

Kies de twee goede antwoorden.

Tekstverbanden...
A
... geven alinea's aan.
B
... geven het doel van een tekst aan.
C
... geven aan hoe alinea's en zinnen met elkaar te maken hebben.
D
... helpen je een tekst beter te begrijpen.

Slide 12 - Quiz

Opdr. 231
Onderstreep de signaalwoorden en schrijf op welk verband erbij hoort. 

Slide 13 - Slide