Les 3A voorrang in het verkeer

1 / 30
next
Slide 1: Slide
VerkeerVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Gevaarlijk kruispunt

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Wie heeft er voorrang?
A
De auto heeft voorrang.
B
De fietser heeft voorrang.

Slide 19 - Quiz

Wie heeft voorrang?

Slide 20 - Slide

Welke auto heeft voorrang?
A
De rode auto A
B
De gele auto B

Slide 21 - Quiz

Wie heeft voorrang?

Slide 22 - Slide

Wie heeft voorrang?
A
Het meisje A
B
De auto B

Slide 23 - Quiz

 Wie mag er eerst; A, B, C of D?

Slide 24 - Slide

Wie mocht als eerste?
A
De rode auto
B
De fietser
C
De skateboarder
D
De gele auto

Slide 25 - Quiz

Wat betekent dit bord?

Slide 26 - Open question

Wat betekent dit bord?

Slide 27 - Open question

Wat betekent dit bord?

Slide 28 - Open question

Wat zijn voorrangsvoertuigen? Noem er drie

Slide 29 - Open question

Hoe noem je het driehoek op de afbeelding

Slide 30 - Open question