oefentoets
1 / 22
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Wat is het mannelijk en vrouwelijk geslachtshormoon?
Slide 3 - Open question
Primaire geslachtskenmerken
Secundaire geslachtskenmerken
Penis
Borsten
Veel lagere stem
Schaamlippen
Vagina
Bredere heupen
Balzak
Brede schouders
Baardgroei
Slide 4 - Drag question
Wat is een ander woord voor masturbatie?
A
Klaarkomen
B
Seks
C
Zelfbevrediging
D
Geslachtsgemeenschap
Slide 5 - Quiz
Wat is het gevoelige deel van een jongen?
A
Eikel
B
Clitoris
C
Vagina
D
Penis
Slide 6 - Quiz
Welk onderdeel van de penis zorgt voor een erectie?
A
Eikel
B
Prostaat
C
Plasbuis
D
Zwellichaam
Slide 7 - Quiz
Bijbal
Zaadleider
Zaadblaasje
Zaadbal
Prostaat
Plasbuis
Zwellichaam
Slide 8 - Drag question
Blaas
Vagina
Eileider
Baar
moeder
Eierstok
Slide 9 - Drag question
Vanaf wanneer zijn een jongen en een meisje vruchtbaar?
Slide 10 - Open question
Wat is een ander woord voor ovulatie?
A
Ongesteld zijn
B
Eisprong
C
Follikel
D
Menstruatie
Slide 11 - Quiz
Een meisje heeft tijdens de ovulatie onbeschermde seks gehad. Hoeveel dagen later ongeveer kan zij weten of ze zwanger is?
A
3 dagen
B
7 dagen
C
14 dagen
D
28 dagen
Slide 12 - Quiz
Welk hormoon komt vooral vrij na de ovulatie?
A
Oestrogeen
B
Progesteron
C
Testosteron
D
Groeihormoon
Slide 13 - Quiz
Zet op de goede volgorde:
1 bevruchting 2 eisprong 3 eicel rijpt
4 bolletje cellen 5 innesteling
1 bevruchting 2 eisprong 3 eicel rijpt
4 bolletje cellen 5 innesteling
A
32145
B
23415
C
43215
D
14235
Slide 14 - Quiz
Hoe noem je het kind in de eerste 12 week na de bevruchting?
Slide 15 - Open question
Welk voorbehoedsmiddel beschermt tegen soa's?
A
Sterilisatie
B
De pil
C
Spiraaltje
D
Condoom
Slide 16 - Quiz
Wat is de grens voor abortus?
A
3 dagen
B
1 week
C
12 week
D
24 week
Slide 17 - Quiz
Wat gebeurt niet met de moeder tijdens de zwangerschap?
A
Snel naar de wc
B
Gekke trek
C
Melkklieren nemen af
D
Moeite met ademen
Slide 18 - Quiz
Bloedvat
Aantal
Vervoert
Navelstrengader
Navelstrengslagader
Vul in in de tabel wat bij de navelstrengader en navelstrengslagader hoort
Twee
Een
Voedingsstoffen
Afvalstoffen
Slide 19 - Drag question
Wat is FAS?
Slide 20 - Open question
Wat is niet een fase van de bevalling?
A
Ontsluiting
B
Indaling
C
Nageboorte
D
Uitdrijving
Slide 21 - Quiz
Een tweeling is ontstaan uit twee eicellen en twee zaadcellen. Wat voor tweeling is dit?
A
Eeneiig
B
Twee-eiig
C
Geen van beide
D
Kan beide
