BS 6 reductiedeling mavo 3 2023-2024

Planning

Herhaling
Leerdoel
Theorie
Check leerdoelen
Vooruitblik
Afsluiten


1 / 35
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Planning

Herhaling
Leerdoel
Theorie
Check leerdoelen
Vooruitblik
Afsluiten


Slide 1 - Slide

Terugblik

Slide 2 - Slide

Je werkt samen op 1 ipad
Je krijgt 30 seconde op het woord te raden
Je moet de ontbrekende letter in de taartpunt plaatsen
Na 30 seconde, moet je het begrip uitleggen

Slide 3 - Slide

T
I
O
S
timer
0:30
M
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z

Slide 4 - Drag question


Geef een korte uitleg over het begrip, 

Slide 5 - Open question

I
D
A
F
timer
0:30
A
M
G
A
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z

Slide 6 - Drag question


Geef een korte uitleg over het begrip, 

Slide 7 - Open question

B
O
J
E
timer
15:00
F
E
I
T
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z

Slide 8 - Drag question


Geef een korte uitleg over het begrip, 

Slide 9 - Open question

Leerdoelen
Je kunt het doel van reductiedeling(meiose) beschrijven
Je kunt de verschillen tussen een eicel en een zaadcel benoemen
Je kunt beschrijven hoe het geslacht van een mens wordt bepaald

Slide 10 - Slide

Eerst een kort instructiefilmpje
Bekijk in de volgende dia eerst het instructie filmpje
Daarna volgt nog extra uitleg
Je moet aan het einde van het filmpje kunnen uitleggen wat mitose en wat meiose is.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Doel mitose
Doel meiose

Slide 13 - Mind map

Hoe zat het ook alweer met die chromosomen?

Slide 14 - Slide

Vraagje tussendoor
Uit welke 2 stoffen bestaan chromosomen ?

Slide 15 - Slide

Wat zijn chromosomen?

Slide 16 - Slide

Chromosomen 23 paar

Slide 17 - Slide

gewone celdeling

Slide 18 - Slide

meiose
meiose

Slide 19 - Slide

reductiedeling
meiose
aanmaak geslachtscellen
de helft van het aantal chromosomen

Slide 20 - Slide

Kenmerken eicel
Kenmerken zaadcel
zoek minimaal 2 kenmerken van de eicel op
zoek ook minimaal 2 kenmerken van de zaadcel op
timer
5:00

Slide 21 - Slide

Vraagje tussendoor
 
Waarom is het een groot voordeel dat de zaadcel klein is ?

Slide 22 - Slide

Vraagje tussendoor
Wie heeft de meeste mitose  ?
(Een oude zebravink of een jonge zeebravink)

Slide 23 - Slide

Meiose ( reductiedeling)

Slide 24 - Slide

Geslachtschromosomen
De lichamelijke geslachtskenmerken worden bepaald door de geslachtschromosomen.

Vrouw = XX                                  22 normale
Man = XY                                       paren + xx
                                                         22 normale paren
                                                         plus xy

Slide 25 - Slide

Geslachtschromosoom vrouw
eicel
Geslachtschromosoom man
zaadcel
OF
OF

Slide 26 - Slide

Geslachtschromosomen bij de bevruchting

Slide 27 - Slide

Stof tot nadenken 
Bij zebravinken  wordt het geslacht bepaald aan de hand van geslachtschromosomen met de letters W en Z. Een vrouwtje heeft een geslachtschromosoom W en een geslachtschromosoom Z. Naast de combinatie WZ komt ook de combinatie ZZ voor bij zebravinken. De combinatie WW komt niet voor.
  De geslachtschromosomen in de geslachtscellen bepalen het geslacht van de nakomeling.
→ Hoe heet het proces waarbij geslachtscellen worden gevormd? 

 Een bevruchte eicel bevat geslachtschromosomen met de letters ZZ.
Ontwikkelt zich hieruit een mannetje of een vrouwtje? Leg je antwoord uit

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

check leerdoelen...

Slide 30 - Slide

Bij de meiose worden
A
eicellen gemaakt
B
eicellen en zaadcellen gemaakt
C
lichaamscellen gemaakt
D
spiercellen gemaakt

Slide 31 - Quiz

Er vindt celdeling plaats om spiercellen te maken. Is dit mitose of meiose
A
Mitose
B
Meiose

Slide 32 - Quiz

Er vindt celdeling plaats om zaadcellen te maken. Is dit mitose of meiose
A
Mitose
B
Meiose

Slide 33 - Quiz


Mitose
Waar vindt geen mitose plaats?
A
Het ontstaan van een huidcel in de huid van een olifant.
B
een wortel die groeit
C
De celdeling van een bevruchte eicel.
D
Het ontstaan van een eicel

Slide 34 - Quiz

wat
Opdracht opdracht 1 t/m 6 vanaf blz 40
Hoe
lees de tekst van basisstof 6
Hulp
1) boek    2) medeleerling  3 ) docent
Tijd
 Eerst in stilte -> daarna rustig overleggen.
Klaar
Opdrachten af? Controleer of je de opdrachten juist gemaakt hebt! ( via som )

Ga aan de slag met flitskaarten en test jezelf online

Slide 35 - Slide