5.1 Planten bekijken

Klas binnenkomen
  • Ga rustig naar je plaats
  • Je bent startklaar voor de les                        
  • Aandacht voor de docent
       (let op teken docent!)
1 / 51
next
Slide 1: Slide
Nask / BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Klas binnenkomen
  • Ga rustig naar je plaats
  • Je bent startklaar voor de les                        
  • Aandacht voor de docent
       (let op teken docent!)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Tijdens de les
  • Doe actief mee
  • stoor niet        
  • Bij vragen  eerst je vinger opsteken          
  • Houd het lokaal netjes

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesinhoud
  • Opening 

  • Check in!  start- opdracht 

  • Uitleg blz. 102 - 104

  • huiswerk 

  • Afronden / Quiz / evaluatie


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Check in!
                                                 Start:  Wat eet je van een plant? (blz. 56 )  
                            Doel: Leerlingen leren over wat je eet van een plant

Stap 1:  Maken werkblad 3 (blz. 153)                Vragen docent bij werkblad 3

Stap 2: Maken: opdracht 1 + 2 (blz. 100)

Na afloop: klassikaal nakijken + verbeteren
timer
4:00
vragen:
• 1. Welke kubus is het grootst?
• 2. Hoeveel poten heeft de olifant?
• 3. Welke lijn is het langst?
• 4. Wat zie je in het plaatje?
• 5. Welke figuur is het langst?
• 6. Welke zin staat hier

Slide 4 - Slide

Doel: Leerlingen leren over de werking van gezichtsbedrog.

Samenvatting: U stelt bij ieder plaatje van het werkblad de bijbehorende vraag. De leerlingen schrijven hun antwoord op en beantwoorden de bijbehorende vragen in het werkboek.

Aandachtspunten:
vragen:
• 1. Welke kubus is het grootst?
• 2. Hoeveel poten heeft de olifant?
• 3. Welke lijn is het langst?
• 4. Wat zie je in het plaatje?
• 5. Welke figuur is het langst?
• 6. Welke zin staat hier
5.2 Planten groeien

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

5.1 planten bekijken
  • Je kunt de delen van een plant benoemen en uitleggen wat hun taak is
  • Je kunt de delen van een plantencel benoemen en de belangrijkste taken geven
  • Je kunt beschrijven hoe vervoer van water in de plant gaat

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

§1: Je kan uitleggen waaraan je een plant kunt herkennen





  • Je kan alle organen van een plant benoemen
  • Je weet de functies van deze organen
  • Je kan de onderdelen van een plantencel tekenen en benoemen
  • Je kan uitleggen hoe de plant water vervoerd
  • Je weet het verschil tussen houtachtige en kruidachtige planten

Slide 7 - Slide

doel 1 les 1
doel 2 en 3 les 2
doel 4 en 5 les 3
Organen van een plant
Een plant heeft organen:

- wortels
- stengels
- bladeren
- (niet altijd) bloemen 

Bloemen?
Niet elke plant heeft bloemen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

De functies van de organen van een plant

1. Wortels: 
Met de wortels zuigt een plant water 
(met mineralen) op uit de bodem. 
Wortels zorgen er ook voor dat de plant 
stevig in de bodem staat.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

De functies van de organen van een plant

2. Stengel: 
De stengel houdt de plant overeind.
In de stengel lopen dunne ‘buisjes’ waardoor
water en stoffen naar de 
bladeren en bloemen gaan en andersom.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

De functies van de organen van een plant

3. Blad: Voedsel maken voor de plant.
De planten  maken in het bladmoes door
middels van fotosynthese voedsel.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

De functies van de organen van een plant

4. Bloemen: 
De bloemen zijn voor de voortplanting.
In een bloem ontstaan zaden,
waaruit nieuwe planten groeien.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

5.1 Planten bekijken
Wat? Maken 5.1 – Opdracht 1 t/m 10
Hoe? Lezen 5.1 - Blz. 52 - 55 - 56
Hulp? Eerst overleggen met buur(man/vrouw), daarna docent vragen.
Tijd? 15 minuten
Uitkomst? Opdracht 1 t/m 10 is af. Niet af? Dan huiswerk.
Klaar? Uitleg vetgedrukte woorden (begrippen) in je schrift 
            (blz. 52 - 55 - 56)
Volgende dia:  huiswerk opschrijven in je Plenda
timer
8:00

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Plenda blz. 103        Woensdag 11 juni: 5e lesuur G1A 
                               
L: blz. 52 - 55 - 56
M: Start-opdracht blz. 50
M: opdracht 1 t/m 10
uitleg vetgedrukte woorden (begrippen) in je schrift
(52 - 55 - 56)

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Klas verlaten
  • Je huiswerk is genoteerd
  • Je werkplek netjes             achterlaten
  • De docent bepaalt    wanneer je kunt gaan
  • Je vertrekt rustig 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Plantencel


  • Celwand
  • Celkern
  • Celmembraan
  • Cytoplasma
  • Bladgroenkorrels
  • Vacuole

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

plantencel
ook de celwand heeft celmembraan en een celkern en  cytoplasma
een plantencel heeft ook een vacuole. dit is een blaasje gevuld met water.


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Plantencellen
  • Plantencellen hebben ook een celwand voor stevigheid(15)
  • Ook hebben veel plantencellen één of meer vacuolen (16)
Een blaasje gevuld met vocht

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

De plantencel

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

wat zijn de functies van de onderdelen?
padlet?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Functies van stengel
* Bladeren en bloemen dragen
* Stevigheid (houtachtige planten / kruidachtige planten)
* Vervoer van water en opgeloste stoffen door de vaten

Vaten: buisjes in de stengel
Vaatbundels: groepje van vaten

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Uit welke delen bestaat een plant?
Delen van een plant heten organen: 
  • bloemen 
  • bladeren
  • stengels wortels 

organen --> weefsels -->cellen

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wortels
1 1 wortel, taak: plant stevig in de bodem vastzetten en opname van water en
mineralen
2 stengel, taak: plant stevig overeind houden en water met opgeloste stoffen
vervoeren
3 blad, taak: voedingsstoffen maken
4 bloem, taak: nodig voor de voortplanting

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Stengels....
  • Heb je in allerlei soorten en maten....


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Stengel
Taak:
*bladeren en bloemen dragen
*plant stevig overeind houden 
*Water met opgeloste stoffen en voedingsstoffen vervoeren

  • Lopen dunnen buisjes  (vaten)
  • vaten liggen bij elkaar in vaatbundels




Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Bladeren
Taak: 
  • Voedsel (voedingsstoffen) maken voor de plant.
  • door de bladeren lopen nerven (buisjes) geven stevigheid en zorgen voor vervoer van water en voedingsstoffen
  • tussen de nerven zit het groene blad (bladmoes) plant maakt hierin zijn eigen voedingsstoffen

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Bloemen
Taak:
  • nodig voor de voortplanting
  • hierin ontstaan zaden
  • waaruit nieuwe planten groeien

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Klas Binnenkomen
  • Ga rustig naar je plaats
  • Je bent startklaar voor de      les                        
  • Aandacht voor de docent
       (let op teken docent!)

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Tijdens de les
  • Doe actief mee
  • stoor niet        
  • Bij vragen  eerst je vinger opsteken          
  • Houd het lokaal netjes

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning (28-5)
Opening / terugblikken
Paragraaf 5.1: Lezen blz. 64
Maken: opdracht 16 +17
Afmaken: Zelf samenvatten; opdracht 1 t/m 4
               Test jezelf; opdracht 1 t/m 3

Paragraaf 5.2
Lezen: blz. 71








timer
17:00

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning (28-5)
Opening / terugblikken

Lezen: blz. 60 -62 -63
Paragraaf 5.1: Uitleg vetgedrukte begrippen   
(overtekenen een plantencel, bron 5)
Maken: 7 t/m 15
Maken: Zelf samenvatten blz. 69  & Test jezelf blz. 70

Evaluatie / Afsluiting
timer
17:00

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
Opening
Uitleg 5.1 / klassikaal lezen: blz. 59 - 60
uitleg vetgedrukte begrippen
Maken: 1 t/m 14
Evaluatie / Afsluiting

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

H5 Planten

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

5.1 Planten bekijken

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

1a. Teken de organen van een plant (bron 2 blz. 96) na in je schrift.
1b. Zet bij elk orgaan welke taak het orgaan heeft.

Slide 35 - Open question

vastzetten van de plant
water en voedingsstoffen opnemen
reservevoedsel opslaan
Antwoord 1a
Tekening overnemen (bron 2, blz. 96)

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Antwoord vraag 1a - 1b

1b.
1 wortel, taak: plant stevig in de bodem vastzetten en opname van water en mineralen
2 stengel, taak: plant stevig overeind houden en water met opgeloste stoffen vervoeren
3 blad, taak: voedingsstoffen maken
4 bloem, taak: nodig voor de voortplanting

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

2a. Teken de onderdelen van een plantencel (bron 5 blz. 98) na in je schrift.
2b. Geef per onderdeel van de cel een omschrijving en de taak

Slide 38 - Open question

voedsel maken, fotosynthese
Antwoord 2a
Tekening overnemen in je schrift (bron 5, blz. 98)

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Antwoorden vraag 2b

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

3a. Bekijk het video-filmpje over "het openen en sluiten van huismondjes".

3b. leg uit welke weg het water door de plant gaat. Schrijf de 4 onderdelen in de juiste volgorde op en leg de 4 onderdelen uit. (lees blz. 99)
3c. Teken (bron 9 blz. 99) na in je schrift.

Slide 41 - Open question

This item has no instructions

Slide 42 - Video

This item has no instructions

Antwoord vraag 3a - 3b -3c
3a. video-filmpje bekijken


3b. uitleg de volgorde (4 onderdelen)van hoe water door een plant gaat:
1 wortelharen:
planten nemen met de wortelharen water en mineralen op
2 vaatbundels in de stengel
vaten vervoeren water en mineralen van de wortels naar de bladeren
3 nerven
De nerven (buisjes / vaten door de bladeren ) zorgen voor vervoer van water en en voedingsstoffen.
De vaten beginnen in de wortels en lopen door tot in de bladnerven van de bladeren.
Vaten liggen bij elkaar in vaatbundels.
4 huidmondjes
De waterstroom blijft op gang doordat er water uit de cellen via de huidmondjes verdampt.
3c. Tekening overnemen (bron 9, blz. 99)





Slide 43 - Slide

This item has no instructions

4a. Bekijk de uitleg over houtachtige planten en kruidachtige planten.

4b. Leg uit waardoor de houtachtige en kruidachtige plant rechtop blijven staan.

Slide 44 - Open question

4a. uitleg over houtachtige en kruidachtige planten (hoe blijven ze rechtop staan)

4b• 
-kruidachtige planten: 
  • door water in de vacuoles van de cellen

-houtachtige planten: 
  • door houtcellen
  • door dikke celwanden

Slide 45 - Video

This item has no instructions

Antwoord vraag 4a - 4b
4a. uitleg over houtachtige en kruidachtige planten (hoe blijven ze rechtop staan)

4b•
-kruidachtige planten:
door water in de vacuoles van de cellen
-houtachtige planten:
door houtcellen
door dikke celwanden


Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Plenda blz. 105       Woensdag 18 juni: 
                                     4e lesuur G1A     
                                  
L: blz.  58 - 60 
M: opdracht 11 t/m 17
uitleg vetgedrukte woorden (begrippen) in je schrift
(blz.  58 - 60)

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Klas binnenkomen
  • Ga rustig naar je plaats
  • Je bent startklaar voor de les                        
  • Aandacht voor de docent
       (let op teken docent!)

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Tijdens de les
  • Doe actief mee
  • stoor niet        
  • Bij vragen  eerst je vinger opsteken          
  • Houd het lokaal netjes

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Lesinhoud
  • Opening 

  • Check in!  SV (blz. 94)  
  • TJZ (blz. 97)

  • Uitleg: Start 5.2

  • huiswerk 

  • Afronden / Quiz / evaluatie


Slide 50 - Slide

This item has no instructions

Check in!

Maken: SV (blz. 94); Opdracht 1 t/m 4
                 
Maken: TJZ (blz. 97); Opdracht 1 t/m 5

Klaar?
Nakijken en verbeteren;  opdracht 1 t/m 17 & 5.1 SV & TJZ
timer
30:00

Slide 51 - Slide

Doel: Leerlingen leren over de werking van gezichtsbedrog.

Samenvatting: U stelt bij ieder plaatje van het werkblad de bijbehorende vraag. De leerlingen schrijven hun antwoord op en beantwoorden de bijbehorende vragen in het werkboek.

Aandachtspunten:
vragen:
• 1. Welke kubus is het grootst?
• 2. Hoeveel poten heeft de olifant?
• 3. Welke lijn is het langst?
• 4. Wat zie je in het plaatje?
• 5. Welke figuur is het langst?
• 6. Welke zin staat hier