Boek A, par 3.4, p116-117

Boek A, par 3.4, p116-117
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Boek A, par 3.4, p116-117

Slide 1 - Slide

Inhoud les
-leerdoel
-lezen en onderstrepen
-korte uitleg
-opdrachten 
-beantwoorden leerdoel

Slide 2 - Slide

Leerdoel deze les
Wat zijn symbolen, rituelen, helden?



Slide 3 - Slide

Lees zelf en onderstreep
pagina 116, 117

Slide 4 - Slide

p116

Slide 5 - Slide

p117

Slide 6 - Slide

Uitleg
Hoe noemen we de manier waarop mensen leven?
cultuur
Uit welke vier kenmerken bestaat cultuur?
taal
geloof
gebruiksvoorwerpen
gewoonten

Ieder land heeft een eigen cultuur


Slide 7 - Slide

Uitleg
Hoe noem je woorden, gebaren of voorwerpen met een speciale betekenis?
symbool

De koning leest elk jaar op Prinsjes-dag de troonrede voor.  Waar is dit is een voorbeeld van?
ritueel

Johan Cruijff is een voorbeeld van een persoon met eigenschappen die gewaardeerd worden. Hoe noem je zo’n persoon?
held



Slide 8 - Slide

Maak de opdrachten
Je gebruikt de tekst in je boek.

Slide 9 - Slide

Het christendom hoort bij de Nederlandse cultuur.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quiz

Wat is geen voorbeeld van Nederlandse cultuur?
A
fiets
B
molen
C
kaas
D
braadwurst

Slide 11 - Quiz


A
Dit is een voorbeeld van een symbool
B
Dit is een voorbeeld van een held
C
Dit is een voorbeeld van een ritueel

Slide 12 - Quiz


A
Dit is een voorbeeld van een symbool
B
Dit is een voorbeeld van een held
C
Dit is een voorbeeld van een ritueel

Slide 13 - Quiz


A
Dit is een voorbeeld van een symbool
B
Dit is een voorbeeld van een held
C
Dit is een voorbeeld van een ritueel

Slide 14 - Quiz

Is het een waarde of een norm?
zelfbeheersing

A
waarde
B
norm

Slide 15 - Quiz

Is het een waarde of een norm?
gelijke rechten voor alle mensen

A
waarde
B
norm

Slide 16 - Quiz

Is het een waarde of een norm?
Je mag geen mensen slaan

A
waarde
B
norm

Slide 17 - Quiz

Is het een waarde of een norm?
Je mag niet op de stoep fietsen

A
waarde
B
norm

Slide 18 - Quiz

Is het een waarde of een norm?
Als je iets leent, moet je er extra voorzichtig mee omgaan

A
waarde
B
norm

Slide 19 - Quiz

Is het een waarde of een norm?
Je hebt respect voor je ouderen

A
waarde
B
norm

Slide 20 - Quiz

Welke norm hoort bij deze waarde?
Respect voor het bezit van anderen.
A
Je mag geen eten weggooien.
B
Je mag niet op de stoep fietsen.
C
Je mag niet stelen.
D
Je moet elke dag een half uur bewegen.

Slide 21 - Quiz

Leerdoel: Wat zijn symbolen, rituelen, helden?

Slide 22 - Open question