Eerste hulp bij acute ziektegevallen

Doelen:
De student kan benoemen welke eerst hulp verleend moet worden bij acute ziektegevallen.
1 / 44
next
Slide 1: Slide
EHBOMBOStudiejaar 1

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Doelen:
De student kan benoemen welke eerst hulp verleend moet worden bij acute ziektegevallen.

Slide 1 - Slide

Epilepsie
Het is een tijdelijke stoornis in de hersenen, waarbij de hersencellen plotseling tegelijkertijd ontladen.

Slide 2 - Slide

Klein epileptisch insult
  • Wat zie/ hoor je?
    Iemand kan vreemde tintelingen voelen en vreemde geluiden horen. Het hoofd en/of de ogen of ledematen kunnen ongecontroleerde bewegingen maken. Iemand kan voor zich uit staren en niet reageren op de omgeving

Slide 3 - Slide

Wat doe je?
  • Blijf bij hem , blijf kalm en praat op een rustige toon.
  • Let op de veiligheid van de persoon maar hou de bewegingen niet tegen.
  • Neem contact op met de huisarts of HAP als het niet binnen een paar minuten stopt
  • Laat de persoon contact opnemen met een arts bij een eerste insult

Slide 4 - Slide

Een grote epileptische aanval
  • Wat zie /hoor je?
    Iemand raakt ineen bewusteloos en kan verkrampen. Daarna begint het schokken met het hele lichaam. Het slachtoffer kan kwijlen en schuim op de mond krijgen. Dit is soms bloederig, als hij op zijn tong heeft gebeten. Ook is de persoon soms incontinent van urine. Het slachtoffer kan blauw aanlopen omdat hij niet ademt. 

Slide 5 - Slide

Wat doe je?
  • Blijf bij je cliënt zolang de aanval duurt.
  • Creëer een zo veilig mogelijke omgeving.
  • Observeer de aanval op tijd, gedrag en beweging.
  • Stop niets in de mond van de cliënt.
  • Maakt event. knellende kleding los, verwijder de bril.
  • Zoek een sos-ketting of armband en volg de instructies.
  • Bel 112 na 5 minuten of herhaling van het insult

Slide 6 - Slide

Na een grote epileptische aanval:
A
Leg ik de cliënt in de stabiele zijligging
B
Controleer ik of hij zich heeft verwondt
C
Dek ik hem af met een deken wanneer hij koud of nat is.
D
Ik doe alle genoemde dingen

Slide 7 - Quiz

Een beroerte
De hersenen werken niet meer goed doordat een bloedprop een hersenslagader afsluit (herseninfarct) of doordat een bloedvat in de hersenen is gesprongen (hersenbloeding) waardoor de hersenen onder druk komen te staan.

Slide 8 - Slide

Herkennen van een beroerte
  • Een afhangende mondhoek
  • Spraakproblemen
  • Een afhangende schouder of arm
  • Krachtsverlies
  • Hevige hoofdpijn
  • Dubbelzien 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

De mond -spraak- arm- test
  • Mond: Vraag de persoon om zijn tanden te laten zien
  • Spraak: Laat hem een zin spreken. Praat hij anders dan normaal? Vraag het omstanders
  • Arm: Vraag de persoon ogen te sluiten en de armen voor zich uit te strekken.
  • Bel 112 als je denkt of twijfelt of iemand een beroerte heeft. 

Slide 11 - Slide

Je herkend een beroerte aan:
A
Een scheef gebit en een verlamde tong
B
vreemde spraak, een scheve mond en verlamde arm
C
Een vermoeide blik en hoofdpijn gedurende langere tijd
D
onsamenhangend gepraat en een alcohol lucht

Slide 12 - Quiz

Flauwvallen 
Een plotselinge en voorbijgaand verlies van bewustzijn als gevolg van een afname van de bloedstroom naar de hersenen door een tijdelijk te lage bloeddruk. (Vasovagale reactie)

Slide 13 - Slide

Oorzaken van flauwvallen
  • Te snel opstaan
  • Uitputting, zoals bij vermoeidheid, honger, zwakte na ziekte.
  • Uitdroging
  • Psychische oorzaken, zoals schrik en angst, heftige emoties
  • Bloedarmoede of medicijngebruik
  •  Te lang staan in een te warme omgeving of een benauwde omgeving.

Slide 14 - Slide

Symptomen

  • Duizeligheid 
  • Bleek zien
  • Dubbelzien 
  • Oorsuizen
  • Transpireren
  • Misselijkheid
  • Bewustzijnsverlies 

Slide 15 - Slide

ehbo bij flauwvallen
  • Probeer de val te breken en leg de persoon op de grond.
  • Controleer de ademhaling
  • Til de benen 45 tot 90 graden omhoog
  • Maak knellende kleding los en zorg voor frisse lucht
  • Leg de cliënt in de stabiele zijligging. 
  • Laat de persoon als hij bijkomt nog 10 minuten liggen, dan 5 minuten zitten en tenslotte gaan staan. Blijf bij hem.

Slide 16 - Slide

Flauwvallen komt door:
A
Een tijdelijk tekort aan bloedsuikers
B
gebrek aan zelfbeheersing
C
Teveel aan vrouwelijk hormoon
D
een tijdelijk tekort aan zuurstof in de hersenen

Slide 17 - Quiz

Hyperventilatie
Het koolzuurgehalte in het bloed wordt te laag door te snel en/of te diep ademhalen. 

Slide 18 - Slide

Symptomen
  • Te snel en te diep ademhalen
  • beklemmende pijn op de borst
  • Een licht gevoel in het hoofd
  • tintelingen in de handen
  • hartkloppingen 

Slide 19 - Slide

EHBO bij hyperventilatie
  • Probeer gerust te stellen
  • Neem hem mee met jouw ademhaling
  • Laat de persoon 3 tellen door de neus in- en 3 tellen door de mond uit ademen. 
  • Probeer eventueelde persoon met een zakje over de neus en mond te laten ademen. 

Slide 20 - Slide

Bij hyperventilatie is sprake van te snelle en te diepe ademhaling:
Ja of nee

Slide 21 - Open question

Pijn op de borst
Wordt ook Angina Pectoris genoemd.  Het ontstaat wanneer de hartspier een tijdelijk tekort aan zuurstof heeft.

Slide 22 - Slide

EHBO
  • Blijf bij de cliënt en probeer angst weg te nemen
  • Laat hem stoppen met inspanningsactiviteiten
  • Dien medicatie toe als hij bekend is met deze klachten
  • Waarschuw een arts, als de persoon niet bekend is met deze klachten en als medicatie niet helpt.
  • Start de reanimatie procedure als het slachtoffer bewusteloos raakt. 

Slide 23 - Slide

Pijn op de borst kan een voorstadium zijn van een hartinfarct:
Ja of nee

Slide 24 - Open question

Diabetes Mellitus
Het lichaam kan het bloedsuikergehalte in het bloed niet goed op peil houden. De cliënt gebruikt er medicijnen voor en controleert regelmatig het bloedsuikergehalte en past de voeding er op aan

Slide 25 - Slide

Te hoog(Hyper)
  •  Veel plassen
  • Veel drinken
  • Droge of plakkerige tong
  • Lusteloosheid
  • Vermoeidheid of slaperigheid
  • Verlies van eetlust, misselijkheid en buikpijn
  • Vermageren zonder reden
  • Ongeveer 50% van de mensen me
Te laag (Hypo)
  • zweten
  • beven
  • plotse hevige honger
  • geeuwen
  • troebel zicht
  • hoofdpijn
  • hartkloppingen
  • Wisselend humeur
  • Bleekheid
  • Concentratiestoornissen
  • Niet adequaat reageren

Slide 26 - Slide

ehbo bij suikerziekte
  • Bel of laat 1-1-2 bellen als het slachtoffer bewusteloos is en leg het slachtoffer op de zij (stabiele zijligging).
  • Bel (spoednummer) huisarts of huisartsenpost als diabeet erg zwak of suf wordt, moeilijk ademt (snel en/of diep) en steeds braakt. 

Slide 27 - Slide

  • Als slachtoffer in staat is om te slikken:
  • eerst een glas limonade of druivensuiker;
  • daarna bijvoorbeeld een boterham of 100 ml. vla.
  • Als slachtoffer in staat is medicijnen in te nemen, laat dat doen.
  • Neem contact op met de huisarts om eventueel medicijnen beter in te stellen. 

Slide 28 - Slide

Diabetes Mellites kan aangeboren zijn:
wel of nee

Slide 29 - Open question

AVPU score
Alert:          Spontane, alerte reactie en                  geopende ogen
Verbal respons: Reageert op aanspreken
Pain respons:   Reageert op pijnprikkel
Unresponsive:   Reageert niet op prikkels

Slide 30 - Slide

Als iemand bij bewustzijn is en verward reageert welke score hebben we dan?

Slide 31 - Open question

Koortsstuipen
Wat zien we; (welke verschijnselen)
  • Sommige kinderen reageren op een snelle temperatuur stijging met koortsstuipen. 
  • De aanval wordt veroorzaakt door een soort kortsluiting in de hersenen. 
  • Het kind maakt schokkende bewegingen met delen van het lichaam of het hele lichaam, rolt met zijn ogen, trekt wit weg en is niet aanspreekbaar. 
  • De stuip duurt vaak enkele minuten, waarna het kind meestal in een diepe slaap valt. 

Slide 32 - Slide

Koortsstuipen
Wat zien we; (welke verschijnselen)
  • Koortsstuipen komen voor bij kinderen van 6 maanden tot 5 jaar.

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Bij een koortsstuip
A
Koel je het kind af met een natte washand
B
Leg je het kind op zijn rug, zonder lakens
C
Bel je 112 en blijf je erbij
D
Geef je het zo snel mogelijk een schone luier

Slide 35 - Quiz

Hersenvliesontsteking
Een ontsteking van de vliezen die de hersenen en het ruggenmerg omhullen door een bacterie of een virus

Slide 36 - Slide

Hersenvliesontsteking 
Wat zien we; (welke verschijnselen)
  • Direct ernstig ziek, hoge koorts, braken en niet willen drinken. 
  • Grauwe gelaatskleur, hoofdpijn en gevoelig voor licht (lichtschuw). 
  • Als het slachtoffer een been optilt heeft hij pijn. Het lukt niet om zonder pijn zijn kin op de borst te leggen. Het hoofd kan wel heen en weer worden bewogen. 
  • Kleine kinderen kunnen klagelijk of schril huilen. Bij het verwisselen van de luier kunnen ze pijn hebben.

Slide 37 - Slide

Hersenvliesontsteking
Wat zien we; (welke verschijnselen)
  • Ze kunnen pijn hebben bij het verwisselen van een luier.
  • Het slachtoffer wordt steeds suffer en raakt uiteindelijk bewusteloos met mogelijk koortsstuipen. Op de huid van het slachtoffer kun je kleine puntvormige rode vlekjes (puntbloedinkjes) zien, die je niet kan wegdrukken

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Video

EHBO bij hersenvliesontsteking
  • Bel 112 als de client niet alert is en niet wegdrukbare rode vlekjes op de huid heeft.
  •  Bel de huisarts of HAP als je denkt aan een hersenvliesontsteking
  • Leg een nat washandje op het voorhoofd van de client en zorg dat hij zijn warmte kwijt kan. (Dus geen dekens of warme kleding

Slide 40 - Slide

Van een virus kun je hersenvliesontsteking krijgen:
Ja of nee

Slide 41 - Open question

Deze lessonup was precies lang genoeg
😒🙁😐🙂😃

Slide 42 - Poll

Doel van de les:
De student kan benoemen welke eerst hulp verleend moet worden bij acute ziektegevallen.

Slide 43 - Slide

Het doel is behaald, ik heb veel geleerd
😒🙁😐🙂😃

Slide 44 - Poll