Kalenders

Kalenders
Doel:
1. Je leert dat er 3 soorten  kalenders zijn: een agenda, een jaarkalender en een verjaardagskalender. 
2. Je kunt informatie aflezen uit deze kalenders. 
1 / 15
next
Slide 1: Slide
RekenenBasisschoolGroep 6

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Kalenders
Doel:
1. Je leert dat er 3 soorten  kalenders zijn: een agenda, een jaarkalender en een verjaardagskalender. 
2. Je kunt informatie aflezen uit deze kalenders. 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Jaarkalender

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Een jaarkalender
Alle maanden van het jaar staan erin. 
Je ziet meteen hoeveel maanden er in een jaar zitten. 
Je ziet de dagen van de week erboven staan. 
Je ziet de weken in een oogopslag. 

Slide 6 - Slide

Vragen
Hoeveel maanden heeft een jaar ?
Klopt dat op de jaarkalender ?
Hoeveel dagen kan een maand hebben ?
Welke maand heeft de minste dagen ?
Welke datum is het tweede kerstdag?
Welke datum volgt op Oudejaarsavond ?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Verjaardagskalender

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

De verjaardagskalender
Een verjaardagskalender is ieder jaar hetzelfde . 
Je schrijft er alle verjaardagen op. 

Slide 11 - Slide

Een agenda 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Agenda
 Dit is een specifieke jaarkalender. Alle dagen van het jaar staan er in. Daarom heeft een agenda ook meerdere bladzijdes.

Je hebt verschillende soorten agenda's:
  • Met een indeling per week
  • Met een indeling per dag


Slide 14 - Slide

Agenda
  • Bij deze kalender maak je een planning voor volgende week. Je schrijft alle afspraken erin. 
  • Lopend vanaf januari t/m december
  • Lopend vanaf augustus t/m juli ( schoolagenda's)
  • digitale agenda's 

Slide 15 - Slide