2TH H5.3 Begrijpend lezen

H5.3
Redengevend tekstverband
Samenvatten en kernzinnen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H5.3
Redengevend tekstverband
Samenvatten en kernzinnen

Slide 1 - Slide

Theorie (tekstverbanden)
Je hebt zeven tekstverbanden geleerd:
  • opsommend 
  • tijdsvolgorde 
  • tegenstellend 
  • concluderend 
  • samenvattend
  • oorzaak en gevolg
  • uitleggend

Slide 2 - Slide

Wat is een tekstverband ook alweer?

Slide 3 - Open question

opsommend
tijdsvolgorde
tegenstellend
uitleggend
oorzaak/gevolg
concluderend
samenvattend
Onze familie houdt zowel van hockey als van hardlopen.
Op zondag gaan we altijd hockeyen, nadat we vijf kilometer hebben gerend.
Mijn zus Diana hockeyt bij UVC, maar ze wordt nooit opgesteld.
Meisjes zoals Diana blijven toch positief.
Het regent buiten en daardoor gaat de training niet door.
Walter rookt altijd onder het hardlopen, hij leeft dus niet erg gezond.
Deze situatie is kortom onveilig voor iedereen ter wereld.

Slide 4 - Drag question

Theorie (redengevend verband)
Het signaalwoord geeft een reden aan. 





Ook een argument is een reden: de reden waarom je iets vindt:


tekstverband
signaalwoorden
voorbeelden
redengevend
want, immers, daarom, omdat, namelijk
- Bart eet geen vlees en vis, hij is namelijk vegetariër.
- Anya collecteert voor de Dierenbescherming, want zij wil dieren in nood helpen.
mening
signaalwoord 
argument
Ik vind Nevermoor een goed boek
omdat
ik me goed kan inleven in de hoofdpersoon.

Slide 5 - Slide

Oorzaak/gevolg



Er is geen sprake van menselijke logica of wil; het komt van buitenaf.

  • Door nog onbekende oorzaak was de website niet bereikbaar. 
  • De website is niet bereikbaar, doordat hackers actief waren.


Redengevend



Er is sprake van menselijke logica of wil.

  • Enkele leden hebben om onbekende reden hun lidmaatschap opgezegd.
  • Ik ben boos, omdat ik ijs wil.

Slide 6 - Slide

Noem het tekstverband:

Zijn vriendin zwijgt maar liever, want ze kent Gert.

Slide 7 - Open question

Noem het tekstverband:

Pim heeft gewonnen, hij is dus terecht kampioen.

Slide 8 - Open question

Noem het tekstverband:
Piet is helemaal klaar met ruziën. Dat
wil zeggen dat hij gaat scheiden van zijn vrouw.

Slide 9 - Open question

Noem het tekstverband:
Mijn vader braadt het vlees, terwijl mijn moeder kletst met de familie.

Slide 10 - Open question

Noem het tekstverband:
Enerzijds wil hij graag verkering met Sophie. Anderzijds wil hij genoeg tijd hebben om te gamen.

Slide 11 - Open question

Noem het tekstverband:
Nog voordat Lisa klaar was met praten,
begon Henry met zijn eigen verhaal.

Slide 12 - Open question

1. Maak een zin met daarin een tekstverband.
2. Zoek er een bijpassend plaatje bij.
3. De rest raadt om welk tekstverband het gaat.

Slide 13 - Open question

En nu werken jullie!

Slide 14 - Slide