Betoog - opdracht

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Doel: schrijfplan maken

Je maakt een schrijfplan voor een betoog. 

Wat is het doel van een betoog?

1. Informeren (feiten over een ondewerp)
2. Overtuigen (van jouw mening).
3. Opiniëren (mening vormen)

Betoog

Doel: lezer overtuigen van jouw standpunt. 

Onderwerp + standpunt >  informatie opzoeken.

Inleiding: introductie onderwerp en standpunt

Kern: mening onderbouwen met argumenten. (2 à 3) 
            Argumenten ondersteunen met uitleg of voorbeeld.

            Tegenargument (+ weerleggen)

Slot: samenvatting en herhaling standpunt (in andere woorden)

Welke argumenten hoorde je vóór het vuurwerkverbod?

Teveel coronabesmettingen, rond oud en nieuw veel patiënten.

Elke patiënt is te veel , druk is te groot

Wat kan worden voorkomen, moet worden voorkomen.

Wie stuurde de brief?

Zonder vuurwerk geen nieuwjaar, geen 2022

Meeste ongelukken door illegaal vuurwerk

Categorie1 afsteken mag nog wel.

Welke argumenten hoorde je tegen het vuurwerkverbod?

Teveel coronabesmettingen, rond oud en nieuw veel patiënten.

Elke patiënt is te veel , druk is te groot

Wat kan worden voorkomen, moet worden voorkomen.

Wie stuurde de brief?

Zonder vuurwerk geen nieuwjaar, geen 2022

Meeste ongelukken door illegaal vuurwerk

Categorie1 afsteken mag nog wel.

Wat vind jij van het vuurwerkverbod?

😒🙁😐🙂😃

Nu gaan we jouw mening op papier zetten!

Stap 1: (2 min)

Onderwerp + standpunt bedenken.

Bedenk welke soort tekst je wilt
schrijven.

Stap 2: (15 min)

Betrouwbare informatie verzamelen (vóór en tegen je  standpunt).

Internet, in de bibliotheek,
via interviews en/of enquêtes
en noteer direct de vindplaats van
jouw bronnen.

Stap 3: (15 min)

Kies 2 argumenten voor en 1 tegen de stelling. 

Schrijf voor elk argument een 

onderbouwing. Waarom is dit een 

goed argument? 

Inleiding & slot (10 min)

• Schrijf nu een inleiding. Start met een pakkende zin! 

       Geef informatie over het onderwerp.  Schrijf je standpunt 
       op. 

• Schrijf nu een conclusie.

       Vat je argumenten (voor) samen. 
       Herhaal je standpunt met andere
       woorden.

Maak Nu Nederlands 3F

Lezen 2.2 
Deelonderwerpen herkennen