Quiz H.6

Quiz H.6
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Quiz H.6

Slide 1 - Slide

Wat is de juiste omschrijving van een arbeidsmigrant?
A
Mensen die naar Nederland komen om hier te werken
B
Mensen die naar Nederland komen vanwege familie
C
Mensen die naar Nederland komen vanwege oorlog in eigen land

Slide 2 - Quiz

In Nederland is er sprake van ontkerkelijking.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

Wat betekent pluriforme samenleving?
Wat betekent pluriforme samenleving?
A
Een samenleving met veel gastarbeiders
B
Een samenleving van meerdere culturen en leefstijlen
C
Een samenleving met veel sociaal-economische maatregelen
D
Een samenleving met veel segregatie

Slide 4 - Quiz

Wie is een arbeidsmigrant?
A
Een Rus die werkt bij de bloemenveiling.
B
Een Italiaanse toerist in Amsterdam.
C
Een Afghaan die naar Nederland is gevlucht.
D
Een Nederlander die werkt bij de Starbucks.

Slide 5 - Quiz

Maak de zinnen in orde door telkens het juiste antwoord te kiezen dat op de plaats van de puntjes moet komen.

Door sociaal-culturele veranderingen vanaf de jaren 1960, zoals meer diversiteit, veranderde de westerse cultuur en er ontstond een ...
A
participatiesamenleving
B
pluriforme samenleving

Slide 6 - Quiz

Door wie kwam er in 1956 een AOW in Nederland?
A
Wim Kok
B
Willem Drees
C
Pim Fortuyn
D
Henk Krol

Slide 7 - Quiz

ondersteuning van de familie
A
W.W.
B
AOW
C
Wmo
D
Mantelzorg

Slide 8 - Quiz



Individualisering droeg bij aan het proces van ontkerkelijking.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Welk van de onderstaande beschrijvingen komt het meest overeen met het begrip genocide?

A
Andere volkeren discrimineren en uitsluiten van de samenleving.
B
De haat binnen een samenleving voor andere volkeren die niet 'horen' in een land.
C
Het massaal vermoorden van bevolkingsgroepen.

Slide 10 - Quiz

Is Nederland een pluriforme samenleving?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quiz

In welk land begon de Arabische Lente?
A
Libië
B
Marokko
C
Tunesië
D
Egypte

Slide 12 - Quiz

Wat is genocide?
A
Opstand
B
volk vermoorden
C
Diversiteit

Slide 13 - Quiz

Ontkerkelijking is ...
A
dat er steeds meer mensen naar de kerk gaan
B
dat er minder mensen naar de kerk gaan
C
dat alle kerken gesloopt moeten worden

Slide 14 - Quiz


Wat is de eis van de jongeren die in opstand komen tijdens de 'Arabische Lente'?
A
meer democratie
B
sterkere overheid
C
open grenzen
D
studiefinanciering

Slide 15 - Quiz

Een vluchteling verlaat zijn land omdat...
A
hij daar niet veilig is.
B
hij daar zonder toestemming verblijft.
C
hij geen visum krijgt.
D
hij meer internationale contacten wil.

Slide 16 - Quiz

Vraag 15: Welke gebeurtenissen zijn voorbeelden van genocide? Er zijn meerdere antwoorden goed
A
Bombardement op Rotterdam tijdens de Tweede Wereldoorlog
B
De hongersnood in vluchtelingenkampen op de grens met Libanon en Syrië
C
Het vermoorden van Joden door de Nazi's in de concentratiekampen tijdens de Tweede Wereldoorlog
D
Het vermoorden van moslimmannen in Srebrenica door Serviërs

Slide 17 - Quiz

Wat is het enige land dat er min of meer "beter" uitgekomen is na de Arabische lente?
A
Egypte
B
Tunesië
C
Jemen
D
Libië

Slide 18 - Quiz

Wat is de AOW?
A
Uitkering die je krijgt als je werkloos bent
B
Uitkering die je krijgt als je oud bent en mag stoppen met werken
C
Uitkering die je krijgt als je niet genoeg loon krijgt
D
Uitkering die je krijgt als je ziek bent en daarom niet kan werken

Slide 19 - Quiz

Wat is een verzorgingsstaat?

A
Een land waar genoeg ziekenhuizen beschikbaar zijn voor de burgers.
B
Een land waar genoeg ziekenhuizen beschikbaar zijn voor de burgers.
C
Het overzicht van de kosten van alle uitkeringen voor werkenden en niet-werkenden
D
Een land waar de overheid de burgers helpt als dat nodig is.

Slide 20 - Quiz

Als mensen eigen keuzes maken belangrijker vinden dan het horen bij een groep, dan noem je dat...
A
Individualisering
B
Ontkerkelijking

Slide 21 - Quiz

Als je werkloos bent dan zorgt de overheid voor jou. Dat noem je...
A
Verzorgingsstaat
B
Participatiesamenleving

Slide 22 - Quiz

De overheid wil vanaf nu dat mensen voortaan meer moeite doen om voor elkaar te zorgen. Dit is een voorbeeld van...
A
Verzorgingsstaat
B
Participatiesamenleving

Slide 23 - Quiz