Democratie

POLITIEK
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

POLITIEK

Slide 1 - Slide

Wat heeft deze afbeelding met politiek te maken?
Welke mogelijke consequentie heeft deze keuze voor jouw toekomst?  

Slide 2 - Slide

Wat is politiek?

Slide 3 - Open question




Politiek
Democratie
Dictatuur

Slide 4 - Slide

Leerdoel
  • Aan het einde van de les weten jullie wat een democratie is
  • Jullie leren wat een dictatuur is
  • Wat politiek is

Slide 5 - Slide

Politiek
Het besturen van een land of gebied.

Slide 6 - Slide

Politiek

Welk probleem moet de politicus proberen op te lossen?
Voor welke keuze staat de politicus?
Met welke meningen en belangen krijgt de politicus te maken?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Democratie

Slide 10 - Slide

De Atheense democratie
Een van de eerste democratieën was de Atheense democratie, in het oude Griekenland. Rond 510 v Chr. kregen burgers in Athene directe invloed in de politiek. Burgers mochten bijvoorbeeld stemmen en meedoen aan debatten. Helaas gold dit niet voor slaven en vrouwen.
Democratie komt van de Griekse woorden (demos = Volk) en kratos = macht)

Slide 11 - Slide

Democratie
Een manier om een land te besturen.
Alle burgers mogen meebeslissen en kunnen invloed uitoefenen op het bestuur van het land.

Democratie betekent 'volksheerschappij'. Het volk heeft de macht.

Slide 12 - Slide

Wat is voor jou democratie?

Slide 13 - Mind map

Slide 14 - Video

Democratie

Burgers hebben inspraak
de meerderheid beslist.
Burgers mogen meepraten en hun mening geven over kwesties in de samenleving.


Je kunt bijvoorbeeld als burger ook eigen initiatief inspraak hebben. Door bijvoorbeeld te reageren op plannen van jouw gemeente, of door zelf een voorstel in te dienen.

Slide 15 - Slide

0

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

Dictatuur
De dictator of een kleine groep machthebbers heeft alle macht in handen.

  • Beslissingen kunnen tegen de wens van de meerderheid in gaan
  • Tegenstanders worden vaak onderdrukt
  • Meestal geen inspraak en geen vrijheid van meningsuiting


Slide 18 - Slide

Noem een dictator

Slide 19 - Mind map

Slide 20 - Slide

Wat is democratie?
A
Dat het volk regeert
B
Dat 1 persoon de macht heeft

Slide 21 - Quiz

Welk land is geen dictatuur?
A
Noord-Korea
B
Iran
C
Syrië
D
Tsjechië

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Video

Hoe worden de Eerste Kamerleden gekozen?

A
die worden niet die gekozen, maar benoemd
B
dat doen de leden van Provinciale Staten
C
dat gebeurt gelijk met de Tweede Kamer

Slide 24 - Quiz

Wat is "trias politica"
A
Wetgevende macht , uitvoerende macht, rechterlijke macht
B
3 gescheiden machten die elkaar controleren
C
gescheiden machten als basis voor de democratie
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 25 - Quiz

Wie benoemt de ministers?

A
de voorzitter van de Tweede Kamer
B
de koning
C
D
de voorzitter van de Eerste Kamer

Slide 26 - Quiz

Hoeveel leden heeft de tweede kamer?
A
150
B
75
C
125
D
225

Slide 27 - Quiz

Mag de politie zomaar een huis binnengaan?

A
Nee, daarvoor is toestemming nodig
B
Ja, dat mag altijd
C
D
Nee, dat verschilt per wijk

Slide 28 - Quiz

Wat mag de Eerste Kamer niet?

A
een wetsvoorstel verwerpen
B
Een wetsvoorstel veranderen
C
D
over een wetsvoorstel stemmen

Slide 29 - Quiz

Wat gebeurt er op Prinsjesdag?

A
dan vertelt de Koning de plannen van de regering voor het komend jaar.
B
Volgens een oude traditie laat de minister van Financiën in 'het koffertje' zien hoe vol de schatkist nog is.
C
D
de Koning beëdigt nieuwe ministers en staatssecretarissen.

Slide 30 - Quiz

Wat is volgens de Grondwet geen taak van de regering?

A
zorg voor voldoende werk
B
zorgen voor een schoon milieu
C
zorg voor onderwijs
D
zorg voor sportvelden en sporthallen

Slide 31 - Quiz

EINDE!!!
Je weet nu  wat een democratie is en een dictatuur.
Maak de opdrachten uit je boek:
hoofdstuk 4.1 blz 155
opdrachten: 1,2,3,5


Slide 32 - Slide