Kapitel 2 Grammatik A + B

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Wiederholung Grammatik

Werkwoorden met een stam op -d of -t

Voltooid deelwoord

[warten] Worauf .... du?

[wohnen] Wo ... ihr?

[baden] Der Mann ... seinen Hund

[arbeiten] Wo ... seine Schwester?

[kosten] Wie viel ... dieses Hemd?

[warten] Worauf ... ihr?

[bezahlen] Wie ... Thomas?

[hängen] Wo ... die T-Shirts?

[reden] Worüber ... ihr?

Wat is het voltooid deelwoord van:
kochen

voltooid deelwoord van:
reden

het voltooid deelwoord van:
speichern

Wat is het voltooid deelwoord van machen?

Wat is het voltooid deelwoord van arbeiten

Voltooid deelwoord van:
antworten

Voltooid deelwoord van:
lachen

Wat is het voltooid deelwoord van lernen

Wat is het voltooid deelwoord van:
baden