Woordenschat H4 - les 3

Neem plaats en pak je leesboek!
1 / 10
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Items in this lesson

Neem plaats en pak je leesboek!

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
* Stil lezen (15 minuten)
* Bespreken huiswerk
* Korte theorieherhaling H3 en H4
* Kahoot!

Slide 2 - Slide

Stil lezen
timer
15:00

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
Je hebt geleerd hoe je samengestelde zinnen moet vormen en hoe je daarin de persoonsvorm en het onderwerp kunt vinden.

Je hebt geleerd om woordsoorten te herkennen en te benoemen (lw, zn, ww, bn) en kunt een voltooid deelwoord omzetten naar een bijvoeglijk naamwoord.

Slide 4 - Slide

Bespreken huiswerk

Slide 5 - Slide

Theorie H3
Samengestelde zinnen zijn zinnen die minimaal 2 persoonsvormen bevatten en kunnen herkend worden aan een verbindingswoord. 

Als je twee zinnen met elkaar wil verbinden, dan kan het voorkomen dat het laatste deel van de zin iets verandert van vorm.

Slide 6 - Slide

Theorie H3
De persoonsvorm en het onderwerp zijn soms lastig te vinden in een samengestelde zin.

Voor de persoonsvorm kun je de tijdproef gebruiken. Zet de zin in een andere tijd en de werkwoorden die veranderen, zijn de persoonsvormen. Ook kun je een aantalproef doen. Zet de zin bijvoorbeeld in meervoud. Je vindt dan direct de PV en het OW.

Slide 7 - Slide

Theorie H4
Lidwoord (lw): de, het, een --> kan voor een zn
Zelfstandig naamwoord (zn): naam voor een mens, dier, plant of ding, eigen naam, kun je een lw voor zetten en je kan het in mv zetten
Werkwoord (ww): zegt wat iets of iemand doet
Bijvoeglijk naamwoord (bn): zegt iets over het zelfstandig naamwoord

Slide 8 - Slide

Theorie H4
Voltooid deelwoord:
Hier kun je 'ik heb/ik ben' voor zetten
Ik ben gevallen

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord:
Zet er een zelfstandig naamwoord voor
De gevallen boom

Slide 9 - Slide

Kahoot!

Slide 10 - Slide