This lesson contains 23 slides, with text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
2.4 Blessures
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat een blessure is en in welke situaties blessures ontstaan.
Je kunt de verschillende blessures bij botten, gewrichten en spieren beschrijven.
Je kunt uitleggen hoe je blessures voorkomt.
Je kunt uitleggen wat een goede lichaamshouding is.
Slide 2 - Slide
Een blessure is een beschadiging aan botten, spieren en gewrichten.
Een blessure ontstaat door een valpartij, botsing, klap of te lang dezelfde beweging uitoefenen.
Blessures
Slide 3 - Slide
Top 7 van sporten met veel blessures
Behandelingen blessures op de spoedeisende hulp
Slide 4 - Slide
Blessures aan botten en gewrichten
Slide 5 - Slide
Botbreuk
Recht zetten + gips en/of een operatie
Slide 6 - Slide
Een gewrichtsknobbel schiet uit de gewrichtskom.
De gewrichtsknobbel wordt weer in de kom geduwd, rust nodig om te genezen.
Ontwrichting
Slide 7 - Slide
Wordt ook wel verzwikking genoemd (alleen is er bij verzwikking geen sprake van het dik worden van de enkel).
De gewrichtsbanden en het gewrichtskapsel rekken dan te ver uit. Je hoeft niet naar de dokter, maar het moet goed gekoeld worden.
Verstuiking
Slide 8 - Slide
Voetbalknie: de noppen blijven in het veld staan en de knie draait.
Meniscus (meestal binnenste) kan scheuren of rafelen.
Knieblessure
Slide 9 - Slide
Gewrichtsbanden (binnen en buiten) en kruisbanden kunnen ook scheuren..
Kijkoperatie om scheur te herstellen en lang herstel nodig.
Knieblessure
Slide 10 - Slide
Spierblessures
Slide 11 - Slide
In een werkende spier ontstaan afvalstoffen (van verbranding). Als de afvalstoffen niet genoeg worden afgevoerd door het bloed ontstaat spierpijn.
Spierpijn
Slide 12 - Slide
Door een botsing of val kan een kneuzing ontstaan.
Spiercellen en bloedvaatjes zijn beschadigd, daardoor krijg je een bloeduitstorting = een blauwe plek.
Kneuzing
Slide 13 - Slide
Spierkramp: een spier trekt zich plotseling heel sterk samen -> je moet stoppen met de beweging, ga je door dan kan de spier scheuren.
Een plotselinge spierscheuring = een zweepslag.
Spierkramp en spierscheuring
Slide 14 - Slide
Voorkomen blessures
Kleding en beschermende middelen
Intapen
Warming-up
Cooling-down
Slide 15 - Slide
Voorkomen blessures
Warming-up: bloed harder laten stromen, zodat zuurstof en voedingsstoffen richting de spiercellen (vezels) gaan + opwarmen spieren.
Cooling-down: bloed harder laten stromen, zodat de afvalstoffen (koolstofdioxide, water, melkzuur) afgevoerd kunnen worden naar de uitscheidingsorganen.
Slide 16 - Slide
Goed tillen
Bij het tillen is het ook belangrijk dat de wervelkolom de dubbele S-vorm behoudt.
Tillen vanuit je benen
Houd het voorwerp dicht bij je
Til niet te zwaar
Til niet te lang
Houd je rug recht
Slide 17 - Slide
Huiswerk 3 maart 2e lesuur
Aantekeningen 2.4 afmaken.
Maken + nakijken opdr. 3 t/m 18.
Slide 18 - Slide
Komt een... sporter bij de dokter
Werk in tweetallen
Één iemand kiest een bot/gewricht blessure uit, de ander kiest een spierblessure uit (houd dit geheim voor elkaar)
Speel een stukje waarin de één de huisarts is en de ander de patiënt
De huisarts mag vragen stellen, lichamelijk onderzoek doen en moet zo proberen te ontdekken welke blessure de patiënt opgelopen heeft
De huisarts stelt een diagnose en geeft aan welke vervolgstappen noodzakelijk zijn
Geef als huisarts ook een advies over hoe de patiënt in de toekomst zo'n dergelijke blessure kan voorkomen