Basisstof 5: Gewone celdeling (mitose)

1.5 Gewone celdeling (mitose)
1 / 24
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

1.5 Gewone celdeling (mitose)

Slide 1 - Slide

Terugblik

Slide 2 - Slide

Waaruit zijn chromosomen opgebouwd?
A
Geen van deze
B
Alleen eiwit
C
DNA en eiwit
D
Alleen DNA

Slide 3 - Quiz

Wat is de functie van DNA?
A
Het regelt celdeling.
B
Het bevat erfelijke informatie en eigenschappen.
C
Het maakt chromosomen zichtbaar.
D
Het kleurt je ogen.

Slide 4 - Quiz

Hoe zijn beide chromosomen van een paar meestal?
A
Bijna altijd gelijk in grootte en vorm.
B
Soms gelijk en soms verschillend in grootte.
C
Altijd verschillend in grootte en vorm.
D
De grootte en vorm variëren sterk.

Slide 5 - Quiz

Wat is het totale aantal chromosomen in een lichaamscel van een mens?
A
64
B
92
C
23
D
46

Slide 6 - Quiz

Hoeveel chromosomenparen bevat elke celkern van een mens?
A
30
B
23
C
12
D
46

Slide 7 - Quiz

Lesdoel
Ik kan beschrijven hoe een gewone celdeling (=mitose) verloopt en wat het doel hiervan is.


Slide 8 - Slide

Gewone celdeling= mitose
Doel is nieuwe cellen maken voor: 
  • Groei
  • Herstel
  • vervanging

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Waarvoor zijn nieuwe cellen nodig?
A
Om een wond te herstellen
B
Om oude cellen te vervangen
C
Om te verslijten
D
Om te krimpen

Slide 12 - Quiz

Celdeling
Nieuwe cellen ontstaan door celdeling. Daarbij deelt een cel zich in tweeën. 
Nieuwe lichaamscellen ontstaan in 3 fasen:
  • 1 Kerndeling: de celkern deel zich in tweeën.
  • 2 Celdeling: het cytoplasma deelt zich in tweeën zodat twee cellen ontstaan
  • 3 Plasmagroei: de gedeelde cellen vormen extra cytoplasma

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Hoe ontstaan nieuwe lichaamscellen?
A
Celdeling
B
Kerndeling
C
Fotosynthese
D
Plasmagroei

Slide 15 - Quiz

De gewone celdeling
Wat gebeurt er nou precies bij gewone celdeling (mitose)? 
  • Stap 1: Kopiëren
  • Stap 2: Spiraliseren
  • Stap 3: Kerndeling
  • Stap 4: Celdeling
  • Stap 5: Plasmagroei
Dat nemen we per stap met je door...

Slide 16 - Slide

Stap 1: Kopiëren
  • Elk chromosoom vormt een kopie van zichzelf.
  • Je ziet dat hiernaast getekend
boven de cel van stap 1.
  • De beide DNA-ketens zitten op één plaats nog aan 
elkaar vast.
  •  We noemen het nog 1 chromosoom, maar het heeft nu dubbel van zijn DNA.

Slide 17 - Slide

Stap 2: Spiraliseren
  • De DNA-ketens van elk chromosoom rollen zich
op in een spiraal.
  • Hierdoor worden de chromosomen 
Korter en dikker.

  • De chromosomen worden daardoor
zichtbaar met een microscoop.

Slide 18 - Slide

Stap 3: Kerndeling
  • De twee DNA-ketens van alle 46 chromosomen 
gaan uit elkaar.
  • Het ene punt waarop ze aan elkaar vastzitten, 
laat los.
  • Elke dochtercel krijgt één DNA-keten van elk 
chromosoom.
  • Elke dochtercel bevat daardoor dezelfde informatie.

Slide 19 - Slide

Hoeveel DNA-ketens krijgt elke dochtercel tijdens kerndeling?
A
Drie DNA-ketens van elk chromosoom
B
Geen DNA-ketens
C
Één DNA-keten van elk chromosoom
D
Twee DNA-ketens van elk chromosoom

Slide 20 - Quiz

Stap 4: Celdeling
  • Tussen de kernen van beide dochtercellen ontstaan twee celmembranen.
  • Daardoor wordt het cytoplasma 
van beide cellen gescheiden. 
  • Er zijn nu twee dochtercellen ontstaan.
  • De moedercel bestaat niet meer, die 
heeft zich in tweeën gedeeld.

Slide 21 - Slide

Stap 5: Plasmagroei
  • De nieuwe cellen vormen extra cytoplasma 
en worden groter.
  • Ze zijn nu even groot als de moedercel was 
(die niet meer bestaat).

Slide 22 - Slide

Overzicht

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video