Les 2 - Logische Schakelingen

1 / 23
next
Slide 1: Slide
procestechniekMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Lees onderstaande bewering door:
I) Een PLC kan allerlei logische basisfuncties uitvoeren.

II) Logische basisfuncties vind je vaak bij procesbesturingen en procesbeveiligingen.
A
I en II zijn beide juist
B
Alleen I is juist
C
Alleen II is juist
D
I en II zijn beide niet juist

Slide 14 - Quiz

Van welke logische basisfunctie is de tweehandenbediening een voorbeeld?
A
JA-functie
B
NIET-functie
C
EN-functie
D
OF-functie

Slide 15 - Quiz

Wat is de logische basisfunctie bij de schakelformule S = h + v?
A
JA-functie
B
NIET-functie
C
EN-functie
D
OF-functie

Slide 16 - Quiz

Bij welke logische functie hoor het onderstaande symbool?
A
JA- functie
B
NIET-functie
C
EN-functie
D
OF-functie

Slide 17 - Quiz

Bij welke schakelformule hoort de volgende waarheidstabel?
A
L = s + n
B
L = s * n
C
L = s
D
L = n

Slide 18 - Quiz

Met welke functie heb je te maken als een lamp aan is, terwijl de schakelaar niet bedient?
A
JA-functie
B
NIET-functie
C
OF-functie
D
EN-functie

Slide 19 - Quiz

Welk symbool hoort bij de OF-functie?
A
B
C
D

Slide 20 - Quiz

Wat zijn de logische basisfuncties bij de schakelformule:
A
Combinatie van de JA-functie en de EN-functie
B
Combinatie van de NIET-functie en de EN-functie
C
Combinatie van de JA-functie en de OF-functie
D
Combinatie van de NIET-functie en de OF-functie

Slide 21 - Quiz

Waarom is de werking van de magnetron een EN-functie?
A
Omdat je aan minstens één voorwaarde moet voldoen.
B
Omdat je aan alle voorwaarden moet voldoen.
C
Omdat er drie voorwaarden zijn, waarvan je aan twee moet voldoen.
D
Omdat er twee voorwaarden zijn, waarvan je aan één moet voldoen.

Slide 22 - Quiz

Een gevulde fles wordt alleen goedgekeurd als de dop erop zit en het niveau in de fles goed is. Van welke functie is dit een voorbeeld?
A
JA-functie
B
NIET-functie
C
EN-Functie
D
OF-functie

Slide 23 - Quiz