wo 13 mei 2020

Mittwoch, der dreizehnte Mai 2020
Ziel(doel): Ik weet de leerdoelen van Lektion 5 zijn en kan het verschil uitleggen van de tijdsbepalingen

  • dagindeling: met/zonder voorzetsel (am, in der) uitleggen
  • beantwoord de 2 vragen in de presentatie en stuur een schermafbeelding in Teams.
  • Je gaat verder werken aan Lektion 5  van Kapitel 4. deadline is 24 mei 
1 / 35
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 9 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Mittwoch, der dreizehnte Mai 2020
Ziel(doel): Ik weet de leerdoelen van Lektion 5 zijn en kan het verschil uitleggen van de tijdsbepalingen

  • dagindeling: met/zonder voorzetsel (am, in der) uitleggen
  • beantwoord de 2 vragen in de presentatie en stuur een schermafbeelding in Teams.
  • Je gaat verder werken aan Lektion 5  van Kapitel 4. deadline is 24 mei 

Slide 1 - Slide


info/filmpjes/plaatjes/vragen die horen bij deze les: 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

vragen , die je beantwoord en aan mij stuurt via Teams door een schermafbeelding
TEA

Slide 5 - Slide

Wat heb ik geleerd van Lektion 1 tm 4?

Slide 6 - Open question

Wat snap je nog niet van Kapitel 4?

Slide 7 - Open question


leerdoelen+ plaatjes voor Kapitel 4

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Grammaticaoverzicht van 
Kapitel 4

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

voltooid deelwoord zwakke ww
GE+ STAM + T                           of                                     GE+ STAM + ET
voorbeelden: 
Ich habe Fuβball gespielt                              Ich habe gearbeitet
Du hast in Edam gewohnt                            Ihr habt viel geredet

Bij een werkwoord die eindigt op een d of t krijg je dus een 
extra e, zodat je het woord goed kan uitspreken

Slide 22 - Slide

voltooid deelwoord haben + sein
Omdat haben en sein onregelmatige werk woorden zijn, moet je deze uit je hoofd leren:

Ik ben geweest                                  =                     ich bin gewesen

Hij heeft gehad                                 =                      er hat gehabt                                       

Slide 23 - Slide

Grammaticaoverzicht + filmpjes van/bij Kapitel 3 komen hierna
algemene tips

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Slide 28 - Slide

Uhrzeit: Schreibe auf Deutsch! 
  • 12.30 =
  • 8.50 = 
  • 15.15 =
  • 16.05 = 
  • 19.45 =
  • 21. 09 =
  • 23. 25 = 

Slide 29 - Slide

Uhrzeit: Schreibe auf Deutsch! 
  • 12.30 = Es ist halb eins/ Es ist zwölf Uhr drei
  • 8.50 = Es ist zehn vor neun/ Es ist acht Uhr fünfzig
  • 15.15 = Es ist Viertel nach drei/ Es ist fünfzehn Uhr fünfzehn
  • 16.05 = Es ist fünf nach drei/ Es ist sechzehn Uhr fünf
  • 19.45 = Es ist Viertel vor acht/ Es ist neunzehn Uhr fünfundvierzig  
  • 21. 09=Es ist neun nach neun/Es ist einundzwanzig Uhr neun
  • 23. 25 = Es ist fünf vor halb zwölf/ Es ist dreiundzwanzig Uhr fünfundzwanzig 

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

0

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Slide 34 - Video

Slide 35 - Slide