periode 1 week 42

Bonjour les jeunes! 


- Chewing gum à la poubelle
- Enlève ta veste
- Prends ton livre et ton cahier
- On commence dans 2 minutes

                            MERCI!

timer
2:00
1 / 23
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bonjour les jeunes! 


- Chewing gum à la poubelle
- Enlève ta veste
- Prends ton livre et ton cahier
- On commence dans 2 minutes

                            MERCI!

timer
2:00

Slide 1 - Slide

timer
4:00
Check- in les 1

Kijk naar de zin en beantwoord de volgende vragen.

1) Wat is het hele werkwoord van 'VEND' in deze zin?

2) Vul nu de juiste vorm van het werkwoord in onderstaande zin:

Les supermachés ............................... des feuilles de papier

Slide 2 - Slide

timer
5:00
Check- in les 2

Geef antwoord op onderstaande vragen. Stel de vragen in je groepje.

1. Qu'est-ce que tu fais le week-end?

2. Qu'est-ce que tu fais d'autre?

3. Quelle est ta série préférée?

Slide 3 - Slide

Les objectifs
Aan het eind van deze week kan ik.....

  1. kan ik eenvoudige jeugdliteratuur lezen
  2. een werkwoord dat eindigt op -re vervoegen in de présent en in de passé composé

Slide 4 - Slide

Uitleg vervoegen werkwoord op -re

Slide 5 - Slide

De uitgangen van de regelmatige werkwoorden 
op -re
Je
Tu
Il
Nous
Vous
Ils
s
s
-
ONS
EZ
ENT

Slide 6 - Drag question

werkwoorden op -re
Tu.............(vendre)
A
vends
B
vende
C
vend
D
vendes

Slide 7 - Quiz

werkwoorden op -re
Nous ..... (attendre) la maison.
A
attendont
B
attendez
C
attendent
D
attendons

Slide 8 - Quiz

werkwoorden op -RE
Paula.............(rendre)

A
rends
B
rende
C
rend
D
rendez

Slide 9 - Quiz

werkwoorden op -re
Ils .............(perdre)
A
perds
B
perdent
C
perd
D
perdez

Slide 10 - Quiz

Werkwoorden op -re
Tu (vendre) ta maison.
A
vends
B
vend
C
vendons
D
vendez

Slide 11 - Quiz

Kies de goede vorm van het ww.
Paul (attendre) ses parents.
A
attends
B
attend
C
attendons
D
attendent

Slide 12 - Quiz

Werkwoorden op -re
Vous (répondre) au mail.
A
réponds
B
réponds
C
répondons
D
répondez

Slide 13 - Quiz

Werkwoorden op -re.
Les enfants (perdre) le match.
A
perds
B
perd
C
perdez
D
perdent

Slide 14 - Quiz

Wat gebeurt er bij werkwoorden op
-re in de passé composé?
A
re wordt i
B
re wordt é
C
er gebeurt niks
D
re wordt u

Slide 15 - Quiz

Welke is het voltooid deelwoord van attendre (ww op -re)
A
attendé
B
attendu
C
attendru
D
attendre

Slide 16 - Quiz

Zij hebben het boek teruggebracht
(rendre, ww op -re)
A
Elles ont rend le livre
B
Elles ont rendu le livre
C
Elles ont rendi le livre
D
Elles ont rendé le livre

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Maak een aantekening in je schrift. 
Je vervoegt het werkwoord vendre (verkopen)
Je maakt 2 rijtjes, 1 rijtje in de présent en 1 rijtje in de passé composé.
Schrijf de Nederlandse vertaling erachter.

Slide 19 - Slide

Le verbe vendre

Slide 20 - Slide

Au travail! choisis:
Grammaire:

- Aaantekening werkwoord op -RE in de présent en in de passé composé in je schrift


- exercices 29, 30 a t/m c, 31
p. 44 t/m 46
Lire:

Alice la Liste 
Chapitre 3 & 4

Apprendre:

Vocabulaire F p. 49
 Phrases- clés G p. 50

Slide 21 - Slide

Check- out     ik kan vertellen over een vriend(in)
Neem de mindmap over in je schrift en vul in. 
Vertel je groepsgenoten over jouw beste vriend of vriendin

Slide 22 - Slide

Check- out les 2
Maak de volgende zin compleet:

Je pense que j'ai bien/ pas bien travaillé aujourd'hui parce que...........................................................



Slide 23 - Slide