Korte/lange klank oefenen

• Nederlands
• Basisschool
• Groep 5

Lesdoelen

Na de les 

- weet je hoe je woorden met een lange klank aan het einde van 

   een klankgroep schrijft.

- weet je hoe je woorden met een korte klank aan het einde van 

   een klankgroep schrijft

Jager-woorden

Bakker-woorden

Wat is de juiste spelling?

1. Avontur
2. Aavontuur
3. Avontuur
4. Aavontur

Wat is de juiste spelling?

1. Vanaavond
2. Vanavond
3. Vaanavond
4. Vanafavond

Wat is de juiste spelling?

1. Tooneelstuk
2. Toonelstuk
3. Tonelstuk
4. Toneelstuk

Wat is de juiste spelling?

1. Medeklinkers
2. Meedeklinkers
3. Meedeeklinkers
4. Medeeklinkers

Wat is de juiste spelling?

1. Lookaal
2. Lokal
3. Lokaal
4. Lookal

Wat is de juiste spelling?

1. Tafellaaken
2. Tafellaken
3. Taafellaken
4. Tafellakken

Wat is de juiste spelling?

1. hooge boomen
2. hoge bommen
3. hooge bomen
4. hoge bomen

Wat is de juiste spelling?

1. geld sparen
2. geld spaaren
3. geld sparren
4. geld spaarren

Bedenk een woord met een lange klank, maar met één klinker

Bedenk een woord met een korte klank, maar met twee medeklinkers

Weet jij deze regel nu voor altijd te gebruiken?

JA!

Misschien

Nee...

Noem minstens twee dingen die je hebt geleerd in deze les.

Noem een verbeterpunt voor deze les.