Hoofdstuk 5 les 4

1 / 47
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 3

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?

  • 1-toets h5
  • Huiswerk bespreken
  • Leerdoelen 5.4
  • Instructie 5.4
  • Aan de slag met 5.4
  • Wat hebben we geleerd vandaag?
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide




1 - toets hoofdstuk 5 
niet op 27 mei, maar op 28 mei

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Hoofdstuk 5
 Is er werk voor jou?

5.1 Wat levert werken op?
5.2 Wat voor ondernemingen?
5.3 Doe jij mee op de arbeidsmarkt?
5.4 Als je zonder werk zit

Slide 11 - Slide

Je leert vandaag:
  • Wat de gevolgen zijn als je werkloos wordt. 
  • Wat het UWV kan doen als je werkloos bent. 
  • Welke soorten werkloosheid er zijn. 

Slide 12 - Slide



Denk tijdens het bekijken van de video aan de leerdoelen van deze les.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Wanneer ben je werkloos?

Slide 15 - Slide

Welke nadelen kun je ondervinden wanneer je werkloos bent?

Slide 16 - Slide

Werkloos en nu?

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Komende 10 minuten aan het werk met opgave 1 tot en met 6.
Ben je eerder klaar? Werk dan rustig verder!

Slide 20 - Slide

Soorten werkloosheid
  •  Conjuncturele werkloosheid
  • Structurele werkloosheid
  • Seizoenswerkloosheid
  • Regionale werkloosheid
  • Frictie werkloosheid 

Slide 21 - Slide

Conjuncturele werkloosheid
Schommeling in de economie

Slide 22 - Slide

Structurele werkloosheid 
  • Verandering aan de aanbodkant
  • Blijvend (bijv. door machines)
  • Verkeerde opleiding

Slide 23 - Slide

Seizoenswerkloosheid

Slide 24 - Slide

Frictie werkloosheid
Als je van school komt of net ontslagen

Je hebt even tijd nodig 

Slide 25 - Slide

Regionale werkloosheid

Slide 26 - Slide

Ga aan de slag met het afmaken van §5.4


Klaar?
Ga je voorbereiden op de toets.

Slide 27 - Slide

Je leert vandaag:
  • Wat de gevolgen zijn als je werkloos wordt. 
  • Wat het UWV kan doen als je werkloos bent. 
  • Welke soorten werkloosheid er zijn. 

Slide 28 - Slide

Als je een eenmanszaak hebt dan mag je wel personeel in dienst hebben.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quiz


A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector

Slide 30 - Quiz

Aanbod van arbeid
Vraag naar arbeid
Vacatures
Beroepsbevolking
Werkgelegenheid
Werklozen

Slide 31 - Drag question

Zwart werk
Grijs werk
Wit werk

Slide 32 - Drag question

Algemene Wet Gelijke behandeling staat voor onder anderen:
A
geen onderscheid op basis van afkomst
B
Wet voor beschermen van de bevolking
C
Wet beschermen van de werklozen

Slide 33 - Quiz


A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector

Slide 34 - Quiz

Bij een fulltime baan werk je...
A
Minder dan 36 uur
B
5 dagen in de week
C
7 dagen in de week
D
Tussen de 36 en 40 uur

Slide 35 - Quiz

Noem 3 arbeidsmotieven

Slide 36 - Open question


A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector

Slide 37 - Quiz

Herhaling ondernemingsvormen
Eenmanszaak
VOF (venootschap onder firma)
NV (naamloze venootschap)
BV (Besloten venootschap)
Één eigenaar
Meerdere eigenaren
aandeelhouder naamloos
aandeelhouder op naam
ook privé
niet privé

Slide 38 - Drag question

Wat is arbeidsverdeling?
A
Elke werknemer doet evenveel werk
B
Elke werknemer doet waar hij/zij goed in is
C
Elke werknemer werkt evenveel uren

Slide 39 - Quiz

Besloten Vennootschap
Naamloze Vennootschap
Eenmanszaak
Vennootschap onder firma
Zelfstandige Zonder Personeel
Onderneming met één of meerdere eigenaren als aandeelhouder. Deze aandelen zijn niet voor iedereen te koop.
Een onderneming met één of meerdere eigenaren. Bij deze ondernemingsvorm is er geen sprake van aandelen.
Onderneming waarvan één persoon de eigenaar is én personeel in dienst kan hebben. De eigenaar is privé-aansprakelijk voor schulden.
Dit bedrijf heeft aandeelhouders. Deze aandeelhouders zijn (meestal) onbekend en veranderen dagelijks
Iemand die voor zichzelf werkt. Heeft geen personeel in dient en heeft meestal een eenmanszaak.

Slide 40 - Drag question

Wat is de beroepsbevolking?
A
Iedereen die werkt of werkloos is
B
Iedereen die werkt
C
Iedereen van 15 jaar tot de pensioenleeftijd die werkt
D
Iedereen van 15 jaar tot de pensioenleeftijd die werkt of werkloos is

Slide 41 - Quiz

Als je alleen de eigenaar wilt zijn uit welke twee ondernemingsvormen kun je dan kiezen?
A
de bv en de nv
B
de eenmanszaak en de vof
C
de nv en de vof
D
de eenmanszaak en de bv

Slide 42 - Quiz

Conjuncturele werkloosheid
Fricitiewerkloosheid
Structurele werkloosheid
Regionale werkloosheid
Seizoenswerkloosheid

Slide 43 - Drag question

Door de coronapandemie stijgt de werkloosheid. Is deze werkloosheid passend bij structurele of conjuncturele werkloosheid?
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Structurele werkloosheid

Slide 44 - Quiz

Als je niet werkt, ben je nog niet werkloos. Wanneer ben je wel werkloos?
A
Je bent actief op zoek naar werk.
B
Dat je beschikbaar bent voor werk.
C
Je bent tussen de 15 en de pensioenleeftijd.
D
Je voldoet aan alle drie voorwaarden (A+B+C)

Slide 45 - Quiz



Huiswerk voor de volgende keer:


Paragraaf 5.4 af.


Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide