oeffenen past continuous

Past Continuous
Wanneer gebruik je de Past Continuous?
A
Wanneer iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
B
Wanneer iets in het verleden een tijd aan de gang was/duurde.
C
Wanneer iets in het verleden is gebeurd.
D
Wanneer iets in het verleden is begonnen en nu nog bezig is.
1 / 10
next
Slide 1: Quiz
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Past Continuous
Wanneer gebruik je de Past Continuous?
A
Wanneer iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
B
Wanneer iets in het verleden een tijd aan de gang was/duurde.
C
Wanneer iets in het verleden is gebeurd.
D
Wanneer iets in het verleden is begonnen en nu nog bezig is.

Slide 1 - Quiz

Maak de zin Past continuous
She ................ to music. (listen)
A
was listening
B
were listening

Slide 2 - Quiz

Maak de zin Past continous.
Jay and John ............ in the snow. (play)
A
was playing
B
were playing

Slide 3 - Quiz

Maak de zin Past continous
I ........... the dishes. (do)
2/10
A
was doing
B
were doing

Slide 4 - Quiz

Past continuous: Hoe maak je de past continuous?

Slide 5 - Open question

Maak de zin Past continous.
We ........... homework in class. (do)

Slide 6 - Open question

Maak de zin Past continous.
Jessie ........... her bedroom. (clean)

Slide 7 - Open question

Past Continuous

Slide 8 - Slide

Past continuous:

Wat is de regel van de past continuous?
A
hele ww+ - ed of irregular verb
B
was/were+ hele ww+ -ing
C
vorm van to be + hele ww+ -ing
D
have/has + voltooid deelwoord (3e rijtje)

Slide 9 - Quiz

Past Continuous:
in welke zin wordt de past continuous gebruikt?
A
I haven't been to that film yet.
B
I lived in Utrecht in 2010
C
I was walking down the street when I tripped.
D
I am eating a sandwich.

Slide 10 - Quiz